De vraagstukken voor de brandweer in 2030

12 oktober 2022

De wereld verandert razendsnel. Technologische en maatschappelijke ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Hoe ziet de Nederlandse samenleving er in 2030 uit? Wat betekent dit voor de rol en de taken van de brandweer? Dat onderzocht het lectoraat Brandweerkunde van NIPV in opdracht van de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV). Met de kennis en inzichten uit het onderzoek kan de RCDV haar strategische agenda voor de komende jaren opstellen.

Hans Hazebroek, senior onderzoeker, was de projectleider van het omvangrijke project. “De expliciete opdracht van de RCDV was om van buiten naar binnen te kijken en een gedragen toekomstverkenning op te leveren waarin de brandweer zich kan herkennen. Naast literatuuronderzoek hebben we daarom twee grote events georganiseerd volgens de methode van de Future Search en zijn de vakraden aangesloten. Verder hebben we mensen van binnen en buiten de brandweer geïnterviewd. Vervolgens hebben we alle opgehaalde inzichten geanalyseerd, geprioriteerd en geclusterd. Zo zijn we uitgekomen op 7 perspectieven, in het rapport ‘samenlevingen’ genoemd, en op 5 overkoepelende strategische vraagstukken voor de brandweer.”

Herkenbaar rapport

“Ik ben buitengewoon trots op het rapport dat er nu ligt”, vertelt Petra de Kam, voorzitter van de Stuurgroep Toekomstverkenning brandweer namens Brandweer Nederland. “Ondanks de coronabeperkingen is het ons gelukt om meerdere malen met grote groepen mensen van binnen én buiten de brandweer naar de toekomst te kijken. Dat is belangrijk omdat – zoals het rapport laat zien – een toekomstverkenning geen wiskundig proces is waar een bepaalde concrete uitkomst uit rolt. Alle deelnemers hebben de ruimte en vrijheid gekregen om elkaar aan te vullen en de toekomstvisie van de brandweer te verrijken. Op deze manier hebben we een rapport gekregen waarin iedereen zich kan herkennen. Het is echt een rapport van ons samen geworden.”

Strategische agenda

Lector Brandweerkunde Ricardo Weewer: “Ik ben blij dat we dit onderzoek voor de RCDV hebben mogen doen. Het was een heel interessante exercitie om opnieuw naar de toekomst van de brandweer te kijken en daaraan strategische thema’s te verbinden. Dit onderzoek is niet alleen het uitgangspunt voor de RCDV voor het opstellen van haar strategische agenda. Voor ons vormt het de basis voor de strategische onderzoeksagenda voor de komende jaren.”


Vijf strategische vraagstukken

De 5 strategische vraagstukken voor de brandweer zijn:

  • Moet de maatschappelijke opgave van de brandweer worden verbreed naar 1) grootschaliger incidenten en 2) het inzetten van daadkracht, netwerk en middelen bij crises met behoud van lokale inbedding?
  • In welke netwerken en op welk niveau is samenwerking gewenst en hoe kan dit het beste flexibel worden georganiseerd?
  • Hoe organiseer je flexibiliteit, wendbaarheid en veerkracht binnen de brandweer? Let wel: organisatie én mens! Wil de brandweer een rol spelen in het organiseren van flexibiliteit en veerkracht binnen de samenleving en zo ja hoe?
  • Hoe zorg je ervoor dat de brandweer voortdurend inhoudelijke kennis opdoet, deelt en innoveert om mee te komen met de 7 gevonden trends?
  • Hoe beweegt de brandweer qua werkgeverschap en leiderschap? Hoe breng je mens en werk in balans in de organisatie en in de ontwikkelingen die de organisatie zal doormaken?

Lees het rapport en de interactieve samenvatting

Download de documenten op de onderzoekspagina Toekomstverkenning Brandweer.


Bekijk ook: Toekomstverkenning crisisbeheersing

Behalve voor de brandweer wordt een soortgelijke toekomstverkenning voor het vakgebied crisisbeheersing uitgevoerd. Zie voor meer informatie Toekomstverkenning Crisisbeheersing.

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

Ongevallenstatistiek voorrangsvoertuigen 2020-2021

6 oktober 2022

Vandaag presenteerde het NIPV de cijfers van ongevallen met voorrangsvoertuigen over 2020 en 2021. Doel van het tweejaarlijkse onderzoek is om inzicht te krijgen in het aantal en de kenmerken van ongevallen met voorrangsvoertuigen.

In 2020 en 2021 vonden er in totaal 219 ongevallen met voorrangsvoertuigen plaats. Deze ongevallen leidden tot 102 gewonden, waarvan 54 hulpverleners (44 politie, 5 ambulance, 3 brandweer en 2 overige diensten) en 48 andere weggebruikers. Bij 145 ongevallen waren politievoertuigen betrokken, bij 53 ongevallen ambulances en bij 16 ongevallen brandweervoertuigen. Bij 5 ongevallen waren voertuigen betrokken van overige hulpverleningsdiensten die optische en geluidssignalen mogen voeren.

Kenmerken ongevallen

De twee belangrijkste ongevalstypen waren: een verkeerssituatie waarin de weggebruiker niet oplet of onverwacht gedrag vertoont (29 procent) en een kruispunt met verkeerslichten, waarop de voorrangsvoertuigbestuurder door rood licht rijdt, terwijl de andere weggebruiker groen licht heeft (24 procent). Bij de meeste ongevallen was er sprake van een wederpartij (80 procent). Bij meer dan de helft van deze ongevallen – voor zover bekend – had de wederpartij het voorrangsvoertuig niet gezien of gehoord. Bij twee derde van de ongevallen was er sprake van een flankbotsing. Driekwart van de ongevallen gebeurde binnen de bebouwde kom. Hier deden zich ook de meest ernstige ongevallen voor.

Interpretatie cijfers

De hulpverleningsorganisaties hebben in het rijden met optische en geluidssignalen een min of meer gelijksoortige taak. Bij de interpretatie van de cijfers is het echter belangrijk om in gedachten te houden dat de organisaties op andere aspecten verschillen, zoals de grootte van het wagenpark, het aantal uitrukken en de kenmerken van de uitrukken. Deze verschillen kunnen invloed hebben op de omvang en de ernst van ongevallen met voorrangsvoertuigen.

Blog: ‘t Is weer voorbij die droge zomer …

5 oktober 2022

“Er zijn voor het natuurbrandrisico twee centrale vraagstukken waaraan gewerkt moet worden: wat moeten we doen om het natuurbrandrisico in Nederland beheersbaar te maken? En hoe gaat BV Nederland de maatregelen die genomen moeten worden, betalen?”, blogt senior onderzoeker Hans Hazebroek.

Heidebrand

Na een lange, droge zomer is er inmiddels overal weer ruim neerslag gevallen en lijkt Nederland gevoelsmatig eerder ‘te nat en koud’ dan ‘te warm en droog’ te worden. Het wisselen van seizoenen activeert in Nederland meestal een natuurlijke cyclus waarin de aandacht voor natuurbranden verschuift naar de traditionele drukke invulling van het najaar met bijeenkomsten, vergaderingen en deadlines voor het ‘normale’ werk. Want natuurbrand is in Nederland een risico waar we ons tot nu toe alleen écht druk over maken als het al een paar weken droog is en terreinbeheerders en brandweermensen elkaar bezorgd aankijken.

Droogte maakt opeens van alles mogelijk

Als het droog is, krijgt het natuurbrandrisico aandacht en lijkt er ook ruimte te zijn om maatregelen te nemen, al is het soms alleen op de korte termijn. Zo was Nederland eerder nooit écht geïnteresseerd in RescEU, een Europees bijstandsmechanisme waarmee de inzet van blusvliegtuigen en -helikopters wordt gecoördineerd. Maar in deze droge zomer nam een senior ambtelijk vertegenwoordiger van het ministerie van Justitie en Veiligheid deel aan gesprekken over hoe dit mechanisme verder kan worden versterkt. Daarnaast is deze zomer een oproep van de brandweer om bermen te maaien door veel wegbeheerders, zowel gemeentelijk, provinciaal als landelijk, opgevolgd.

Overigens laat de reactie op een dergelijke oproep ook zien hoe ad hoc wij onze natuurbrandbeheersing hebben geregeld: sommige wegbeheerders reageerden dat een dergelijke maaiactie eigenlijk niet in het onderhoudscontract was opgenomen. Met andere woorden: wij hebben ons systeem er niet op ingericht dat we in een droge periode soms aanvullende of andere maatregelen moeten nemen dan we gewend zijn. Ook een aantal organisaties die het behoud van de natuur tot doelstelling hebben, maakten bezwaar tegen het maaien van bermen omdat dit de flora en fauna verstoort.  Met andere woorden: we hebben nog geen structureel gesprek gevoerd over het wegen van het belang van veiligheid (voor mens, flora en fauna) versus natuur- en andere waarden die hieraan direct gelinkt zijn.

Positieve ontwikkelingen

Dit jaar zijn er echter positieve ontwikkelingen die er hopelijk toe leiden dat hoewel de seizoenen wisselen, het natuurbranddossier NIET tot de lente wordt opgeborgen. Afgelopen week is de Rijksbrede Risicoanalyse Nationale Veiligheid gepubliceerd, waarin onder regie van het Analistennetwerk Nationale Veiligheid alle risico’s die Nederland (gaan) bedreigen in kaart zijn gebracht en ten opzichte van elkaar zijn gewogen in ‘kans’ en ‘effect’. Uitkomst: natuurbranden kennen én een hoge waarschijnlijkheid én een ernstig potentieel effect en dat is een aanzienlijke verzwaring van de inschatting van dit risico ten opzichte van 2016. Daarmee komt natuurbrand, zonder er een competitie van risico’s van te willen maken, in Nederland voor het eerst in het redelijk selecte rijtje van andere risico’s te staan die eveneens een hoge kans/ernstig effect hebben. Dat is mede omdat gelijktijdigheid bij natuurbranden een belangrijke factor is: de kans op twee of meer grote natuurbranden tegelijk is bijvoorbeeld vele malen groter dan dat er in twee chemische plants tegelijk een groot probleem ontstaat (zie ook mijn eerdere blog ‘Voorbereiden op de natuurbrand van morgen’). In de risicoanalyse wordt aan de indeling ‘hoge waarschijnlijkheid en potentieel ernstig effect’ de conclusie verbonden dat het ‘zinnig is om daar als samenleving op voorbereid te zijn en na te gaan of de weerbaarheid op orde is. Dit is weer input voor de Nationale Veiligheidsstrategie, die hopelijk activerend werkt in het beleidsmatig beheersen van natuurbranden.

Natuurmonumenten, Landschappen NL en het Wereldnatuurfonds deden afgelopen deze week een landelijke oproep (zie Binnenlands Bestuur van 29 september 2022) aan provincies en waterschappen om structurele maatregelen te nemen tegen de verdroging die plaatsvindt. Verdroging is één van de belangrijkste ‘drivers’ van natuurbrandgevaar, en dus zou het nemen van maatregelen tegen verdroging ook positief werken voor het beperken van natuurbrandgevaar.

Daarnaast heeft de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit opdracht gegeven om een werkgroep in te richten om het natuurbrandprobleem te gaan adresseren én is de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV) bezig om een taskforce in te richten om vanuit het perspectief van de brandweerzorg en crisisbeheersing actie te gaan ondernemen. Bijzonder is immers dat natuurbrand – in tegenstelling tot gebouwbranden – een beleidsarm dossier is: er is geen gezamenlijk beleid, er zijn geen gezamenlijke regels en eigenlijk ook geen organisatievorm om natuurbranden beheersbaar te houden. Samenvattend: er is positieve beweging, iedereen doet zijn best, maar de structuur van en samenhang in natuurbrandbeheersing kunnen en moeten worden verbeterd.

Twee centrale vraagstukken

Er zijn twee centrale vraagstukken in het beheersen van het natuurbrandrisico. Het eerste: is: ‘hoe kunnen we het natuurbrandrisico in Nederland beheersbaar maken en houden met klimaatverandering als uitgangspunt?’ Dit is geen structuur- maar een inhoudelijke vraag waarvoor kennis noodzakelijk is die we nu niet hebben. Want met welke landschapsinrichting en beheermaatregelen houden we bijvoorbeeld een brand binnen een perceel, zelfs als de brandweer op dat punt niks kan doen? Wat moeten we doen om er redelijk zeker van te zijn dat een natuurbrand niet kan overslaan op een camping? Hoe bestrijden we een natuurbrand als het koelend vermogen achterblijft bij het brandvermogen? Hoe beïnvloeden we het publieke gedrag zodanig dat burgers  voorbereid zijn op evacuaties? Welke risicocommunicatie over natuurbrand leidt tot het beste resultaat? Het zijn vragen waarop we nu op basis van onze beperkte ervaring eigenlijk geen onderbouwd antwoord kunnen geven. Zeker niet omdat ervaring gaat over incidenten uit het verleden, terwijl we weten dat door klimaatontwikkeling de natuurbranden anders zullen worden en ervaring daarom niet automatisch tot de beste oplossing zal leiden.

Het tweede centrale vraagstuk is – heel Hollands -: ‘wie gaat dat betalen?’ Want ook al worden er perfecte maatregelen en middelen ontwikkeld om het risico op natuurbranden te beheersen én om deze te bestrijden, dan zullen deze niet worden toegepast totdat er geld beschikbaar is. Anton Slofstra, voorzitter van de taskforce natuurbranden van de RCDV, pleit terecht voor een deltaplan natuurbranden in lijn met het samenstel van maatregelen dat ertoe heeft geleid dat Zuidwest-Nederland sinds 1953 niet meer is overstroomd. Vraag is wel waarom het Deltaplan zo succesvol is geworden. Want net als voor natuurbranden geldt, was het beheersen van dat risico bij heel veel verschillende (overheids)partijen en -lagen ondergebracht met ieder hun eigen bevoegdheden, hun eigen visie op dé oplossing en hun eigen rol daarin. Naast een hele concrete aanleiding (de Watersnoodramp van 1953) en centrale regie (onder één ministerie) was geld misschien wel de belangrijkste reden waarom het Deltaplan geslaagd is. Omdat er (ruim) geld beschikbaar was, zijn partijen die aanvankelijk terughoudend waren om mee te werken, over de streep  getrokken. In de zoektocht naar een deltaplan natuurbranden moeten we dus in het achterhoofd houden dat een deltaplan dus ook of zelfs vooral draait om het vinden van geld. Daarbij kunnen coalities (met bijvoorbeeld natuurorganisaties) of verbindingen met andere actuele dossiers waarin veel geld omgaat, zoals klimaatadaptatie en stikstof, behulpzaam zijn.

Hans Hazebroek
senior onderzoeker brandweerzorg

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

Evaluatie storm Eunice: inzet NL-Alert was noodzakelijk

5 oktober 2022

Het lectoraat Crisisbeheersing van NIPV voerde in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid een evaluatie uit naar de overbelasting van 112 tijdens de storm Eunice op 18 februari 2022. De evaluatie gaat over de inzet van de betrokken organisaties bij de voorbereiding op en de gebeurtenissen tijdens de storm Eunice.

Omgevallen boom door storm

Uit de evaluatie komt naar voren dat ondanks een maximale bezetting van de landelijke 112-centrale en de regionale meldkamers niet voorkomen kon worden dat bellers het alarmnummer 112 niet konden bereiken. Pas na het uitzenden van een NL-Alert waarin werd opgeroepen om alleen 112 te bellen bij levensgevaarlijke situaties, nam het aantal oproepen naar de landelijke 112-centrale af, en daarmee ook de wachtrij voor de regionale meldkamers. 

De onderzoekers constateren dat de overbelasting met name werd veroorzaakt door het groot aantal mensen dat tegelijkertijd met 112 belde voor situaties waarvoor spoedeisende hulp niet noodzakelijk was. De onbereikbaarheid van 112 heeft gelukkig niet geleid tot slachtoffers.

Aanbevelingen

NIPV doet in zijn evaluatierapport diverse aanbevelingen om de inzet en samenwerking van de betrokken organisaties bij situaties als storm Eunice te verbeteren. Volgens de onderzoekers laat de storm Eunice zien dat er voor de veiligheidsregio’s, naast de hoeveelheid werk die zich tijdens een dergelijke gebeurtenis ontvouwt, een bovenregionale en vooral operationele lacune ontstaat in kennisdeling en afstemming. Die lacune zou kunnen worden opgevuld door een landelijk operationeel leider.

Daarnaast wordt aanbevolen om meer en beter gebruik te maken van telefoonnummers voor niet-spoed-meldingen, en om de ideeën voor het digitaliseren van meldingen multidisciplinair nader uit te werken.

Tevens bevelen de onderzoekers aan om de discussie te starten over hoe breed of smal het gebruik van NL-Alert zou moeten c.q. mogen zijn. Wellicht kan een vroege NL-Alert een overbelasting van de meldkamer voorkomen. Verder doen zij aanbevelingen over de inzet van risicocommunicatie, het nader bezien van de opschaling van kleurcode oranje naar kleurcode rood, de samenwerking tussen calamiteitencoördinatoren en de inzet van de brandweer tijdens stormen.

Lees het rapport

Download het rapport op de onderzoekspagina Incidentonderzoek.

Kamerbrief

Lees de Kamerbrief met beleidsreactie op evaluatie inzet van betrokken organisaties bij storm Eunice.

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

Blog: Ervaringen bij onderzoek van de Bijlmerramp

30 september 2022, Menno van Duin

Lector Crisisbeheersing Menno van Duin kijkt in een drieluik terug op de Bijlmerramp, 30 jaar geleden. In deze tweede blog beschrijft hij zijn ervaringen als onderzoeker: de eerste dagen na de ramp.

Wij zaten die bewuste avond, 4 oktober 1992, aan tafel. Mijn vrouw en ik waren net begonnen aan het avondeten toen een collega van het COT belde dat er in Amsterdam een vliegtuig zou zijn neergestort. Omdat het COT eerder dat jaar onderzoek had gedaan naar de explosie/ramp bij Cindu in Uithoorn, hadden we wat inseinafspraken gemaakt met de Algemene Verkeersdienst van de Rijkspolitie om ter plekke onderzoek te kunnen doen bij crises. Dat betekende dat we vervolgens snel tot actie overgingen.

Vanuit verschillende plaatsen in het land trokken onderzoekers en student-assistenten naar Amsterdam. Zelf reed ik met Uri Rosenthal mee. Hij beschikte indertijd al over een autotelefoon die, met alles erbij, de omvang had van een kleine hutkoffer. Zo onderhielden we in de auto contact met Amsterdam en werden we naar de Bijlmersporthal geleid. Toen we daar tegen tienen aankwamen, bleek Werner Overdijk – toen nog student-assistent bij het COT ‒ al aanwezig en tot onze verrassing ter plekke te zijn gebombardeerd tot een soort van opvangcoördinator.

Die avond zagen we de sporthal volstromen met vooral ‘allochtonen’ – een woord dat in die tijd nog werd gebruikt – maar er klopten ook vele (potentiële) hulpverleners aan. Vele psychologen meldden zich spontaan. De meeste van hen hadden overigens geen enkel idee wat de overlevenden van de ramp of andere ontheemden die eerste uren wensten. Eigenlijk nooit een psycholoog, maar vooral wat warmte, een arm om de schouder, iets te eten en vooral informatie, informatie en informatie.

De dagen erna waren sommigen van ons nog in Amsterdam, maar volgden wij ‒ net als de rest van Nederland – de gebeurtenissen toch vooral via de televisie. De eindeloze beelden van het rampterrein, de indrukwekkende tocht naar de RAI waar een herdenkingsdienst plaatsvond en de veelkleurige vormen van rouw.

Weken later startten wij ons evaluatieonderzoek in opdracht van de gemeente. Sommige van die gesprekken ‒ bijvoorbeeld met Hugo Ernst de brandweercommandant – zal ik nooit vergeten. Brandweermensen zien ‒ ook in de flats in de Bijlmermeer ‒ het nodige, maar spreken hier verder niet over. Ook bij een volgende brand willen ze immers onbelemmerd toegang hebben. Ook boeiend was een gesprek met wethouder Frank de Grave (de eerste locoburgemeester van de stad) die ten tijde van de ramp in het verre buitenland was. Toen hij na een aantal dagen terugkeerde in Amsterdam, had hij dagenlang een achterstand. Hij voelde zich aanvankelijk een buitenstaander; had de ramp niet meebeleefd.

Hoewel wij als COT al wat evaluaties hadden verricht, was dit natuurlijk van een totaal andere orde. Gelukkig hadden we de tijd om niet alleen stukken te lezen en gesprekken te voeren, maar ook om met elkaar observaties te delen en gaandeweg ons een beeld te vormen. We waren dan ook zeer tevreden met het eindresultaat.

Het rapport werd goed ontvangen en de naam van het COT was gevestigd. Uri Rosenthal had een team om zich heen dat van waarde was. Voor ons verdween de ramp echter meer en meer naar de achtergrond, want nieuwe crises dienden zich aan zoals bijvoorbeeld de hoogwatersituaties van 1993 en begin 1995. Maar de Bijlmerramp en vooral de nasleep ervan verdwenen bij anderen helemaal niet uit beeld. Enkele journalisten doken met een ongekende hardnekkigheid op de gebeurtenissen die zich kort na de ramp zouden hebben voltrokken. Hulpverleners zouden zijn blootgesteld aan gevaarlijke stoffen; dat verklaarde dat verschillende van hen ziek waren geworden. Mannen in witte pakken hadden de nacht(en?) na de ramp allerlei belastende informatie op het rampterrein verdonkeremaand.

De hardnekkige zoektocht naar de waarheid en de toenemende onduidelijkheden over wat er nu echt gebeurd was, leidden uiteindelijk in 1998 tot de Bijlmerramp-enquête. Dagenlang volgden velen de verhoren op televisie. Het werd vooral spannend toen iemand met een laadbrief kwam, die schokkende informatie bevatte. Hoge ambtenaren van het verantwoordelijk ministerie van Verkeer en Waterstaat zouden deze informatie ‘onder de pet’ hebben gehouden. Kwalijk was echter vooral dat de enquêtecommissie al vrij snel wist dat het de laadbrief van een ander toestel betrof en dat vervolgens zelf enkele dagen ‘onder de pet hield’.

Zelf had ik in die periode nog een radio-interview met Clairy Polak, die vooral wilde suggereren dat de gemeente Amsterdam nauwelijks was voorbereid op een ramp. Dat werd gaandeweg de ‘tone of voice’ ten tijde van de parlementaire enquête.  Ze noemde het voorbeeld van politiechef Nordholt die in zijn ‘verhoor’ aangaf dat hij op 4 oktober als eerste aankwam bij het beleidscentrum in de Stopera en flink had moeten zoeken naar het licht. Mijn wedervraag of soms in het gemeentelijk rampenplan ook de plaats van de lichtknopjes zou moeten worden opgenomen, werd niet erg gewaardeerd. Relativeringen waren minder welkom.

Hoewel uiteindelijk ook de enquêtecommissie oordeelde dat de rampenbestrijding goed was aangepakt, was de commissie van oordeel dat de gemeente indertijd meer had moeten doen om zekerheid te hebben omtrent de lading en de eventuele aanwezigheid van bepaalde gevaarlijke stoffen aan boord van het vrachtvliegtuig. Achteraf kan dat natuurlijk geconcludeerd worden. Feit is dat het thema van de lading in 1992 geen enkele rol speelde en wij in de gesprekken nooit een woord hierover gehoord hebben (en er ook niet naar hebben gevaagd). De lading was simpelweg een non-issue en achteraf ‒ na uitvoerig onderzoek van de commissie ‒ ook wel weer min of meer begrijpelijk. Er was ook weinig betekenisvols gevonden.

Eén conclusie van de commissie bleef na afloop een heikel punt. De commissie zag een rechtstreeks verband tussen de gezondheidsklachten en de Bijlmerramp. In een motie van wantrouwen werd dat met name minister Borst, in 1999 verantwoordelijk voor Volksgezondheid (maar in 1992 niet!), fors aangerekend. De motie werd maar net overleefd. Feitelijk was het verband vooral indirect. Ook het RIVM had in onderzoek aangegeven slechts een indirecte relatie te zien.

Minister Borst, ten slotte, leerde snel van de motie van wantrouwen. Dat verklaarde ook dat een aantal maanden later bij de vuurwerkramp in Enschede (mei 2000) al na enkele dagen een team van het ministerie van Volksgezondheid zich in Enschede meldde. Er moest op stel en sprong een gezondheidsonderzoek worden gestart en een informatie- en adviescentrum worden ingericht.

Zelfs dertig jaar later biedt de Bijlmerramp nog volop interessante inzichten. Welke lessen zijn er voor mij uit deze ramp te trekken? Ik noem er enkelen:

  • De Bijlmerramp toonde in optima forma de gelaagdheid en de ‘gekleurdheid’ van onze samenleving.
  • Rampen met de omvang van de Bijlmerramp werpen lange schaduwen vooruit; ze houden lang grote attentiewaarde.
  • Evalueren is al snel ook een ‘politieke’ aangelegenheid met veel gevoeligheden; voor een parlementaire enquête geldt dat des te meer.
  • Publicaties van journalisten  krijgen vaak – zeker afgezet tegen de kwaliteit – onevenredig veel aandacht.
  • De (dreigende) ramp na de ramp verdient veel aandacht (maar dan niet zozeer de complotten maar wel het zorgvuldige nazorg-traject) hetgeen vaak lastig blijkt, omdat velen weer willen overgaan op de ‘orde van de dag’.

Menno van Duin, Lector Crisisbeheersing

Lees ook de eerste blog: Het Bijlmerramp-complot

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

Het Bijlmerramp-complot

30 september 2022, Menno van Duin

Lector Crisisbeheersing Menno van Duin kijkt in een drieluik terug op de Bijlmerramp, 30 jaar geleden. In zijn eerste blog staat hij stil bij de complotverhalen rondom deze ramp.

Dertig jaar na de Bijlmerramp zijn de complotten van indertijd over deze ramp nog steeds populair. Eén dezer dagen start een vijfdelige serie over het neerstorten van de El Al Boeing die kort na de start van Schiphol neerstortte op een tweetal flats in de Bijlmermeer (4 oktober 1992) waarbij uiteindelijk 43 personen om het leven kwamen.

De serie is niet zozeer gericht op de ramp zelf en de spanningen van de eerste weken, maar zal – als ik de beschrijvingen in de media over deze serie mag geloven – vooral inzoomen op de verhalen die vele maanden tot jaren na de ramp de ronde deden. Iedereen die nu ouder is dan zo 45 jaar zal zich daar nog wel wat van herinneren. Het vrachtvliegtuig zou vol hebben gezeten met wapens en munitie; de exacte route van het toestel na de start zou anders zijn dan aanvankelijk werd aangegeven; direct na de ramp zouden personen van de Israëlische veiligheidsdienst in witte pakken op het rampterrein allerlei spullen hebben weggehaald; alle hulpverleners zouden (als gevolg van de lading) zijn blootgesteld aan chemische en nucleaire stoffen.

Een klein jaar na de ramp kwamen de eerste geruchten en vanaf dat moment doken verschillende journalisten – en later ook het PvdA-kamerlid Van Gijzel – hierop. In de serie staan twee van deze journalisten centraal die zich jaren richtten op al die verhalen en ook het nodige bijdroegen aan al deze geruchten en complottheorieën.

In 1998  was inmiddels zoveel over deze ramp onduidelijk dat een parlementaire enquête helderheid moest gaan bieden. De journalisten die jarenlang al die informatie boven tafel haalden, zagen dit als een succes. Zie je wel dat er het nodige aan de hand was. Uiteindelijk bleef echter weinig over van al deze geruchten en complotten en kwam de commissie – in ieder geval voor deze journalisten – met een ontluisterend rapport. Natuurlijk erkenden de betreffende journalisten niet dat zij fout zaten, maar werd ook deze enquête gezien als onderdeel van die doofpot.

Interessant is dat niet alleen de betreffende journalisten maar ook de regisseur van de serie – onder de noemer van fictie – kennelijk geen afstand kunnen nemen van al die complotverhalen. Het levert vast een spannend programma op. Ook in het Volkskrant-artikel over deze serie (Paul Onkenhout, De Volkskrant, 23 september) worden deze journalisten (Pierre Heyboer en Vincent Dekker die model staan voor de twee journalisten in de serie) nog met alle egards beschreven. Hun vasthoudendheid en doorzettingsvermogen worden geroemd. Mij leert het dat wij kennelijk in die tijd journalisten als Maarten Keulemans misten die wel in staat zijn feit en fictie goed te onderscheiden. Keulemans slaagde er ten tijde van de coronacrisis bijvoorbeeld goed in verschillende angstverhalen en complotten die de ronde deden, te weerleggen.

Kennelijk is het nog steeds moeilijk om in te zien dat deze rampvlucht en de directe nasleep minder spectaculair was dan al deze verhalen suggereerden. Het zal vast een spannende serie opleveren, maar het houdt helaas wel deze complotten in leven.

Menno van Duin, Lector Crisisbeheersing

Lees ook het tweede blog: Ervaringen bij onderzoek van de Bijlmerramp

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

De invloed van duurzaam bouwen op brandveiligheid

3 oktober 2022

Klimaatverandering, de energiezuinigheid en het streven naar duurzaamheid spelen een steeds grotere rol in de bouwmethoden en de bouwmaterialen die in Nederland worden gebruikt. Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen op dit gebied? Welke invloed hebben nieuwe bouwmethoden en bouwmaterialen op de bouwkundige brandveiligheid van gebouwen? De laatste inzichten zijn samengebracht in een nieuwe publicatie.

Voor deze publicatie voerden onderzoekers van het NIPV een literatuurstudie uit. Ook werd informatie ingewonnen bij deskundigen en andere betrokkenen, zoals projectontwikkelaars, ontwerpers, bouwers, adviseurs en medewerkers van veiligheidsregio’s.

Voor wie?

De publicatie is bedoeld voor brandveiligheidsadviseurs van veiligheidsregio’s. De uitgave geeft hun meer inzicht in de bouwkundige brandveiligheid van nieuwe materialen en methoden die gebruikt (zullen) worden als gevolg van ontwikkelingen rondom duurzaam bouwen, energiezuinigheid en klimaatadaptatie.

Inhoud publicatie

De uitgave besteedt aandacht aan:

  • de ontwikkelingen rond duurzaam, energiezuinig, circulair en klimaatadaptief bouwen
  • de manier waarop deze ontwikkelingen zijn terug te vinden in bouwmethoden en materiaalgebruik
  • de invloed van deze ontwikkelingen op de bouwkundige brandveiligheid, de brandveiligheidsrisico’s en mogelijke preventieve oplossingen daarvoor
  • enkele voorbeelden van bouwprojecten, met de nadruk op die aspecten die van invloed zijn op de bouwkundige brandveiligheid.

Constateringen

De onderzoekers concluderen dat er nog veel onbekend is over hoe nieuwe en innovatieve materialen zich precies zullen gedragen wanneer ze betrokken raken bij brand. Verder constateren zij dat de huidige normen en testmethoden vaak zijn gebaseerd op traditionele toepassingen en bouwwijzen en niet altijd zijn toegesneden op nieuwe en innovatieve materialen. Ook kunnen elementen zijn toegevoegd (beplanting/vergroening van gevels) die buiten de scope van het Bouwbesluit vallen, maar wel van invloed zijn op de brandveiligheid. Wel is het mogelijk om met de juiste preventieve voorzieningen de brandveiligheidsrisico’s te beperken en duurzame gebouwen brandveilig te maken.

Bekijk ook

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

Europees project ASSISTANCE afgerond: leerpunten voor verder gebruik virtual reality

30 september 2022

Hoe kan het omgevingsbewustzijn van hulpverleners (first responders) bij complexe incidenten worden verbeterd? Deze vraag stond centraal bij het Europese project ASSISTANCE. Het project is eind september afgesloten in een reviewmeeting met de Europese Commissie. Uit de evaluatie komen verschillende punten waarmee in de toekomst verder kan worden gewerkt aan het gebruik van virtual reality om het omgevingsbewustzijn te vergroten.

Praktijkoefening in Spanje

De naam ASSISTANCE komt voort uit Adapted Situation AwareneSS tools and taIlored training scenarios for increaSing capabiliTies and enhANcing the proteCtion of First RespondErs. In het driejarige project werkten 19 partners uit 8 landen samen. Het project had twee hoofddoelen:

  • het helpen en beschermen van verschillende soorten hulpdiensten die samenwerken bij de bestrijding van grote rampen (door de natuur of de mens veroorzaakt)
  • het vergroten van de capaciteiten en vaardigheden van de ambulance-, brandweer- en politiemedewerkers om het hoofd te kunnen bieden aan complexe situaties.

Hulpmiddelen en technologieën

Om de bescherming en de efficiëntie van first responders te verbeteren, zijn in het project hulpmiddelen en technologieën ontwikkeld. Voorbeelden hiervan zijn drones en robots uitgerust met een reeks sensoren en draagbare sensoren zoals camera’s, vitale functies en GPS. Drie virtual reality (VR)-platforms zijn ingezet om de vaardigheden en vermogens van de first responders te vergroten. Het idee achter het gebruik van de platforms was tweeledig. Ten eerste dat de drie VR-platforms door alle deelnemende landen gebruikt kunnen worden. Ten tweede dat zelfs gezamenlijke opleidingsoefeningen tussen verschillende hulpdiensten uit verschillende landen kunnen worden uitgevoerd. De ontwikkelde instrumenten, technologieën en VR-systemen zijn online en in live pilotsessies getest.

Trainingssessies VR-systemen

Medisch personeel, brandweerlieden en politieagenten uit Nederland, Polen, Spanje, Zweden en Turkije namen deel aan de trainingen van drie verschillende VR-platformen. Vanuit Nederland is gewerkt met het platform ADMS. NIPV ontwikkelde de virtuele oefenscenario’s. De virtuele trainingsoefeningen werden eerst online getest. Daarna in de praktijk. Eric Didderen, projectleider van ASSISTANCE namens NIPV vertelt hierover. “Tijdens drie praktijkoefeningen in Turkije, Nederland en Spanje konden de first responders live deelnemen aan oefeningen met verschillende VR-scenario’s. Er was een grote variatie van scenario’s zoals een incident met gevaarlijke stoffen met slachtoffers, een schietpartij in een middelbare school en een gekantelde bus op een luchthaven.” Na iedere praktijkoefening werd er geëvalueerd. “Hieruit bleek dat first responders de scenario’s interessant en de training effectief, waardevol en motiverend vonden. Als verbetermogelijkheden voor de drie systemen noemden zij o.a. meer scenario’s met toenemende moeilijkheidsgraad, meer natuurlijke interactie en andere omgevingen (bijv. bosbranden). De VR-training werd beoordeeld als tijd- en kosteneffectief en een veilige omgeving om in te oefenen. Er werd wel opgemerkt dat een vituele oefening geen vervanging moet zijn voor andere belangrijke praktijktrainingen en dat de implementatie ervan aan moet sluiten bij de behoeften”, vertelt Didderen.

Situational Awareness (SA)-platform

De gegevens van de drones, robots, sensoren en ingevoerde informatie door first responders werden via een tablet gedeeld op een SA-platform. Uit de evaluatie blijkt dat dit in de huidige vorm nog niet als bevredigend wordt ervaren. Didderen: “De first responders gaven in de pilots aan onvoldoende informatie te krijgen. Het schakelen tussen repressieve taken en de informatie op de tablet bekijken bleek lastig te zijn. Ook werd het platform niet gebruiksvriendelijk genoeg ervaren. De toegevoegde waarde van het platform wordt wel gezien. Voorwaarden hiervoor zijn wel dat de problemen worden opgelost, first responders goed worden opgeleid in het gebruik en dat de hulpverleners er tijd mee winnen tijdens hun optreden.“

Warme contacten voor de toekomst

Aan het nevendoel om de ASSISTANCE-netwerkcontacten voort te zetten en elkaar te inspireren, wordt ook gewerkt. Vertegenwoordigers van NIPV en de Gezamenlijke Brandweer/Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond gaan in oktober naar Zweden om de ervaringen uit te wisselen op het gebied van VR, gebruikte technologieën en digitale verkenning. Daarnaast heeft ASSISTANCE-partner ETRA NIPV benaderd om mee te doen in een ander Europees project.

Ontwikkelingen VR-toepassingen binnen Nederlandse brandweer

De afgelopen jaren zijn er binnen de Nederlandse brandweer ook veel ontwikkelingen geweest op het gebied van VR-toepassingen. Zo is er een VR-simulatie voor chauffeur-pompbediener in de ELO beschikbaar en is de VR-simulatie buurtbatterijen opgeleverd. Inmiddels is er zelfs een heel virtueel energiedorp opgezet waarin verschillenden incidenten kunnen worden geoefend. Voorbeelden van scenario’s zijn een woningbrand met zonnepanelen en een brand in een zonnepanelenpark. Op dit moment wordt gewerkt aan een scenario van een brand in thuisopslagbatterijen met een aangesloten e-voertuig. Daarnaast is het Landelijk netwerk Digitale simulaties brandweer bezig met een ontwerpplan en programma van eisen voor een VR-applicatie om de basisprincipes van brandbestrijding te oefenen. Tot slot is er een VR-applicatie voor straalpijpvoering in de maak.

Meer informatie

Bekijk voor meer informatie over het ASSISTANCE-project de filmpjes van de pilots, de ASSISTANCE-website of de pagina over het project. Neem voor meer informatie over VR-simulaties contact op via onderstaande contactgegevens.

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

53e voltijdopleiding Brandweerofficier gestart: “Ik heb mijn passie gevonden”

28 september 2022

Negentien studenten zijn deze maand gestart met de voltijdopleiding Brandweerofficier. Zij worden de komende anderhalf jaar breed opgeleid tot brandweerofficier. Met een openingsceremonie bij NIPV is de opleiding officieel van start gegaan. Twee studenten vertellen over waarom ze brandweerofficier willen worden en over hun ambities en ervaringen toe nu toe.

De negentien studenten van de 53e voltijdopleiding Brandweerofficier.

Renske Noordermeer-Simon en Stijn Lazaroms zijn twee studenten van de 53e leergang. Renske werkt bij Veiligheidsregio Utrecht: “Al van jongs af aan heb ik interesse in de brandweer. Ik bekeek de studieboeken bevelvoerder van mijn vader en ik was regelmatig bij oefenavonden. Ik was altijd onder de indruk. Toen ik drie jaar geleden vlakbij een kazerne bleek te wonen, begon het weer te kriebelen en heb ik mij aangemeld als vrijwilliger. Nu kan ik vol overtuiging zeggen dat ik mijn passie heb gevonden! Ik heb nu echt het gevoel dat ik een toegevoegde, maatschappelijke bijdrage lever. Daarom heb ik gekozen voor de voltijdopleiding Brandweerofficier.” Stijn, werkzaam bij Veiligheidsregio Midden-West Brabant, herkent zich hierin. “Ik heb ook altijd al interesse in en waardering voor de brandweer gehad. Tijdens mijn studie was het niet handig om als vrijwilliger te starten. Toen ik tijdens mijn studie de vacature voor de 52e voorbij zag komen, dacht ik: aan de 53e wil ik zelf deelnemen! Nu deze van start is gegaan ben ik blij dat het gelukt is!”

Naast repressief ook nieuwsgierig naar andere taken binnen brandweer

“Ik verwacht een pittige, maar wel een supertoffe opleiding waar je in een sneltreinvaart veel verschillende facetten van de brandweer leert kennen”, vertelt Stijn. “Waar je als leek vooral denkt aan het repressieve is dat maar een klein aandeel in de werkzaamheden. Ik verwacht breed opgeleid te worden en veel bagage mee te krijgen om dit na de anderhalf jaar in mijn regio toe te kunnen passen.” Ook Renske is, naast de leerlijn van manschap tot Officier van Dienst (OvD), erg nieuwsgierig naar de ‘koude’ taken binnen de brandweer. “Komende anderhalf jaar wil ik inzicht krijgen in de verschillende afdelingen binnen de veiligheidsregio en daar met verschillende collega’s het gesprek over voeren. Daarnaast heb ik er zin in om de komende tijd aan mijn eigen leiderschapskwaliteiten te werken. Zodat ik straks op een manier die bij mij past leiding kan geven. Enthousiast en vol gedrevenheid!”

Enthousiaste en gepassioneerde mensen

De opleiding is eerder deze maand gestart met onder meer een kennismakingsweek. Renske: “De opleiding is nu twee weken van start en ik heb al enorm veel geleerd over de brandweerorganisatie. Wat mij opvalt is dat alle docenten en collega’s enorm enthousiast zijn en je allemaal wegwijs willen maken binnen de brandweer. Een warm welkom dus!” Ook Stijn is de hoeveelheid gepassioneerde mensen binnen de brandweerorganisatie opgevallen: “Ik kijk er dan ook naar uit om deze kennis en ervaringen op te halen. Het leuke aan de opleiding is de combinatie van warm en koud, zo kijk ik erg uit naar de rode leerlijn (repressie).” Renske heeft zin in de verschillende stageperiodes binnen de opleiding. “Daadwerkelijk diensten meedraaien als manschap, bevelvoerder en OvD. Ik heb er enorm veel zin om van alle collega’s te leren en de gedrevenheid binnen het brandweervak met elkaar te delen!”.

Onderdeel van de brandweerfamilie

De opleiding is op 27 september 2022 officieel van start gegaan met een openingsceremonie voor de studenten en voor familieleden, docenten, coaches en werkgevers. Verschillende mensen spraken de studenten toe. Albert Gieling, manager Centrum voor Opleiding en Vorming Brandweer van NIPV, had mooie woorden voor de studenten: “De start van de 53e voltijdse officiersopleiding is de eerste dag van de rest van je leven. In deze opleiding leer je het mooie vak van brandweerofficier en word je gevormd en onderdeel van de brandweerfamilie. Veel succes en plezier!” Ook IJle Stelstra, directeur bij NIPV, had een boodschap voor de studenten: “Het veiligheidsdomein reikt verder dan alleen het blussen van branden. Er zijn vele partners in veiligheid en dat maakt onze branche ingewikkeld, interessant en relevant. Jullie kunnen straks, met een rugzak vol kennis en ervaring, een bijdrage leveren aan een veiliger en weerbaarder Nederland.”

Aanstelling bij werkgever

De opleiding bestaat uit een kennismakingsweek, lesweken met theorie- en praktijklessen, trainings- en vormingsweken, (buitenland)stages en examenweken. NIPV faciliteert de opleiding. Na een intensief selectietraject hebben de deelnemers een aanstelling gekregen bij hun toekomstige werkgever. De deelnemende veiligheidsregio’s zijn dit keer: Amsterdam Amstelland, Brabant Noord, Fryslân, Gelderland-Zuid, Kennemerland, Midden- en West-Brabant, Noord-Holland Noord, Rotterdam-Rijnmond, Utrecht, Zaanstreek Waterland en Zeeland. Ook zijn er twee deelnemers namens het ministerie van Defensie. Na een succesvolle afronding van de opleiding gaan de deelnemers goed voorbereid aan de slag bij hun werkgever.

Meer informatie

Meer informatie over de opleiding is te vinden op de opleidingspagina Voltijdopleiding Brandweerofficier

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.

NIPV officieel partner van het Centrum voor Veiligheid en Digitalisering

21 september 2022

Digitale weerbaarheid staat hoog op de agenda bij het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid.

Ben Kokkeler, directeur-bestuurder van het Centrum voor Veiligheid en Digitalisering en IJle Stelstra, algemeen directeur NIPV

Als officiële partner van het Centrum voor Veiligheid en Digitalisering (CVD) zal kennis met meerdere betrokken partners worden uitgewisseld en ingezet om deze weerbaarheid te versterken. Woensdag 21 september werd de samenwerking door beide partijen officieel bekrachtigd.

Bij NIPV staan onder andere de actuele maatschappelijke thema’s informatiegestuurde veiligheid en digitale weerbaarheid’hoog op de agenda. IJle Stelstra, algemeen directeur NIPV: “De digitale en de fysieke wereld zijn onlosmakelijk verbonden en vormen het zenuwstelsel van de maatschappij. Wij brengen onze kennis en expertise van de fysieke wereld in bij het CVD en profiteren van het onderwijs en onderzoek dat bij de andere partners aanwezig is.”

NIPV sluit met deze ondertekening officieel aan bij de initiatiefnemers van het CVD: Gemeente Apeldoorn, Hogeschool Saxion, Politieacademie, Universiteit Twente en Aventus.

Lees ook

17-09-2025
Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Docenten René de Bie en Jörgen van Trijp blikken terug op de train-de-trainercursussen die zij verzorgd hebben over de nieuwe PGS 31-richtlijn.

17-09-2025
Kees Douma draagt het IV-stokje over: “Met goede verstandhouding bereik je vaak meer dan met rigide sancties”

Kees Douma verlaat bij zijn pensionering Veiligheidsregio Zeeland, waar hij sinds 2013 specialist industriële veiligheid was. Hij blikt terug op een mooie tijd.

15-09-2025
NIPV werkt mee aan EU-samenwerking bij crises over de grens

Het NIPV is één van de partners in het Europese project CivPro-LiNC, dat moet zorgen voor betere samenwerking tussen buurlanden bij rampen en crises, vooral in grensregio’s.

15-09-2025
‘IV-pensionado’ Ingrid Vaane: “We zijn allemaal schakeltjes in de veiligheidsketen”

Ingrid Vaane blikt terug op een boeiende brandweercarrière, met uiteenlopende functies, waarin zij bijdroeg aan veiligheid in de gebouwde omgeving en de industrie.

12-09-2025
Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door

In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie.

11-09-2025
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied

Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

10-09-2025
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”

“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren. Samen met de collega’s uit het werkveld”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs.

09-09-2025
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger

Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger.

08-09-2025
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start

Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week start het belevingsonderzoek 2025.