Een toekomst voor het WAS?
12 januari 2023
Het lectoraat Crisisbeheersing van het NIPV voerde in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid een onderzoek uit naar de toegevoegde waarde van het WAS (waarschuwings- en alarmeringssysteem) in het geheel van crisiscommunicatiemiddelen. Het doel van het onderzoek was inzicht te krijgen in de voor- en nadelen van het WAS en uit te zoeken wat eventuele toekomstige mogelijkheden van het systeem zijn.

WAS en NL-Alert
Om mensen te alarmeren kunnen op dit moment twee landelijke systemen worden ingezet: het WAS en NL-Alert. De onderzoekers constateren dat NL-Alert zich de afgelopen jaren volop heeft ontwikkeld en bewezen. Zo heeft NL-Alert inmiddels een groot bereik en zijn steeds meer mensen bekend geraakt met het systeem. Ook recente ontwikkelingen, zoals de NL-Alert-app en de mogelijkheid om meertalige NL-Alerts te versturen, dragen bij aan de robuustheid van het systeem.
Het WAS daarentegen heeft zijn beste tijd gehad: het bereik is kleiner dan dat van NL-Alert en steeds minder mensen weten hoe te handelen op basis van de sirene. Ook is het system niet geschikt voor alle typen incidenten, vanwege het standaard handelingsperspectief dat eraan gekoppeld is.
Conclusie: meerwaarde WAS is niet aan te tonen
Tussenoplossingen om het WAS nog enige tijd in de lucht te houden zijn volgens de onderzoekers niet nodig en dit betekent dat we in Nederland de komende jaren afscheid moeten gaan nemen van het oude sirenenetwerk, zoals ook België dat heeft gedaan.
Natuurlijk zijn er altijd argumenten aan te dragen om het WAS in de lucht te houden (onder andere: het kunnen beschikken over meerdere alarmeringssystemen is altijd beter en als ons land in een oorlogssituatie betrokken raakt, zou het WAS kunnen functioneren als luchtalarm). Maar eigenlijk zijn deze overwegingen wat vergezocht en zijn er ook alternatieve crisiscommunicatiemiddelen beschikbaar. Het WAS bestaat al lange tijd, maar feitelijk kan het zich nauwelijks beroepen op grote successen, niet alleen in ons land, maar ook niet in de landen om ons heen.
Uitfaseren met zorg en beleid
Als besloten wordt tot een uitfasering van het WAS en daarmee NL-Alert als enig landelijk alarmeringsmiddel resteert, is het wel van belang om meer bekendheid te geven aan de andere crisiscommunicatiemiddelen die we in ons land in kunnen zetten om mensen over calamiteiten te informeren. Tenslotte betekent het uit faseren van het WAS dat een forse infrastructuur (meer dan 4000 palen met hun fundering) ontmanteld moet worden. Die ontmanteling betekent een complexe (logistieke) operatie die enkele jaren in beslag kan nemen en veel geld zal kosten. Ook dit is een thema dat aandacht vraagt.
Bekijk ook
Aangepaste Handreiking multidisciplinaire afstemming incidentbestrijding in wegtunnels
21 december 2022 (voor het laatst geactualiseerd op 3 december 2024)
Aangepaste handreiking toont aan dat wederzijdse afstemming van wezenlijk belang is bij incidentbestrijding in tunnels.

De ‘Handreiking voor multidisciplinaire afstemming bij incidentbestrijding in wegtunnels’ reikt hulpverleningsdiensten en Rijkswaterstaat de hand bij wederzijdse afstemming bij het bestrijden van incidenten in tunnels.
Aangepaste handreiking in gezamenlijkheid ontwikkeld
Deze afstemming is van wezenlijk belang bij de incidentbestrijding in tunnels. De wetgever roept hier zelf toe op in de Wet en de Regeling aanvullende regels veiligheid wegtunnels (beide Warvw en Rarvw, art. 7). In januari 2019 verscheen hiervan de eerste versie. De Handreiking voor multidisciplinaire afstemming bij incidentbestrijding in wegtunnels is door Rijkswaterstaat, meldkamer, veiligheidsregio’s, politie en het NIPV gezamenlijk ontwikkeld.
Animatie ‘Sein veilig’ ontwikkeld
Ter verduidelijking van de basiskennis over incidentbestrijding in tunnels is de animatie ‘Sein veilig’ ontwikkeld. Deze animatie is niet alleen een verduidelijking van de basiskennis incidentbestrijding in tunnels maar ook een actualisatie. Na de verkenning door de brandweer wordt het zogenaamde ‘Sein veilig’ afgegeven, waarnaar de overige hulpdiensten de incidentbuis mogen betreden. Sein veilig wordt alleen toegepast bij brand en/of gevaarlijke stoffen en wordt altijd per buis afgegeven door de brandweer.
De ontwikkeling van de animatie ‘Sein veilig’ is tevens aanleiding geweest om tegelijkertijd een geactualiseerde versie van de handreiking te publiceren. In deze handreiking is de procedure ‘Sein veilig’ verwerkt, alsmede voortschrijdend inzicht dat in de afgelopen jaren is opgedaan.
Download de Handreiking voor multidisciplinaire afstemming bij incidentbestrijding in wegtunnels
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Blog: In het jaar 2022 kregen buitengewoon veel lastige dilemma’s het woord crisis opgeplakt
21 december 2022
Lector Crisisbeheersing Menno van Duin blikt terug maar zeker ook vooruit: de komende periode komt aanmerkelijk meer geld beschikbaar voor crisisbeheersing.

Weer een jaar voorbij… Waarschijnlijk is er nog nooit een jaar geweest waarin zoveel lastige dilemma’s en problemen het woord crisis opgeplakt kregen. Vrijwel ieder groter thema (stikstof, huizen, klimaat, energie, droogte, opvang, boeren, personeel) werd wel als een crisis bestempeld. Aanvankelijk leek dat catchy word wel de gewenste aandacht op te roepen, maar inmiddels is het woord dermate sleets geraakt dat zelfs Johan Remkes erbij halen geen soelaas meer biedt.
Grotere en langdurende crises waren in 2022 dominant
Jarenlang brachten wij ieder jaar een ‘Lessen uit crises en minicrises’ uit en voor 2022 doen we dat voor het tweede jaar niet (meer). Jaren achtereen deden zich relevante minicrises voor en af een toe (maar schaars) een grotere crisis tussendoor (MH-17, opvang Irakese vluchtelingen 2015/2016). Nu lijkt het wel andersom te zijn. Natuurlijk zullen er zeker ook dit jaar best weer verschillende relevante minicrises hebben plaatsgevonden, maar dominant waren dit jaar toch grotere en vaak ook veel langer durende crises.
Corona was en is nog niet weg. De opvang van eerst duizenden Oekraïners en daarna forse aantallen vluchtelingen uit andere landen leverde veel kopzorgen op voor gemeenten, COA, veiligheidsregio’s en veel andere instellingen en organisaties. Waarschijnlijk heeft bijvoorbeeld onze premier meer tijd besteed aan Ter Apel – maandenlang vrijwel dagelijks over geïnformeerd – dan aan vrijwel elk ander thema. Annex aan de oorlogsverklaring van Poetin gingen in korte tijd de prijzen van alle energieproducten sky high. Miljarden moesten worden uitgegeven om deze prijsstijgingen enigszins te compenseren. Positief daarbij was natuurlijk wel – zoals we weten; iedere crisis biedt kansen – dat wij met de neus op de feiten werden gedrukt: fossiele brandstoffen zijn duur en eindig. Hoge prijzen nopen eindelijk eens tot wat bewuster gebruik. Daarmee kwamen eerste pogingen om te komen tot een structurele klimaataanpak – onder andere door de CO2-emissies fors te reduceren – uit onverwachte hoek. Poetin maakte een chronisch probleem acuut.
Crises vragen nu echt om veerkracht, niet alleen om plannen
Wat steeds duidelijker wordt, is dat het antwoord op deze crises niet louter gevonden kan worden in betere plannen en goed oefenen. Crises – juist ook vanwege het samengestelde en onvoorspelbare karakter – vragen om veerkracht (1). Deze zal van de overheid zelf, van hulpdiensten, bedrijven en organisaties maar vooral ook van ons als inwoners, van de samenleving als geheel, moeten komen. Zelfs de Onderzoeksraad voor Veiligheid – een instantie die normaliter vooral hamerde op degelijke preventie, handhaving en planvorming – brak een lans voor veerkracht in hun eerste rapport over de Coronacrisis. Uiteraard gebeurt dat niet vanzelf en is vertrouwen in de overheid en cruciale instituties als politie, de belastingdienst en de rechterlijke macht daarbij cruciaal. Op vele punten is dat vertrouwen de laatste jaren fors beschaamd. Iedereen kent de rijtjes van voorbeelden van overheidsfalen.
Burgemeesters behoren tot de schaarse publieke bakens
Interessant daarbij is dat over het algemeen burgemeesters nog behoorlijk positief worden bejegend; vele inwoners hebben (nog?) vertrouwen in hun eigen burgemeester. Zij behoren tot de schaarse publieke bakens. Waarschijnlijk, zo opperde een burgemeester, is dat niet alleen omdat burgemeesters wat boven de partijen kunnen staan maar juist ook omdat zij nog relatief veel contact hebben met die samenleving en hen juist ook neutraal de vraag (kunnen) stellen: hoe gaat het met je/u? Hoe loopt het binnen jullie bedrijf/jullie vereniging? Contact en interesse tonen, vormt een belangrijke basis voor dat vertrouwen. Om dat geschade vertrouwen te herstellen is die verbinding met de samenleving (individuen en organisaties) dus van eminent belang.
Wij zien dat de komende periode beduidend meer geld beschikbaar gaat komen voor crisisbeheersing (2). Als inhoudelijk verantwoordelijke voor onderzoek op dat terrein is dat natuurlijk prachtig. Belangrijke thema’s als de kwaliteit van de informatievoorziening en informatiedeling (inclusief KCR2) krijgen een impuls. Regio’s krijgen structureel meer geld om crisisbeheersing naar een hoger plan te brengen. Als onderzoeker zie je dan ook gelijk de potentieel perverse effecten. Wethouders Financiën zien al mogelijkheden de prijscompensatie (alles wordt duurder) voor de veiligheidsregio’s maar in de zak te houden; het Rijk draagt toch extra bij. Sommige regio’s zien het ook wel een beetje als een vorm van aflaat. Jarenlang je stinkende best doen, wordt uiteindelijk een keer wat beloond. Weer anderen vinden het juist lastig. Met dat geld wordt kennelijk ook gesuggereerd dat veiligheidsregio’s allerlei hybride rollen en taken dienen te vervullen. Waar eerst de neiging was op sommige plaatsen om stevig vast te stellen waar je als veiligheidsregio nu wel en waar je niet gaat lopen, wordt dat nu weer lastiger. Niet gaan lopen en tegelijkertijd meer geld voor crisisbeheersing krijgen is lastig, tenzij je het frame weer zo weet te draaien dat je vrijwel alle geld naar de brandweertaak verschuift. Daarbij maak je duidelijk dat in het verleden de crisisbeheersing vooral met brandweergeld (en dus ten koste van klassiek brandweerwerk) is opgebouwd. Kortom: meer geld is niet alleen een zegen, maar roept vast weer de nodige discussies op.
Werken aan het herstel van vertrouwen
Ten slotte voor de nabije toekomst. Voor mij zijn ‘werken aan het herstel van vertrouwen’ en het ‘vergroten van de veerkracht’ de twee belangrijkste maatschappelijke opgaven voor 2023. Met of zonder de inzet van extra crisisbeheersingsgelden.
Lector Crisisbeheersing Menno van Duin
(1) In onze toekomstverkenning Crisisbeheersing is dat ook een rode draad.
(2) Deze alinea kwam mede tot stand op basis van een interessante discussie tijdens een les met MCPM-8.
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Landelijke bijeenkomsten voor ploegchefs: “Alleen samen bereik je de top”
20 december 2022
In november organiseerde NIPV drie intervisiebijeenkomsten voor ploegchefs en postcommandanten van de brandweer. Met als thema: leidinggeven aan een team of ploeg. Gastspreker Katja Staartjes, de eerste Nederlandse vrouw die de top van de Mount Everest bereikte, hield de aanwezigen voor: “Zonder team red je het niet, je bereikt alleen samen de top.”

Het was de tweede keer dat de intervisiebijeenkomsten voor ploegchefs en postcommandanten werden gehouden. Wendy van Middelkoop, decaan Organisatie & Didactiek, vertelt: “We hebben in Capelle aan den IJssel een bijeenkomst georganiseerd voor beroeps ploegchefs. En in Tilburg en Assen twee bijeenkomsten voor vrijwillig ploegchefs (postcommandanten).
Aan de hand van een inspirerende presentatie, casuïstiek en door met elkaar in gesprek te gaan, hebben de deelnemers kennis gedeeld en samen geleerd. Ook was er ruimte om verhalen vertrouwelijk te delen en mee te denken bij herkenbare en vergelijkbare vraagstukken. Net als tijdens de eerste serie vorig jaar werden het leren van elkaar en het met elkaar in gesprek gaan als een enorme meerwaarde ervaren.”
Zonder team red je het niet
Wie kan het belang van (goed) leidinggeven aan een team beter toelichten dan de eerste Nederlandse vrouw die – door teamwork – de Mount Everest bedwong en de 1700 kilometer lange Great Himalaya Trail volbracht? Expeditieleider Katja Staartjes deelde de ervaringen die ze had opgedaan tijdens verschillende klimtochten. Ze sprak onder andere over het belang van een goede basis en van details, eigenaarschap, hiërarchie en delegeren, het versterken van de zwakste schakel, dilemma’s, intuïtie en grenzen. De conclusie van haar inspirerende verhaal was: zonder team red je het niet, je bereikt alleen samen de top.
Waardevolle opbrengsten
Na het plenaire deel vond er in kleinere groepen intervisie plaats. Van Middelkoop: “Dit gebeurde aan de hand van vraagstukken die de aanwezigen zelf hadden ingebracht. Onderwerpen die aan bod kwamen, waren bijvoorbeeld de verhouding (kloof) met de veiligheidsregio, het geven van leiding in de warme en de koude fase en het omgaan met verschillen (cultuur, generatie, sekse) in een ploeg.
Voor de deelnemers was het waardevol om hun dilemma’s, vragen en ervaringen met collega’s uit het hele land te bespreken. Dit als aanvulling op lokale of regionale besprekingen. Maar ook voor NIPV zijn de opbrengsten belangrijk: het verrijkt diverse onderwijs- en leeractiviteiten en levert input voor het opstellen van onderzoeksprogramma’s.”
Persoonlijke uitnodiging voor volgend jaar
Volgend jaar organiseren we opnieuw een serie bijeenkomsten. Wil je hiervoor een persoonlijke uitnodiging ontvangen? Stuur dan een mail naar het decanaat Leiderschap en organisatie (zie Contact).
Bekijk ook:
Meer informatie over de leergang Ploegchef en over al onze opleidingen voor de brandweer.
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Onderzoek naar de brandveiligheid bij afvalbedrijven in Nederland
16 december 2022
In opdracht van het LEC Industriële Veiligheid heeft het NIPV onderzoek gedaan naar branden bij afvalverwerkende bedrijven.

Het eindrapport van het onderzoek is de weerslag van drie studies: een literatuurstudie, een data-analyse van de afvalbrandendatabase van de Inspectie Leefomgeving & Transport en een casusstudie naar zeven recente grote branden bij afvalbedrijven in Nederland.
Meer informatie
Lees het volledige nieuwsbericht op de webpagina van het LEC Industriële Veiligheid.
Onderzoeksrapport
Download hier het document.
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Blog: Kan je strafschoppen – crises – trainen?
12 december 2022
Lector Crisisbeheersing Menno van Duin: “Een forse portie veerkracht is altijd nodig in dergelijke, extreme situaties”.

Nederland verloor met strafschoppen op een WK en velen zullen eerdere drama’s nog herinneren waar De Boer, Seedorf en anderen op cruciale momenten een strafschop misten. Van Gaal zag 2014 – ook verlies met strafschoppen van Argentinië – ongetwijfeld weer langskomen.
De afgelopen dagen stonden er hele verhandelingen in de kranten over dit fenomeen. Hard, niet te laag en zuiver zo’n 50 centimeter van de paal! Het trainen van die strafschop kan wel – zo is langzamerhand de algemene meer wetenschappelijke opinie. Natuurlijk kan het een keer misgaan, maar door erop te trainen en vaste patronen aan te leren en te focussen op die patronen, is het beter mogelijk je – ook in die ultieme spannende situatie – te wapenen tegen de enorme druk die op dat moment op de schouders van de speler ligt. Geen garanties, maar wel een verhoogde kans door een betere focus op datgene waar het in dat ultieme moment over gaat. Dat betekent ook dat je niet nog tijdens de aanloop van gedachten moet veranderen. Bij de variant met de haperende aanloop (vreselijk lelijk – ik hoop altijd dat het dan misgaat!) zal de speler meestal helemaal geen keuze hebben gemaakt en de reactie van de keeper leidend laten zijn.
Parallellen met acute ramp of crisis en penalty
Daarmee zijn er natuurlijk interessante parallellen met de acute ramp of crisis. Kan je daar wel op trainen? Hier is hetzelfde antwoord te geven. Tot op zekere hoogte is dat trainbaar. In die zin dat je allerlei randvoorwaarden vooraf georganiseerd en beoefend kan hebben en dat flink zal uitmaken. Ook hier is er natuurlijk nog een zeker ‘restrisico’; de extreme omstandigheden waarbinnen die acute situatie zich voltrekt is altijd anders dan datgene wat beoefend is en waar vooraf al die procedures en maatregelen voor zijn bedacht. Daarom is een forse portie veerkracht altijd nodig in dergelijke situaties. Veerkracht kan vergroot worden door professionalisering (meer ervaring!) door flexibiliteit in de organisaties in te bouwen (‘de ME achter de hand’), door ook soms wat ‘out of the box’ te blijven denken maar het tegelijkertijd ook het niet te bijzonder te willen maken (vooral gewoon te blijven doen).
Extreme focus verhoogt de druk
Dat laatste sloot aan bij mooie woorden van Rafael van der Vaart – vooraf en ook na afloop – die feilloos aanvoelde dat al te grote nadruk op één onderwerp – ‘de heilige Messi’ en ‘de extreme fixatie op de strafschoppen’ – de situatie voor de spelers er niet eenvoudiger op maakte. De extreme focus op de strafschoppen draagt bij aan de routines maar verhoogt ook de druk. De crisis wordt vooral bedwongen door datgene wat al die jaren ervoor is opgebouwd aan kennis en deskundigheid in combinatie met de veerkracht van het moment. Daarmee is de strafschop ook onderdeel van het gewone en is het onvermijdelijk dat in het bijzondere (de kolkende fluitende massa en de druk op de schouders) er zaken mis zullen gaan; zeker als de verwachtingen naar buiten extra zijn opgevoerd: “we hebben er al maanden erop getraind”.
Lector Crisisbeheersing, Menno van Duin
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Leerpunten symposium ‘Samen leren van natuurbranden’
9 december 2022
Op 1 november blikten 200 vertegenwoordigers van brandweer/crisisbeheersing, natuurbeheerders, defensie, ministeries, provincies, gemeenten en waterschappen terug op de natuurbranden van het afgelopen jaar. Ook trokken zij lessen voor de toekomst. Lees de samenvatting met de belangrijkste leerpunten. Of download een uitgebreid verslag van de dag.

De lange, hete en droge zomer van 2022 met veel grote en kleine natuurbranden was aanleiding voor het NIPV en Brandweer Nederland om het symposium ‘Samen leren van natuurbranden’ te organiseren.
Zeven thema’s die de hele veiligheidsketen bestrijken
Vanuit verschillende invalshoeken en met verschillende sprekers zijn de deelnemers met elkaar in gesprek gegaan over 7 thema’s. Deze thema’s bestrijken de hele veiligheidsketen en de bestuurlijke besluitvorming:
- het ontstaan en de wijze van uitbreiding van natuurbranden
- de (arbeids)veiligheid van ingezet personeel van brandweer en terreinbeheerder
- de gebruikte techniek en tactiek voor natuurbrandbestrijding en de effectiviteit daarvan
- zelfredzaamheid vanuit de bevolking, crisiscommunicatie en evacuatie
- het voorkomen en beheersen van natuurbranden door middel van proactie en preventie
- de bestuurlijke dilemma’s in het beheersen en bestrijden van natuurbranden
- opschaling en commandovoering bij natuurbranden en de impact van de gelijktijdigheid van (natuur)branden op het systeem van brandweerzorg.
Natuurbranden beheersbaar maken
We kijken terug op een geslaagde bijeenkomst, waarin met alle betrokken partijen veel input is opgehaald, om nu en in de toekomst natuurbranden beheersbaar te maken.
Samenvatting en uitgebreid verslag
Download hier alle documenten.
Bekijk ook
Kijk voor meer informatie op de pagina Natuurbranden.
E-module scheepsincidentbestrijding beschikbaar
9 december 2022
Nederland is een waterland, in elke veiligheidsregio komen vaarwegen voor. En elke vaarweg – rivier, kanaal, meer of haven – brengt het risico op een scheepsincident met zich mee. De nieuwe e-module scheepsincidentbestrijding biedt brandweermensen op de vaste wal kennis en handelingsperspectieven voor het optreden bij scheepsincidenten.

Rijk Hofman, projectleider vakbekwaamheid bij het NIPV: “Elke veiligheidsregio heeft één of meer brandweerposten die kunnen worden gealarmeerd voor een scheepsincident. Manschappen, bevelvoerders en (hoofd)officieren van dienst hebben in hun opleiding al kennisgemaakt met dit onderwerp. Maar die kennismaking betrof noodgedwongen slechts een korte introductie van scheepsincidentbestrijding. Het uitputtend behandelen van alle mogelijke incidentsoorten zou de leergangen voor deze functies veel te lang en zwaar maken. Daarom ontwikkelde het NIPV in nauwe samenwerking met de landelijke vakgroep Scheepsincidentbestrijding deze e-module.”
Algemene en praktijkmodule
De e-module scheepsincidentbestrijding is een Basis+ e-module, deze vult de basiskennis van scheepsincidentbestrijding in de leergangen aan voor één of meer brandweerfuncties in alle veiligheidsregio’s. De e-module richt zich hiermee op al opgeleide manschappen, bevelvoerders en (hoofd)officieren van dienst.
De e-module bestaat uit twee delen. In de eerste e-module leer je hoe je met jouw ploeg(en) veilig en repressief kunt optreden bij scheepsincidenten. De focus ligt hierbij op scheepsbranden. Aan de orde komen onder andere:
- overeenkomsten én verschillen tussen scheepsbranden en gebouwbranden
- de basisprincipes van brandbestrijding, maar dan toegepast op scheepsbranden
- de taken van de eerste TS bij een scheepsincident
- eigen veiligheid
- hitte-opbouw en koeling
- kenmerken van schepen
- verschillende soorten schepen
- voorzieningen voor brandpreventie en brandbestrijding op schepen
- blussen en stabiliteit
- machinekamerbranden
- ladingbranden
- wet- en regelgeving, samenwerking en communicatie op het water
- inzet van specialistische teams.
In de tweede e-module leer je de kennis van de eerste e-module praktijk- en functiegericht toe te passen aan de hand van een casus die bij jouw functie hoort.
Vakbekwaamheidsadvies
De e-module over scheepsincidentbestrijding staat klaar in de ELO Brandweer. Er is een ‘bijsluiter’ met een vakbekwaamheidsadvies bijgevoegd. Aan de hand van dat advies kunnen de regionale vakbekwaamheidsorganisaties scheepsincidenten een plek geven in hun beleid voor blijvende vakbekwaamheid. De e-module en het vakbekwaamheidsadvies zijn door het NIPV beschikbaar gesteld in de studieroute scheepsincidentbestrijding. De veiligheidsregio’s zijn hierover geïnformeerd en koppelen hun eigen medewerkers aan de studieroute.
Wim van der Wal van Brandweer Rotterdam-Rijnmond is lid van de landelijke vakgroep Scheepsincidentbestrijding en namens die vakgroep ook de kartrekker van de e-module: “De wereld om ons heen verandert, zo ook de wereld op het water. De schepen worden groter en moderner. De komst van alternatieve brandstoffen, zoals hybride, waterstof, ammoniak en autonoom varen. Vraagstukken die ons dagdagelijks bezighouden, zeker op het gebied van incidentbestrijding. De vraag is in hoeverre de brandweer voorbereid is op een scheepsincident. Met deze e-module zetten we een volgende stap om kennis te delen op het gebied van scheepsincidentbestrijding.“
Meer informatie
Eerste nieuwe operationeel uniformen brandweer uitgeleverd
7 december 2022
Vandaag zijn de eerste nieuwe operationeel uniformen uitgeleverd aan de Veiligheidsregio Utrecht. Dit is de eerste uitgifte, de komende maanden ontvangen alle 23.000 brandweermensen dit nieuwe operationeel uniform. “Met dit nieuwe uniform krijgen de korpsen van alle 25 veiligheidsregio’s één uniforme uitstraling. Belangrijk, want zo is de brandweer straks in één oogopslag nog herkenbaarder voor burgers en collega-hulpverleners”, vertelt voorzitter Tijs van Lieshout van Brandweer Nederland.

Brandweerkleding moet meegaan met de tijd en aansluiten op de wensen en behoeften van dragers, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid, draagcomfort en veiligheid. In samenwerking met brandweercollega’s is daarom een nieuw operationeel uniform ontwikkeld ter vervanging van het huidige kazernetenue. Veiligheidsregio Haaglanden nam al eerder het initiatief om nieuwe kleding te ontwikkelen, hun ontwerp vormde de basis voor het nieuwe operationeel uniform.
Op woensdag 7 december overhandigde Tijs van Lieshout, voorzitter van Brandweer Nederland, de eerste kledingpakketten aan de collega’s uit het land die het uniform straks gaan dragen. Dit onder toeziend oog van Carolien Angevaren, directeur Brandweerzorg van Veiligheidsregio Utrecht. Het ontwerp is in nauwe samenwerking tussen NIPV en Brandweer Nederland tot stand gekomen.

Samenwerking
IJle Stelstra, algemeen directeur NIPV: “De afgelopen 2 jaar is intensief samengewerkt tussen NIPV, Brandweer Nederland en kledingproducent Groenendijk aan de ontwikkeling van het nieuwe uniform. Dankzij deze samenwerking ligt er nu een prachtig eindresultaat. Ik ben er trots op, samen met al mijn NIPV-collega’s, dat wij met dit uniform een bijdrage kunnen leveren aan de professionaliteit en uitstraling van de brandweer. Ik wens jullie veel draagplezier.”
Veiligheid en draagcomfort
Tijs van Lieshout: “Dit nieuwe uniform is een hele grote verbetering ten opzichte van het oude uniform. Er is heel veel aandacht besteed aan veiligheid en draagcomfort. Brandweermensen hebben het uniform uitvoerig getest en input geleverd op het ontwerp zodat het goed aansluit bij hun wensen en het gebruik in de praktijk. Dit nieuwe uniform draagt bij aan de professionaliteit en de eenheid van de brandweer. Ik ben er trots op dat we straks met 23.000 brandweermensen in hetzelfde uniform rondlopen. En ik dank de collega’s uit Haaglanden voor hun inspiratie en gedane voorwerk, mede daardoor zijn we zover gekomen.”
Gebruik van het uniform
Het operationeel uniform voldoet aan de criteria voor een persoonlijk beschermingsmiddel. Dit houdt in dat het uniform ook gebruikt mag worden voor een aantal laag-risicotaken; denk hierbij aan reanimaties, liftopsluiting en dienstverlening. Elke veiligheidsregio bepaalt zelf welke medewerkers de kleding krijgen en bij welke taken het operationeel uniform wordt gedragen. Elke regio heeft een kledingcoördinator, deze draagt zorg voor het inmeten van de kleding en het plaatsen van de bestellingen. De uitlevering aan de veiligheidsregio’s vindt gefaseerd plaats, gezien de omvang van de totale levering. De komende maanden ontvangen alle regio’s de nieuwe kleding.
Draagvoorschrift Brandweerkleding
Met de komst van het nieuwe operationeel uniform is tevens het draagvoorschrift brandweerkleding herzien. In dit draagvoorschrift staan de richtlijnen voor alle kledinglijnen van de brandweer in Nederland: het operationeel uniform, de uitrukkleding, sportkleding, kazernekleding én het ceremonieel uniform. Voor elk van deze lijnen, en combinaties daarvan, staat beschreven wanneer en hoe de betreffende kleding gedragen moet worden. Het op de juiste wijze dragen van de kleding draagt bij aan de veiligheid, herkenbaarheid en zichtbaarheid van de brandweer.
Kijk voor meer informatie over het operationeel uniform op de website van Brandweer Nederland.
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina
Blog: Het WK en elektrische voertuigen: een onverwachte én ongelukkige combinatie voor de brandweer
6 december 2022
“Voertuigbranden als gevolg van ordeverstoringen gaan langer duren dan voorheen met fossiel aangedreven voertuigen”, bloggen lector Energie- en transportveiligheid Nils Rosmuller en Tom Hessels, adviseur Energie- en transportveiligheid. Bij de voetbalrellen na de overwinning van Marokko op België gingen twee elektrische voertuigen in vlammen op. Het duurde lang voordat de situatie veilig genoeg was voor de brandweer om de brand te blussen.

‘Voetbal’rellen
Op zondag 27 november en dinsdag 6 december vonden na de overwinning van Marokko op België op het WK voetbal er voetbalrellen plaats in Amsterdam, Den Haag, Utrecht en Rotterdam (1). Op zichzelf al opmerkelijk, dat als gevolg van een overwinning rellen ontstaan. Maar er was nog een behoorlijk opmerkelijk veiligheidspunt dat hiermee, en ons lectoraat Energie- en Transportveiligheid, samenhangt. In Amsterdam-West gingen bij de rellen een elektrische deelscooter én een elektrische deelauto in vlammen op. Doordat het lang duurde voordat de situatie veilig genoeg was voor de brandweer om de brand te blussen raakte het accupakket van beide voertuigen bij de brand betrokken. En dan is ‘plots’ sprake van een andersoortige brand, met dito andersoortige incidentbestrijding dan wanneer het conventioneel aangedreven voertuigen (benzine, diesel) zou betreffen. Derhalve brengen dit soort rellen een (nu nog) ‘nieuw’ risico met zich mee: voertuigbranden als gevolg van dit soort ordeverstoringen gaan langer duren dan voorheen met fossiel aangedreven voertuigen.
Elektrische voertuigen
Nietsvermoedend reed de bestuurder van een elektrische Fiat 500e deelauto over het Mercatorplein in Amsterdam toen relschoppers zijn auto bekogelden, sloopten en vervolgens in brand staken. De brandweer kon pas na anderhalf uur ter plaatse komen: eerder was het door de relschoppers nog niet veilig genoeg om de bluswerkzaamheden uit te voeren. De bluswerkzaamheden zelf brachten echter nog een extra complicerende factor met zich mee: doordat de brand het eerste anderhalf uur zich ‘vrij’ kon ontwikkelen was het accupakket van de auto bij de brand betrokken geraakt. Een brand in een accupakket laat zich alleen blussen door het langdurig koelen/onderdompelen in water, moest de deelauto vervolgens in een dompelbak worden afgevoerd: een tijdrovend proces. Er moet een berger veilig ter plaatse komen, met dompelcontainer, waarin vervolgens het brandende elektrische voertuig wordt getakeld en afgevoerd.
Thermal runaway
Zoals we al vaak hebben geschreven brengen branden met elektrische voertuigen een andersoortig brandverloop met zich mee. Is het accupakket eenmaal betrokken bij brand, en raakt deze dus in thermal runaway, laat zich deze alleen doven door langdurige koeling (veelal door onderdompelen in water) of als deze volledig is uitgebrand en er geen energie meer in de batterijcellen zit. Het incident en de incidentbestrijding duurt daarom aanzienlijk langer dan bij conventioneel aangedreven voertuigen: het kost namelijk tijd om een dompelcontainer ter plaatse te laten komen om het accupakket onder te dompelen. Het voertuig laten uitbranden is in veel gevallen niet mogelijk vanwege de omgeving waarin dezer staat (in dit geval midden in de stad).
Kan er niet op tijd worden ingegrepen bij een beginnende brand (in dit geval in het interieur) kan de brand zich uitbreiden naar het batterijpakket. Dit zorgt voor een langdurige inzet van de brandweer. Ook neemt de impact op de omgeving toe als het accupakket betrokken is: branden en daarmee het vrijkomen van toxische stoffen duren immers langer dan bij een conventioneel aangedreven voertuigen.
Meer en meer elektrische vervoermiddelen, en dus …
Het aandeel elektrische voertuigen (en waaronder ook de deelauto’s, -scooters, e-bikes) in ons reguliere vervoersaanbod stijgt in hoog tempo. Maar ook de hulpdiensten zelf maken steeds vaker gebruik van elektrische voertuigen, getuigen deze voorbeelden van politie (2), brandweer (3) en ambulance (4). En, hoe ongewenst ook, maar ook voertuigen van hulpdiensten zijn nogal eens lijdend voorwerp van relschoppers. Daarmee stijgt dus ook de kans dat een elektrisch hulpdienstenvoertuig (bij incidenten als in Amsterdam-West) betrokken raakt. Het is immers niet de eerste keer dat bij rellen voertuigen (inclusief die van de hulpdiensten) in brand worden gestoken (5+6). Dit brengt nog weer nieuwe problemen en risico’s met zich mee voor diezelfde hulpdiensten en de omgeving.
Dat brengt ons zo begin december bij de vraag wat Oud en Nieuw de hulpdiensten in dit kader gaat brengen. Helaas leert de traditie dat tijdens de jaarwisseling honderden voertuigen in brand worden gestoken. Ongetwijfeld zullen daar ook elektrische voertuigen bij zitten. Hoe wordt met deze voertuigbranden omgegaan door de brandweer? Zijn er ‘genoeg’ dompelcontainers? En hoe snel zijn deze aanwezig om een elektrisch voertuig te bergen? De belasting op de hulpdiensten is tijdens de jaarwisseling al groot. Lange wachttijden voor een dompelcontainer (7), waardoor hulpdiensten langdurig bij een autobrand moeten staan, zorgen voor een nóg grotere belasting van de hulpdiensten. Deze ‘wachtende’ brandweereenheden zijn dan namelijk niet beschikbaar voor een een brand elders. En wat doet zwaar vuurwerk dat ontploft onder een elektrische voertuig (van de politie, brandweer, of ambulancedienst) met het accupakket?
Waar eerder conventionele voertuigen die in brand werden gestoken tijdens ongeregeldheden, zoals bij Oud en Nieuw ‘vanzelf’ uitgingen of relatief snel te blussen waren, zien we dat met de elektrificatie van het wagenpark dit soort incidenten nu leidt tot een forse en langdurige inzet van brandweer en bergers (in risicovolle situaties). De kans dat dit gebeurt wordt met de elektrificatie van het wagenpark, inclusief die van de hulpdiensten, namelijk steeds groter.
Hopelijk zien we ‘vuurwerk’ van het Marokkaanse elftal op het voetbalveld en niet op de grootstedelijke pleinen. Niet na een gewonnen of verloren voetbalwedstrijd, noch tijdens Oud en Nieuw. Want de hulpdiensten zijn al druk genoeg, en genoemde andersoortige risico’s van de elektrificatie maakt hun inzet alleen nog maar langduriger en intensiever.
Nils Rosmuller, lector Energie- en transportveiligheid
Tom Hessels, adviseur Energie- en transportveiligheid
[1] https://www.parool.nl/nederland/rellen-op-mercatorplein-in-amsterdam-west-na-wk-winst-marokko~bbf0fe30/
[2] https://www.gelderlander.nl/nijmegen-e-o/politie-voortaan-met-elektrische-auto-achter-de-boeven-aan~ad6cffa1/
[3] https://nos.nl/artikel/2377542-brandweer-amsterdam-neemt-eerste-elektrische-bluswagen-in-gebruik
[4] https://www.nrc.nl/brandedcontent/kia/waarom-de-ambulancezorg-elektrisch-rijdt
[5] https://nos.nl/artikel/2406315-rellen-rotterdam-gewonden-door-schoten-volgens-politie-nog-onrustig
[6] https://www.prorail.nl/nieuws/vernielingen-station-eindhoven [7] https://www.ad.nl/auto/we-rijden-steeds-vaker-elektrisch-maar-een-brandende-accu-is-niet-te-blussen~ad17a353/
Lees ook
Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.
Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.
Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.
Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.
In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.
Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.
- Pagina1
- Pagina2
- …
- Pagina55
- Volgende pagina