“Toen de Oekraïense vluchtelingen naar Nederland kwamen, was er geen landelijk overzicht van wie waar terecht kon”
13 maart 2024
Freerk Dijkstra is als productmanager IV/ICT werkzaam bij het NIPV. Hij is medeverantwoordelijk voor de vernieuwde Vragenlijst software (VLS), een voorziening die helpt bij de verzameling van data en aan de hand van die data overzichtelijke dashboards creëert. Hij vertelt in dit artikel over de opzet van deze voorziening.

“Toen de Oekraïense vluchtelingen naar Nederland kwamen, was er geen landelijk overzicht van wie waar terecht kon. Men is toen begonnen met een Excel-bestand en belrondes met veiligheidsregio’s om overzicht te krijgen. Met de vernieuwde Vragenlijst software (VLS) kunnen we zo’n ad-hoc-situatie nu landelijk veel beter ondersteunen.”
“Met de VLS verzamelen we gestandaardiseerde informatie uit het veld die vervolgens te zien is in een landelijk dashboard. Bij brandonderzoek bijvoorbeeld, vullen brandonderzoekers vragenlijsten in. Die informatie komt in het landelijke dashboard Kerncijfers Veiligheidsregio’s te staan.”
“Als gedelegeerd opdrachtgever was ik nauw betrokken bij de vernieuwing van de VLS. De tool is nu geïntegreerd in onze datavoorzieningen en daardoor kunnen we meer maatwerk bieden. Dat betekent dat we nu ook vragenlijsten voor crisisbeheersing kunnen maken. Vanaf nu zijn de vragenlijsten dus schaalbaar en breder inzetbaar. Niet alleen voor brandonderzoek, maar ook voor onderzoeken in crisisbeheersing zoals van ad-hoc crisissituaties.”
“Nu de nieuwe VLS officieel live is, gaan we kijken hoe de vragenlijsten en dashboards nog beter kunnen bijdragen aan inzichten in zowel brandweerzorg als crisisbeheersing. Bijvoorbeeld door een vragenlijst te ontwikkelen voor ongevallen op de werkvloer bij veiligheidsregio’s. Meer ideeën zijn van harte welkom. Geïnteresseerde partijen kunnen contact met ons opnemen om met de VLS aan de slag te gaan.”
Bekijk ook
Onderzoek naar de noodzaak van aandachtsgebieden langs tunnels
12 maart 2024
Bij incidenten met gevaarlijke stoffen in tunnels bieden tunnels in Nederland voldoende bescherming voor de omgeving. Gebieden naast tunnels hoeven volgens het NIPV dan ook niet als ‘aandachtsgebieden’ te worden beschouwd. Een uitzondering hierop zijn de gebieden langs de tunnel nabij de uiteinden (tunnelmonden). Daar kunnen dergelijke incidenten nog steeds schade in de omgeving veroorzaken. Het NIPV adviseert om die gebieden als aandachtsgebieden te behouden.

Extra veiligheidseisen
Om personen in de omgeving van transportroutes voldoende te beschermen tegen de mogelijke gevolgen van incidenten met gevaarlijke stoffen zijn in de Omgevingswet, die per 1 januari 2024 geldt, zogenaamde aandachtsgebieden vastgesteld. Dit zijn stroken parallel aan de transportroutes waarbinnen extra veiligheidseisen (meestal bouweisen) gesteld kunnen worden bij ruimtelijke ontwikkelingen.
Centraal in het onderzoek stond de vraag of voor gebieden parallel aan tunnels in het Basisnet extra veiligheidseisen overwogen zouden moeten worden. Het Basisnet bestaat uit de aangewezen transportroutes voor gevaarlijke stoffen.
Tunnelmonden als aandachtsgebieden behouden
Het NIPV heeft de effecten van (ernstige) incidenten met het vervoer van gevaarlijke stoffen in tunnels gemodelleerd. Op basis hiervan adviseert het NIPV om de gebieden langs tunnels nabij tunnelmonden te blijven aanwijzen als aandachtsgebieden binnen de Omgevingswet. Met deze aanwijzing moet bij de ruimtelijke ontwikkeling van deze gebieden rekening worden gehouden met de mogelijke gevolgen van incidenten met gevaarlijke stoffen.
Bekijk ook
Praktijkexamen Bevelvoerder: “Examinator zijn is heel leerzaam”
7 maart 2024
Vrijdag 8 december 2023 was een spannende dag voor zes kandidaten van Veiligheidsregio Utrecht. Zij hadden die dag praktijkexamen Bevelvoerder bij het Safety Center Boxmeer. Daar voerden zij een inzet uit die werd beoordeeld door een examencommissie onder leiding van Rick Buntinx. Een verslag van een leerzame dag met veel rook.

8.00 uur: het is nog donker als we aankomen op de examenlocatie. Na een kop koffie begint de briefing voor de eerste drie kandidaten, waar voorzitter van de examencommissie Rick Buntinx de kandidaten welkom heet en de procedure uitlegt. De manschappen installeren zich en een half uur later kan het eerste examen beginnen. Er is een commissielid tekort, dus het is even improviseren: wie gaat de rol van AC spelen?
9.00 uur: het is inmiddels licht maar het is koud en mistig weer. De TS komt aan op de locatie, waar al behoorlijk wat rookontwikkeling is. De bevelvoerder heeft alle informatie verzameld, onderhoudt contact met de AC en stuurt de verkenners aan. De pomp wordt aangesloten. Al snel wordt opgeschaald, want er is sprake van een incident waarbij accu’s betrokken zijn. Het slachtoffer wordt gevonden en in veiligheid gebracht. Twee examinatoren lopen mee om tegen te spelen en natuurlijk om de kandidaat te beoordelen.
10.00 uur: het eerste examen is afgelopen. Na afloop van de inzetten bespreken de examinatoren de kandidaten na aan de hand van het beoordelingsformulier. De kandidaten krijgen vervolgens direct een terugkoppeling. De gastheer komt langs met worstenbroodjes die er bij de manschappen wel ingaan. Het is inmiddels gaan regenen en de volgende kandidaat maakt zich klaar voor het examen.
Rol als examinator
Rick Buntinx geeft tussendoor tekst en uitleg over zijn rol als examinator. Hij is sinds 2020 officier van dienst bij Veiligheidsregio Zuid-Limburg en sinds een jaar examinator voor het NIPV. In 2018 heeft hij de voltijdopleiding Brandweerofficier gedaan en vervolgens de opleiding tot instructeur. Omdat er een tekort is aan examinatoren, werd hij gevraagd om examinator te worden en inmiddels heeft hij al diverse examens begeleid. Wat er zo leuk is aan die rol? “Het is goed voor je ontwikkeling; je staat in verbinding met de werkvloer. Bovendien bouw je een netwerk op door heel Nederland. Je leert heel veel van andere veiligheidsregio’s, waar ze soms net weer op een andere manier werken en met ander materiaal”, aldus Buntinx.
Hardop nadenken
Er komen behoorlijk wat werkzaamheden kijken bij de taak van voorzitter. Hij legt uit: “Voorafgaand aan het examen heb je contact met de organisator en de examenlocatie om te checken of alle faciliteiten beschikbaar zijn. Daarnaast bereid je een scenario voor en print je alle materialen uit. Tijdens het examen heb je de regie en na afloop bespreek je met de examinatoren hoe de kandidaat het heeft gedaan en voer je het beoordelingsgesprek. Ten slotte zorg je voor de administratieve afhandeling.” Rick Buntinx heeft ook nog wel een tip voor kandidaten: “Een examen is een momentopname en is best spannend, omdat je moet laten zien wat je kan. Probeer logisch te blijven nadenken. Belangrijk is om hardop na te denken en foutjes bij te stellen. Let vooral op de veiligheid, die staat voorop. En vertrouw op jezelf.”
Om 16.00 uur zit het examen erop en is het vuur gedoofd. Aan het einde van de dag zijn 3 van de 6 kandidaten geslaagd. Veiligheidsregio Utrecht heeft er weer een paar vakbekwame en gedreven bevelvoerders bij.
Bekijk ook
Netcentrisch werken: van berichtjes sturen naar doorlopende netwerksamenwerking
4 maart 2024
In 2005 publiceerde de Adviescommissie Coördinatie ICT Rampenbestrijding (ACIR) het rapport ‘De Vrijblijvendheid Voorbij’. Hieruit bleek dat Nederland nog niet zo goed op weg was met informatievoorziening bij grootschalig gezamenlijk optreden. De veiligheidsregio’s zijn toen gericht in informatiemanagement gaan investeren. Bijna twintig jaar later werken nu zo’n 200 crisispartners samen via de Landelijke Voorziening Crisisbeheersing (LVCb). Met name nog tijdens de crisis, maar langzaam maar zeker ook in álle fases van crisisbeheersing.
Adviseur Netcentrisch werken Martijn Korpel vertelt hoe de netcentrische werkwijze zich door de jaren heen heeft ontwikkeld.

Omslag nodig
“Toen ik in 2001 het veiligheidsdomein binnenstapte, was er nog geen Landelijk Crisis Management Systeem (LCMS). Informatieoverdracht ging via de telefoon, sms en e-mail. Qua (crisis)informatiemanagement werkte elke organisatie anders. Denk aan de verschillende veiligheidsregio’s, de politie, de waterschappen en bijvoorbeeld Rijkswaterstaat. Maar in een crisis heeft iedereen een stukje van de informatiepuzzel. Om in een netwerk van hulpdiensten en partners in de vitale infrastructuur samen de juiste keuzes te kunnen maken, moet je alle stukjes bij elkaar leggen. Dat begint bij het bijhouden en delen van een situatiebeeld. Waarin je opneemt wat ánderen van jou nodig hebben. Daarvoor was een omslag in de manier van denken nodig.”
Netcentrisch werken is de norm
“Inmiddels is die omslag ruimschoots gemaakt: netcentrisch werken bij een crisis is gemeengoed voor veel organisaties in het veiligheidsdomein en de vitale sectoren. Je merkt dat relevante partners elkaar sneller vinden, hun belangen delen en die met elkaar afwegen. Denk bijvoorbeeld aan de containerramp met de MSC Zoë of de brand op de autocarrier Fremantle Highway. Maar ook de manier waarop we de opvang van vluchtelingen en ontheemden uit Oekraïne organiseren: het zijn casussen waarin veel partijen elkaar écht beter zien en hun informatie met elkaar delen.”
Samenwerken in alle fases van crisisbeheersing
“Wat we nu breed zien gebeuren, is dat we samenwerken en informatie delen in een netwerk vooropstellen in álle fases van crisisbeheersing. Dat we niet enkel wachten tot wordt opgeschaald, maar in het reguliere al risico’s uitwisselen met vitale partijen. Om zo samen voorbereid te zijn op een mogelijk incident. Dit is een kentering: niet meer alleen de blauwe lichten centraal, maar de samenwerking tussen de verschillende partijen. Voor, tijdens en na een incident. Doorlopend risico’s scannen, vinger aan de pols houden, informatie uitwisselen. Is er een incident, dan focus je daarop. Maar ondertussen monitor je het geheel, betrek je de juiste partners en deel je informatie. En soms is het dan niet eens meer nodig om op te schalen.”
Waar kunnen we het verschil maken?
“De manier waarop we anno 2024 in Nederland informatie delen tussen zo’n 200 organisaties is best uniek in de wereld. Dat hebben we toch maar mooi met elkaar gefikst. Een ambitie voor de toekomst is samen de kwaliteit van situatiebeelden nog beter maken. Door de focus op verwachte trends, knelpunten, onzekerheden en dilemma’s te leggen, kunnen we nog veel meer verschil gaan maken.”
Podcastreeks en symposium
De ontwikkelingen die Korpel noemt, worden ook besproken in de podcastreeks De Kracht van Netwerken: Samen door de Crisis. In deze podcast praten diverse experts over de verschillende vormen van samenwerking tussen organisaties bij crises. Op 24 januari 2024 vond het gelijknamige symposium plaats. Professionals op het gebied van risico- en crisisbeheersing kwamen bij elkaar om kennis en ervaringen uit te wisselen. De onderstaande video geeft een impressie van de dag en van de belangrijkste ‘lessons learned’.
Bekijk ook
Lieuwe de Witte: “Leerstroom Brandveiligheid biedt vaardigheden om voorbereid te zijn op de toekomst”
1 maart 2024
Lieuwe de Witte is als lector Brandveiligheidskunde bij het NIPV betrokken bij het ontwikkelen van de leerstroom Brandveiligheid binnen het leerlandschap Risicomanagement. Hoe zorgt hij voor verbinding van onderzoek en praktijk in deze nieuwe leerroute?

“Als onderzoeker ben ik altijd op zoek naar nieuwe ontwikkelingen. Daarbij geef ik graag les, omdat het mij motiveert om mijn kennis te delen met de praktijk en van de praktijk te leren.” Aan het woord is Lieuwe de Witte, sinds twee jaar lector Brandveiligheidskunde bij het NIPV. In deze rol geeft hij leiding aan de onderzoeks- en kennisontwikkelingsprogramma’s op het gebied van brandveiligheidskunde. Als lector ontwikkelt hij, samen met de onderzoekers, kennis en kunde op het gebied van brandveiligheidskunde, die direct toepasbaar is in de opleidingsprogramma’s van het NIPV. Zo deed hij onderzoek naar rookverspreiding in woongebouwen en is hij betrokken bij de revisie van de brandweeropleidingen en de opleiding Fire Safety Engineering.
Fundamentele basiskennis
Op dit moment werkt hij samen met het decanaat Risicomanagement aan een leerstroom voor specialisten en medewerkers brandveiligheid, onderdeel van het flexibel leerlandschap. De Witte is enthousiast over de samenwerking: “We hebben een raamwerk gemaakt met onderzoekers en kerndocenten uit het veld. De ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid en energietransitie gaan razendsnel en de regelgeving blijft vaak achter. Er komen steeds meer nieuwe onderwerpen en toepassingen bij. Het is dan de kunst om te investeren in een fundamentele basiskennis en deze gelijk toepasbaar te maken en te vertalen naar goede vaardigheden. De leerstroom Brandveiligheid voorziet in die behoeften.”
Toepassen van kennis
De leerstroom Brandveiligheid, die naast Industriële en Ruimtelijke veiligheid wordt aangeboden, bestaat uit vier hoofdblokken: verdieping, regelgerichte brandveiligheid, doelgerichte brandveiligheid en toegepaste brandveiligheid. “De specialisten stellen samen met de werkgever en het Centrum voor Opleiding en Vorming Brandweer van het NIPV een leerroute samen die aansluit bij hun expertise en leerbehoefte. Ze hebben eigen inbreng door de theorie direct te verbinden aan casuïstiek. In het toegepaste blok wordt veel in groepen gewerkt om het geleerde uit de voorgaande blokken toe te passen op casuïstiek en die toepassing van elkaar te beoordelen. Door het werken in groepen wordt van elkaar geleerd en worden vaardigheden opgedaan waardoor zij optimaal zijn voorbereid op de toekomst”, aldus De Witte.
Adviseren
Als voorbeeld noemt De Witte het adviseren over een omgevingsplan. “Vroeger werden specialisten brandveiligheid pas in een laat stadium betrokken om te controleren of alles aan de brandveiligheidseisen voldeed. Met de komst van de Omgevingswet ligt er de mogelijkheid om meer aan de voorkant betrokken te zijn om te adviseren over brandveiligheidsrisico’s binnen omgevingsveiligheid bij bouwprojecten.” De leerblokken Brandveiligheid zijn niet alleen geschikt voor beginnende specialisten. Ook ervaren brandveiligheidsdeskundigen kunnen losse leerblokken volgen in het kader van vakbekwaam blijven. De leerstroom wordt naar verwachting in september aangeboden.
Bekijk ook
“Onderwijs maak je samen”
Oktober 2024
Kwalitatief goed onderwijs maak je als instituut niet alleen, maar samen met diegenen voor wie het onderwijs bedoeld is.
Met het verschijnen van deze nieuwsbrief is het onderwijsjaar 2024-2025 inmiddels weer volop gestart. De vakanties zijn voorbij, een periode waarin alles even op een lager pitje stond en iedereen weer kon opladen. Inmiddels liggen de pepernoten weer in de schappen en draaien onze opleidingen weer op volle toeren.

“Het onderwijs voor brandweer- en crisisprofessionals moet klaar zijn voor de toekomst”. Met die boodschap werd op 12 september het onderwijsjaar 2024-2025 officieel geopend. In deze nieuwsbrief kunt u meer lezen over wat het komende onderwijsjaar voor ons allen in petto heeft.
Kwalitatief goed onderwijs maak je als instituut niet alleen, maar samen met diegene voor wie het onderwijs bedoeld is. Dit is ook wat ik ervaar in mijn functie binnen het Centrum voor Opleiding en Vorming Brandweer (COVB) van het NIPV. Als instructeur vakbekwaamheid ben ik betrokken bij de ontwikkeling en het verzorgen van de lessen binnen de voornamelijk operationele opleidingen. De samenwerking met het veld, de gedrevenheid en de passie van de docenten en cursisten maken dat dit een ontzettend mooie job is om te doen.
Eén van de mooie opleidingen die we binnen mogen verzorgen, is de voltijds officiersopleiding. Inmiddels is de 54e voltijdsopleiding gestart: 21 aspirant officieren die beginnen aan een mooie opleiding tot officier van dienst. Ik wens ze de komende anderhalf jaar veel succes en vooral veel plezier met hun opleiding.
En we hebben nog meer nieuws om met u te delen:
- De leergang Instructeur is de eerste leergang die is gestart in de nieuwe elektronische leeromgeving (ELO) Canvas, wat ook de eerste stap zal zijn om langzaam afscheid te gaan nemen van de oude ELO.
- Ciska Baris stelt zich voor. Afgelopen zomer mochten we haar verwelkomen binnen het NIPV als onze nieuwe teammanager operationele opleidingen.
Namens ons team wens ik iedereen veel leesplezier en een mooi onderwijsjaar toe.
Martin van Veldhuisen
Instructeur vakbekwaamheid
Bekijk ook
Evaluatie Covid-19-crisis in Curaçao
27 februari 2024
De directie Risicobeheersing & Rampenbeleid van het Ministerie van Algemene Zaken van Curaçao heeft het NIPV gevraagd het optreden van de overheid in de Covid-19-crisis in Curaçao te evalueren. Meer reservecapaciteit organiseren, de professionaliteit van crisisfunctionarissen versterken en meer tijd en ruimte inbouwen voor (tussentijdse) reflectie zijn enkele aanbevelingen die uit de evaluatie komen.

In de evaluatie staan enkele thema’s centraal, waaronder de voorbereiding van de crisisorganisatie op een pandemie, de crisisrespons van de overheid en de lessen die uit de crisis getrokken kunnen worden. Door middel van documentanalyse en interviews met de ambtelijk meest direct betrokkenen zijn deze thema’s geëvalueerd. Hoewel de pandemie enkele kwetsbaarheden zichtbaar heeft gemaakt, zijn er zeker ook dingen goed opgepakt.
Beperkte capaciteit maakte verschillende organisaties en sectoren kwetsbaar
De beperkte capaciteit, die inherent is aan de kleinschaligheid van het land, in de gezondheidszorg zorgde ervoor dat op bepaalde momenten de reguliere zorg (deels) stil kwam te liggen. Maar ook de crisisorganisatie was kwetsbaar door het beperkt aantal betrokkenen. Het is zonder meer knap dat gedurende een lange periode een relatief klein aantal (overheids)fuctionarissen zich zo hard heeft ingezet voor het algemeen belang. Ook de getoonde veerkracht van de Curaçaose samenleving valt op. Kenmerkend voor bewoners van (kleine) eilanden is dat zij altijd eerst en vooral zelf problemen moeten oplossen en dat hulp van buiten (vaak) laat komt. Bij een toekomstige crisis zullen ook hun inzet en veerkracht weer bepalend zijn.
De belangrijkste lessen gaan over het functioneren tijdens de koude fase
De Covid-19-crisis liet in Curaçao vooral goed zien waar regulier, in de koude fase, de kwetsbaarheden en zwakheden zitten. Zoals het gebrek aan actuele gezondheidswetgeving, onvoldoende zicht op de (verborgen) armoede en op het deel van de bevolking met een zwakke gezondheid. Met name de publieke gezondheidszorg zou steviger verankerd moeten worden. Voor de crisisorganisatie gelden de volgende aanbevelingen:
- Investeer in het op peil houden en versterken van de professionaliteit van betrokkenen bij de crisisstructuur
- Ruim bij een volgende crisis meer tijd en ruimte in voor (tussentijdse) reflectie
- Zet multidisciplinaire samenwerking door in de koude fase.
Wat kan Nederland leren van Curaçao?
Terwijl in Nederland de verantwoordelijken begin 2020 dachten goed voorbereid te zijn op het coronavirus, was men in Curaçao veel minder optimistisch. Overheidsinstanties waren zich bewust van de risico’s door de beperkte capaciteit en kleinschaligheid van het land. In januari werden al maatregelen genomen ter voorbereiding op de eerste besmetting. Nadat de eerste besmetting was geconstateerd, volgden dan ook snel zeer vergaande maatregelen. Tijdens de eerste coronagolf is één persoon in Curaçao overleden aan corona.
Lees het rapport
Bekijk ook
“Met vrouwen in een brandweerploeg verandert de sociale cohesie”
24 februari 2024
Vandaag staat in NRC een groot artikel over vrouwen bij de brandweer. Senior onderzoeker Karin Dangermond vertelt hierin over het onderzoek dat het NIPV heeft gedaan naar het werven en behouden van vrouwen bij de vrijwillige brandweer. Uit dit onderzoek blijkt onder meer dat vrijwillige brandweervrouwen een positieve invloed hebben op het improvisatievermogen tijdens de incidentbestrijding. En op de sociale cohesie op de brandweerpost.

Brandweervrouwen zien andere, vaak creatievere oplossingen
Dangermond zegt in het interview in NRC dat het NIPV-onderzoek laat zien dat vrouwen een belangrijke meerwaarde hebben in een korps. In de groepsgesprekken die de onderzoekers hebben gevoerd, vertelden brandweermannen én -vrouwen: “Met vrouwen in een ploeg wordt de sfeer zachter en veiliger, mannen voelen meer ruimte om zich kwetsbaar op te stellen.” En ook: “Tijdens het incident zelf hebben brandweervrouwen vaak een andere blik op een situatie en zien ze dan ook andere, vaak creatievere oplossingen. Een voorbeeld: de mannen gaan slopen, het moet kapot en snel. Maar als je dan samen even nadenkt en aangeeft dat het efficiënter kan. De vrouw heeft soms de helikopterview. Mannen zijn meer van de risico’s en vrouwen van de zekerheid.”
5 redenen waarom het percentage vrijwillige vrouwen rond de 6 procent schommelt
Het aandeel vrouwen bij de vrijwillige brandweer schommelt al jaren rond de 6 procent. Uit het onderzoek komt naar voren dat hiervoor 5 belangrijke redenen zijn:
- Vrouwen die interesse hebben om vrijwilliger te worden, denken geregeld ongeschikt te zijn voor het brandweervak vanwege fysieke eisen, gebrek aan technisch inzicht, maar ook vanwege hun zorgtaken.
- De meeste brandweervrijwilligers, vrouwen en mannen, willen vooral geschikte vrijwilligers werven. Het geslacht vinden zij niet belangrijk. Maar door generieke wervingscampagnes en doordat het werven hoofdzakelijk via mond-tot-mondreclame gebeurt, worden vrouwen minder snel bereikt.
- Vrijwillige brandweervrouwen voelen zich over het algemeen geaccepteerd op hun eigen post, maar niet allemaal en niet overal. Soms ervaren zij een (on)bewuste nadruk op hun ‘anders-zijn’ en stuiten zij op (voor)oordelen over vrouwen
- Vrijwillige brandweervrouwen stoppen om andere redenen dan brandweermannen, en ook eerder. Brandweervrouwen stoppen vanwege hun gezondheid, (onvrede) over het PPMO of de combinatie van het brandweervak en hun hoofdbaan en/of hun privéleven.
- Hoewel de meeste veiligheidsregio’s een meer divers personeelsbestand willen, heeft ongeveer de helft van de regio’s in haar beleid geen aandacht voor diversiteit en specifiek vrouwen bij de brandweer. Zo zijn niet op alle posten voorzieningen voor vrouwen.
Tips voor het werven en behouden van vrijwillige brandweervrouwen
Brandweerposten zijn meestal zelf verantwoordelijk voor het werven van nieuwe vrijwilligers. De postcommandanten spelen een cruciale rol bij het ontwikkelen van draagvlak bij ploeggenoten voor een verandering naar een inclusieve organisatiecultuur. Speciaal voor postcommandanten heeft het NIPV daarom een aantal tips gebundeld voor het werven én behouden van vrijwillige brandweervrouwen.
Ontwikkelfonds: wat staat er op de planning voor 2024?
22 februari 2024
Hakan Meijer, lid van de stuurgroep Ontwikkelfonds en werkzaam bij Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, vertelt over de stappen die zijn gezet in de afstemming met het werkveld. Ook is te lezen wat er op de planning staat voor 2024.

Draagvlak creëren en aansluiten bij behoeften van het veld
Hakan Meijer, lid van de stuurgroep Ontwikkelfonds en werkzaam bij Veiligheidsregio Noord-Holland Noord: “Binnen de vakraad Leren en Ontwikkelen (L&O) van Brandweer Nederland ben ik portefeuillehouder vakbekwaam worden. Vanuit deze rol ben ik aangesloten als lid van de stuurgroep Ontwikkelfonds. Bij de oprichting hiervan wilden we namelijk vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven, de opleiders in de vorm van het LOBO (Landelijk Overleg Brandweeropleidingen), de WVA (werkveldadviesommissie) en het NIPV aan tafel hebben. Dit heeft als doel om meer draagvlak te creëren en aan te sluiten bij de behoeften van het veld. En dat het NIPV daar dan de middelen van het ontwikkelfonds op een goede manier voor inzet.”
Laat weten wat er speelt in de regio
“Ik wil graag een oproep doen aan de hoofden vakbekwaamheid en andere betrokkenen: laat weten wat er speelt in de regio! Dan kunnen we met elkaar daarin optrekken en de goede keuzes maken. Zo krijgen wij als stuurgroep nog eerder zicht op welke thema’s er spelen. Zo kunnen de regio’s en het NIPV veel meer samen met elkaar optrekken. Zo draagt het onderwijsaanbod nog meer bij aan wat het werkveld graag wil.”
Vakbekwaam worden en blijven heel nauw met elkaar verweven
“Ik zie vanuit mijn rol dat er twee belangrijke ontwikkelingen spelen. De eerste is dat we vanuit de vakraad L&O zien dat vakbekwaam worden en blijven heel nauw met elkaar verweven zijn. Daar is heel veel in geïnvesteerd. Wat hebben we hier in te doen? Wat zijn de juiste keuzes om te maken? Waar steken we vanuit het land de energie in? Ten tweede: hoe zorgen we ervoor dat dit signaal helder is bij het Ontwikkelfonds? Dat we niet alleen maar behoefte hebben aan ontwikkeling of het actualiseren van bestaande leergangen. Maar dat we ook producten van vakbekwaam blijven nodig hebben. Dat zie je ook terug in de drie ontwikkelsporen: ontwikkeling en onderhoud van leergangen, content voor vakbekwaam blijven en bijscholing van kerninstructeurs. Daar is wat mij betreft veel meer evenwicht in gekomen.”
Nu meer inzicht in het proces
“Tanja Guyken, lid van de stuurgroep, doet namens het NIPV een voorstel voor herzieningen en ontwikkelingen van producten aan de rest van de stuurgroep. Wij kijken dan of het past bij de geluiden die wij horen. Misschien zijn er andere urgenties. Of hebben we andere producten nodig? Het is de bedoeling om dat nog meer op elkaar te laten afstemmen. Dat we het terugleggen aan het veld en draagvlak ophalen. Hier is nog ruimte voor verbetering. We gaan meer tijd inruimen in het proces voor de afstemming. Zodat we echt weten: dit zijn de behoeften van de 25 regio’s. Dan kunnen we het ook makkelijker uitleggen, als er bepaalde keuzes zijn gemaakt, waar misschien niet iedere regio bij is gebaat. Maar dat ze het wel begrijpen binnen het grote plaatje.”
Wat staat er op de planning voor 2024?
Het programma Ontwikkelfonds voor 2024.
- Ontwikkelspoor 1 (beheer en onderhoud leergangen)
- Leergang Chauffeur herzien n.a.v. de evaluatie
- Leergang Medewerker Vakbekwaamheid ontwikkelen
- Leergangen Manschap en Bevelvoerder – evaluatie
- Diverse leergangen – ontwikkelen lesstof gebouwcodering binnen brandbestrijding
- Diverse leergangen – aanpassen lesstof Technische hulpverlening (THV) i.r.t. medische inzichten bij verkeersongevallen met beknelling
- Diverse leergangen – ontwikkelen lesstof t.a.v. arbeidsveiligheid en arbeidshygiëne (THV-Brand-IBGS (incidentbestrijding gevaarlijke stoffen))
- Leergang Centralist – ontwikkeling lesstof
- Leergang Duiken – ontwikkeling lesstof
- Jeugdbrandweer – ontwikkeling lesstof
- Ontwikkelspoor 2 (content bijscholing t.b.v. vakbekwaam blijven)
- Leerlijn Energietransitie – vakbekwaamheidsadviezen, e-modules en webinars over LNG/CNG, accu’s, zonnepanelen en windturbines
- Leerlijn Natuurbrandbestrijding – Inventarisatie bronnen en onderwijscontent natuurbrandbestrijding, als vertrekpunt voor onderwijsontwikkeling in 2025
- Leerlijn Brandbestrijding:
- vakbekwaamheidsadvies en e-module over gebouwcodering
- vakbekwaamheidsadvies basisprincipes en rookverspreiding
- vakbekwaamheidsadvies en e-module over sprinklers en BMI
- Leerlijn Technische hulpverlening (THV):
- vakbekwaamheidsadvies Medische inzichten bij verkeersongevallen met beknelling (afhankelijk van uitkomsten onderzoek en beschikbaarheid handelingsperspectief)
- Ontwikkelen gesprekstool functioneren in teamverband en sociale dilemma’s
- Vakbekwaamheidsadvies Medewerker Vakbekwaamheid n.a.v. nieuwe leergang
- Oriëntatie op onderwijsinnovatie – pilot met microlearning als bijscholingstool
- Ontwikkelspoor 3 (bijscholing instructeurs)
- Instructeurs Energietransitie bijscholen
- Instructeurs Brandbestrijding bijscholen
- Instructeurs THV bijscholen
- Didactische bijscholing kerninstructeurs
- Bijscholing Duikinstructeurs
Wat is het Ontwikkelfonds?
Via het Ontwikkelfonds financieren de veiligheidsregio’s sinds 2013 de ontwikkeling van les- en leerstof voor de (v)mbo-functies bij de brandweer. De doelstelling van het fonds is de ontwikkeling en distributie van les- en leerstof voor de opleiding (de initiële vakbekwaamheid) en leermiddelen voor het oefenen en bijscholen (de blijvende vakbekwaamheid) van brandweermensen.
Leden van de stuurgroep Ontwikkelfonds
Patrick Sprokkereef (Vakraad L&O), Monique van Beek (LOBO), Hakan Meijer (Vakraad L&O), voorzitter Jan Pieter Duhen (WVA), Tanja Guyken (NIPV)
Bekijk ook
Werving 54e voltijdopleiding Brandweerofficier van start: “Dat ik een bijdrage kan leveren aan de samenleving, dat is mijn drijfveer!”
19 februari 2024
In september 2024 begint de 54e voltijdopleiding Brandweerofficier. 17 veiligheidsregio’s zijn hiervoor nu op zoek naar geschikte kandidaten om brandweerofficier te worden. Kandidaten komen in dienst van een veiligheidsregio en volgen de opleiding tot brandweerofficier bij het NIPV. Joris Brehm is student van de huidige 53e leergang Brandweerofficier en bijna afgestudeerd. Hij vertelt hoe hij de opleiding heeft ervaren.

“Tijdens de opleiding heb je de mogelijkheid om jezelf te ontwikkelen”, vertelt Joris. “Dat heb ik als heel prettig ervaren. Je wordt breed opgeleid, op verschillende gebieden: het repressieve programma van de brandweeropleidingen, beheersmatige onderwerpen en persoonlijke ontwikkeling en leiderschap. Als onderdeel van dit laatste hebben we als studenten zelf een tweedaagse bij Defensie georganiseerd. We hebben leidinggeven onder verzwaarde omstandigheden opgezet. We zijn toen bijna 40 uur non-stop uitgedaagd, fysiek en mentaal. Om te ervaren, wat doet dat nou als je echt onder druk wordt gezet?”
Baan met maatschappelijke relevantie
“Ik ben er tijdens de opleiding achter gekomen dat een bijdrage leveren aan de maatschappij voor mij nog meer van belang is dan dat ik eigenlijk dacht! Van te voren had ik twee redenen om deze opleiding te doen. Aan de ene kant had ik al aan de brandweer geproefd als vrijwilliger. Aan de andere kant was ik toe aan verandering vanuit mijn vorige baan in de consultancy. Dat ging vooral over geld verdienen en door corona was er ook best veel veranderd. Ik wilde graag een baan met maatschappelijke relevantie. Waar je een bijdrage kan leveren aan de samenleving, hoe cliché het ook klinkt. Dat is echt mijn drijfveer!”
Stage in Verenigde Staten was hele toffe ervaring
“Het zelf organiseren van een buitenlandstage was een hele, hele toffe ervaring! Ik ben met een medestudent naar de brandweer in Philadelphia in de Verenigde Staten geweest. We kregen tijd en geld en de opdracht om zelf de contacten en een plek te regelen. Het was heel leerzaam om te netwerken in het buitenland. Hoe pak je dat aan? Wie ken je daarvoor uit je eigen netwerk? En dan komen we daar zo meteen: is er dan wel iemand? En het feit dat dat dan gaat rollen, dat is tof. In Philadelphia werden we met open armen ontvangen! Alle deuren gingen voor ons open. De verbinding met die mensen was ook bijzonder. Het brandweer familiegevoel dat je in Nederland hebt, dat heb je ook internationaal. In Amerika hebben ze trouwens een totaal andere kijk op brandbestrijding dan wij in Nederland. Wij zijn hier van antiventilatie, alles dichthouden. Zij zijn van zoveel mogelijk open zagen en alle hitte en rook eruit. Dat verschil was ook vaktechnisch heel erg interessant om mee bezig te zijn.”
Na de opleiding aan de slag als OvD en op kantoor
“Na de opleiding ga ik bij Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland werken. Deze regio kent een eigen inwerktraject om als officier van dienst (OvD) aan de slag te gaan. Daarnaast heb ik dan de kantoorfunctie. Hoe ik dat in ga vullen, ben ik nog aan het bekijken. Ik heb daarin de ruimte gekregen om te kijken waar ik binnen de organisatie denk te passen en waar plek is.”

Ga het doen, het is een unieke kans!
“Ga het doen! Dat wil ik meegeven aan mensen die overwegen te solliciteren voor de volgende opleiding. Het is gewoon een toffe opleiding en een unieke kans. Er wordt ontiegelijk veel in je geïnvesteerd. Het lesprogramma is intensief, maar het mooie is dat je breed wordt opgeleid en de mogelijkheid krijgt om jezelf te ontwikkelen. Ook heb je een baangarantie bij een veiligheidsregio. Wat je na de opleiding gaat doen, kan heel divers zijn. Het hangt ook af van de afspreken die je van tevoren maakt. Maar er zijn veel verschillende functies mogelijk.”
Meer weten?
In september 2024 start de 54e voltijdopleiding Brandweerofficier. 17 veiligheidsregio’s zijn hiervoor nu op zoek naar geschikte kandidaten. Ga naar www.brandweerofficier.nl voor alle informatie.