‘Foam School’ voor Brzo-inspecteurs Oost-5
Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, juni 2023
De komende jaren moet al het fluorhoudend blusschuim dat brandweerkorpsen gebruiken worden vervangen door alternatieve fluorvrije schuimsoorten. Maar wat houdt die blusschuimtransitie in de praktijk nu precies in? Wat zijn de kenmerken van fluorvrij schuimconcentraat? Wat zijn de technische, organisatorische en logistieke consequenties van de vervanging voor de brandweer? En wat is de rol van specialisten industriële veiligheid bij de transitie in het kader van hun advies- en toezichttaken? Om daar meer grip op te krijgen, volgden de Brzo-inspecteurs van de vijf oostelijke veiligheidsregio’s (Oost-5) van 13 tot 17 maart 2023 een internationale geaccrediteerde schuimtraining in het Franse Vernon.
De schuimtraining, verzorgd door opleidingsinstituut H2K en schuimfabrikant Dr. Sthamer, vond plaats op het terrein van een voormalige raffinaderij, die is omgebouwd tot praktijktrainingscentrum voor brandweerkorpsen. Een unieke locatie waar alle denkbare (industriële) brandscenario’s van klein tot zeer groot in een realistische setting kunnen worden beoefend.
Op de eerste trainingsdag startten de Brzo-inspecteurs met het opfrissen van hun kennis over blusschuim. De drie dagen daarna werd een trainingsprogramma afgewerkt, waarbij de theorie uit het ochtenddeel ’s middags werd vertaald naar diverse praktijkoefeningen. In de theoriesessies lag de focus eerst op de chemie van koolwaterstofbranden en de interactie tussen schuim en vuur. Daarna werd dieper ingegaan op schuimconcentraten, bijmengsystemen, applicatiesnelheden, inzettactieken en ‘Making it Work’. Ook werden de juridische achtergronden van het verbod op PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen) toegelicht en werd besproken hoe installaties die fluorhoudend schuim bevatten dienen te worden gereinigd. Daarnaast werden diverse casussen uitgewerkt in kleine groepjes. Dat werd als zeer waardevol ervaren, omdat internationaal de procedures en tactieken voor schuimblussing vaak verschillen.
Middagprogramma
In de middagprogramma’s waren er diverse demonstraties met fluorvrij schuim (F3), CAF (Compressed Air Foam) en de fenomenen ‘slop-over’ en ‘boil-over.’ De inspecteurs mochten ook zelf aan de bak met fluorvrij (F3) schuim. Er werden blusacties uitgevoerd op verschillende koolwaterstofbrandscenario’s, zoals drukbranden, tankbranden en plasbranden tot 200 m2. De inzettactieken (gentle application, rain-down en roll-on) konden hierbij uitgebreid worden getest. Ook leerden de deelnemers hoe schuim kan worden ‘gelezen’ en hoe voorspelbaar is waar, na afdekking van de brand met schuim, herontsteking mogelijk is.
De inspecteurs van Oost-5 ontdekten tot hun verrassing en verbazing dat, vergeleken met eerdere oefeningen en ervaringen in 2019, inmiddels veel vooruitgang is geboekt in de ontwikkeling en de toepassing van fluorvrij schuim. Er zijn goede fluorvrije schuimen op de markt en het blijkt mogelijk op met 0,5 procent bijmenging een koolwaterstofbrand uit te krijgen. Een belangrijke ervaring is dat fluorvrije schuimen non-forgiving zijn. Aan de voorkant moet dus goed worden getest of een (koolwater)stof met het gekozen schuim kan worden geblust, want ‘het doet het wel of het doet het niet!’ Daarnaast kunnen de benodigde application rates enorm verschillen per type brandstof. Dit is met name voor (chemische) bedrijven met verschillende stoffen relevant.
Daarnaast was de warmtestraling een echte eyeopener. De inspecteurs doorstonden tijdens de training stralingswarmte tot 15 kW/m2 zonder ‘om te vallen’. Voor alle collega’s van risicobeheersing zou het waardevol zijn om hier ook eens praktische ervaring mee op te doen.
Leerzame week
Al met al was het een leerzame week, die goed aansloot bij eerdere trainingen die de inspecteurs volgden op trainingscentra in Dordrecht en op de Maasvlakte. De opgedane kennis willen zij graag breder delen met collega’s in het land. Wie vragen heeft over de Foam schoolweek, kan contact opnemen met: risicobeheersing@vrijsselland.nl.
Het Landelijk Expertisecentrum industriële veiligheid (LEC IV) heeft een ‘Management of change handreiking blusschuimtransitie’ gemaakt. Deze handreiking biedt houvast bij het zorgvuldig doorlopen van alle stappen in het ingrijpende veranderingsproces van PFAS-houdend blusschuim naar een fluorvrije variant.
Lees ook
Jan Meinster van het LEC IV leidde een ‘inspiratietafel’ over de blusschuimtransitie. Duidelijk werd dat bedrijven behoefte hebben aan concrete informatie.
Met 2024 op de kalender wordt het voor de industrie en de brandweersector zaak haast te maken met de blusschuimtransitie. De Europese verordening die het gebruik van PFAS in blusschuim verbiedt, wordt namelijk in de loop van komend jaar van kracht.
De bijeenkomst was bedoeld om te informeren over de consequenties van de Omgevingswet voor de bedrijfsbrandweeraanwijzingen en de veranderende adviesrol van de veiligheidsregio’s.
Het LEC IV werkt aan het opstellen van zijn eerste meerjarenplan met meerjarenbegroting voor de periode 2024-2027.
Energie- en grondstoffentransitie, klimaatverandering, toenemende ketencomplexiteit; de hele maatschappij is in transitie. Ook de industrie en de transportketen krijgen met nieuwe risico’s te maken, met uitdagingen voor risico- en crisisbeheersingsspecialisten van de veiligheidsregio’s.
Het NIPV en het LEC IV bieden in 2024 een tweetal cursussen NFPA (National Fire Protection Association) aan. De Amerikaanse NFPA veiligheidsstandaarden worden ook in veel andere landen, waaronder Nederland, toegepast.
Al tien jaar lang werken gemeenten, omgevingsdiensten, veiligheidsregio’s, ProRail en het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aan het harmoniseren van het beoordelingskader en veiligheidsmaatregelen rond spoorwegemplacementen.
Tijdens inspecties blijkt dat flensverbindingen aan leidingen, installaties en opslagtanks voor gevaarlijke stoffen niet altijd aan de gestelde eisen voldoen, waardoor die verbindingen kunnen falen.
Nog ruim een maand te gaan en dan is het zo ver: de langverwachte invoering van de Omgevingswet. De invoeringsdatum 1 januari 2024 is bij Koninklijk besluit, dat is voorgelegd aan de aan de Eerste en Tweede Kamer, vastgelegd.