label Maatschappelijke veerkracht

Koninklijke onderscheiding voor Frans Schippers

22 mei 2025

Frans Schippers is woensdag 22 mei tijdens de afsluiting van het congres Crisisbeheersing benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Hij ontving deze onderscheiding vanwege zijn grote verdiensten op het gebied van brandweer en crisisbeheersing en daarnaast ook vanwege zijn grote inzet voor een aantal kerkelijke organisaties.

Frans Schippers koninklijke onderscheiding

Frans Schippers is momenteel programmadirecteur Onderwijs Onderweg. Tot het voorjaar van 2024 was hij werkzaam als commandant en directeur van Veiligheidsregio Kennemerland.

De onderscheiding werd uitgereikt door Marianne Schuurmans–Wijdeven, burgemeester van de gemeente Haarlemmermeer en voorzitter van Veiligheidsregio Kennemerland: “Vanwege zijn strategisch inzicht, zijn dienend leiderschap en zijn gave om te verbinden, kan de kwaliteit worden geleverd die nodig is bij crisisbeheersing. Frans Schippers is een voorbeeld en inspiratie voor diegenen die werkzaam zijn in de crisisbeheersing. Het heeft zijne Majesteit Koning Willem-Alexander daarom behaagd Frans Schippers te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.”

label Informatiegestuurde veiligheid

1710 diploma’s uitgegeven in 2024

21 mei 2025

Het dashboard Kerncijfers Diploma’s is bijgewerkt met de cijfers over 2024 voor verschillende repressieve brandweerfuncties. In het dashboard staan data vanaf 2017.

Diploma NIPV
Foto: NIPV.

Cijfers 2024 per repressieve brandweerfunctie

In 2024 zijn de volgende aantallen diploma’s uitgegeven:

  • Manschap: 1134 diploma’s
  • Bevelvoerder: 415 diploma’s
  • Officier van dienst: 61 diploma’s
  • Hoofdofficier van dienst: 17 diploma’s
  • Brandweerduiker: 83 diploma’s.

Stabiel beeld

Ook met de cijfers van 2024 blijft het beeld over de afgelopen vijf jaar stabiel. Alleen in 2020 was er een duidelijke dip zichtbaar, als gevolg van de coronapandemie. Door de tijdelijke stillegging van opleidingen werden dat jaar aanzienlijk minder diploma’s uitgereikt.

Welke functies zijn opgenomen in dashboard?

Het dashboard Kerncijfers Diploma’s toont het aantal uitgegeven diploma’s voor repressieve brandweerfuncties. Hieronder vallen: manschap, bevelvoerder, officier van dienst, hoofdofficier van dienst, adviseur gevaarlijke stoffen en brandweerduiker, zoals beschreven in de Regeling personeel veiligheidsregio’s.

Voor het vervullen van deze functies is een diploma vereist, zoals vastgelegd in het Besluit personeel veiligheidsregio’s. Het NIPV verzorgt zowel de examinering als de uitgifte van deze diploma’s.

Meer weten?

Samen bouwen aan beter onderwijs: ervaringen uit de Manschap-bijeenkomsten 

21 mei 2025

Het programma Onderwijs Onderweg startte in 2024 met het project ‘Verkenning beroepspraktijk Manschap’. Dit project onderzoekt welke vaardigheden een beginnend brandweerman of -vrouw moet hebben. Projectleiders Alex van Schaik en Pieter Lodder vroegen zich af wie hen zou kunnen helpen om hierover mee te denken. Al snel werd duidelijk dat de brandweermensen die de functie zelf uitoefenen, samen met hun leidinggevenden, de juiste gesprekspartners waren. Daarom gingen zij in januari op pad en spraken in twaalf bijeenkomsten met beroeps- en vrijwillige brandweermensen uit verschillende regio’s over hun inzichten en ervaringen met deze vraag uit de beroepspraktijk. 

Lodder: “Het doel van de bijeenkomsten was om samen met de praktijk te onderzoeken welke taken en eisen precies bij de functie Manschap horen. Tijdens de eerste bijeenkomst in Drachten bleek bijvoorbeeld dat er behoefte was aan meer aandacht voor specifieke, veelvoorkomende scenario’s, zoals schoorsteen- en kachelbranden. Ook het trainen in het gebruik van de portofoon en de apps op de tablet werd genoemd. Door de ervaringen en kennis van professionals te verzamelen, ontstaat er een helder en gezamenlijk beeld van de noodzakelijke vaardigheden voor startende beroepsbeoefenaars. Dit legt de basis voor toekomstgericht onderwijs binnen de brandweer- en crisisbeheersing.”

Leren van elkaar: de bijeenkomst in Drachten 

Loes Brinkman is vrijwilliger bij de brandweer en werkt bij Veiligheidsregio Fryslân. Ze werkt al 3,5 jaar voor de brandweer en voltooide de opleiding Manschap twee jaar geleden. Toen ze de uitnodiging voor de bijeenkomst kreeg, twijfelde ze geen moment: “Ik had tijdens mijn opleiding al ideeën over hoe het beter kon. Als je iets vindt, moet je ook je gezicht laten zien.” 

Brinkman vond de bijeenkomst inspirerend en een kans om mee te denken. “Wat ik mooi vond, was dat ik de mensen in mijn groepje niet kende, maar toch een goede discussie had. Soms dacht ik: ‘Oh, zo had ik er nog niet naar gekeken.” Ze vond echter dat er veel onderwerpen tegelijk werden besproken. “Misschien was het een beetje veel, maar het was goed dat we betrokken werden bij dit proces.”  

“Pak je kans om jouw visie te delen” 

Johnny Keijnemans is bevelvoerder en opleidingscoördinator in Gelderland-Zuid. Hij is al jaren actief bij de brandweer en heeft zowel de Manschap- als Bevelvoerdersopleiding gevolgd. Voor hem was het vanzelfsprekend om deel te nemen aan de bijeenkomst: “We kunnen wel veel van alles vinden, maar als je de kans krijgt om echt iets in te brengen, moet je die pakken.” 

Keijnemans vond de bijeenkomst waardevol, maar kort. “Twee uur is kort voor zo’n belangrijk onderwerp. De inleiding was goed, de groepsdiscussies waren prima, maar ik had graag wat meer tijd gehad om samen het gesprek aan te gaan over bepaalde onderwerpen.” Wat hem vooral opviel, was dat er nog veel discussie is over wat de basis moet zijn en wat regionaal geregeld kan worden. “Een brandweerman in Gameren doet ander werk dan een collega in Amsterdam. In Gameren worden we regelmatig opgeroepen voor het redden van dieren uit een mestput, terwijl in Amsterdam werken op hoogte vaker voorkomt. Die verschillen zijn er, maar wat is de basis die overal hetzelfde moet zijn? Die vraag blijft belangrijk.”  

Hoe nu verder?  

De input uit de bijeenkomsten wordt zorgvuldig bekeken en verwerkt. Lodder licht toe: Het is belangrijk dat we dicht bij onze opdracht blijven, namelijk het beantwoorden van de vraag vanuit de beroepspraktijk. Daarom richt het vervolg van dit project zich niet direct op het herzien van de opleiding, maar op het maken van een voorstel voor een nieuwe bundeling van de taken. In dit voorstel nemen we verschillende dingen mee, waaronder de feedback vanuit het werkveld, maar ook de resultaten uit de evaluatie Manschap van het Centrum voor Opleiding en Vorming Brandweer (COVB) van het NIPV, wetenschappelijke onderzoeksresultaten, de Toekomstverkenning Brandweer en behoeften vanuit werkgevers.” 

Op basis van al deze input wordt een voorstel opgesteld voor een aangepaste taakverdeling. Hierover gaan we in gesprek met de Vakraden Incidentbestrijding en Leren en Ontwikkelen. We hopen zo tot een duidelijk beeld te komen van wat er de komende jaren nodig is. Zodra hierover door de RCDV (Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio) een besluit is genomen, kan de volgende stap gezet worden in de ontwikkeling van een aangepast kwalificatiedossier, waarna ook het onderwijs hierop kan worden aangepast.  

Meer informatie

Bekijk meer informatie over het Programma Onderwijs Onderweg.

Actualisatie bestuurlijke netwerkkaarten: essentiële kennis voor crisisbeheersing

19 mei 2025

De bestuurlijke netwerkkaarten zijn recent geactualiseerd. Deze netwerkkaarten zijn een essentieel naslagwerk voor bestuurders en hun adviseurs tijdens crisissituaties. Ze bieden een overzicht van de verantwoordelijkheden en verplichtingen van bestuurders in uiteenlopende sectoren binnen de crisisbeheersing – van rampenbestrijding tot dierziektebestrijding en van vreemdelingenbeleid tot milieubescherming.

Fragment van de kaart van Nederland

Wat is er geactualiseerd?

De belangrijkste wijzigingen zijn:

  1. Opname van de Omgevingswet
  2. Opname van het nieuwe hoofdstuk in de Wet publieke gezondheid voor de bestrijding van een pandemie
  3. Opname van de Spreidingswet
  4. Een actualisatie van de benaming van de departementen
  5. Verheldering t.a.v. de reikwijdte van het territoriale gezag van de voorzitter veiligheidsregio bij opschaling naar het regionaal beleidsteam (GRIP 4)
  6. Wie wanneer op defensieterreinen de (openbare) orde handhaaft
  7. Opname van de organisaties die kunnen worden ingeschakeld bij CBRN-incidenten
  8. Opname van de nucleaire A-objecten die in Nederland aanwezig zijn.

Er zijn ook enkele nieuwe onderwerpen toegevoegd waaronder de bevoegdheden ten aanzien van incidenten rondom windmolenparken op zee in de Netwerkkaart voor Noordzee en zeescheepvaart.

Inzet bestuurlijke netwerkkaarten

De bestuurlijke netwerkkaarten worden veelvuldig ingezet bij daadwerkelijke crisissituaties, maar zijn ook onmisbaar bij de voorbereiding: denk aan oefeningen, trainingen, opleidingen en het opstellen van crisis- en bestrijdingsplannen. Door helderheid te geven over wie waarvoor verantwoordelijk is en de onderlinge verhoudingen, dragen de kaarten bij aan een effectieve en afgestemde crisisaanpak.

Juridische basis: bevoegdhedenschema’s

Aan de netwerkkaarten zijn bevoegdhedenschema’s gekoppeld. Deze schema’s bevatten een overzicht van de alle (nood)bevoegdheden en verplichtingen, met verwijzingen naar de relevante nationale en internationale wet- en regelgeving. Ze vormen de juridische basis van de netwerkkaarten. De schema’s zijn in beginsel niet bedoeld voor direct gebruik tijdens respons

De netwerkkaarten voor Caribisch Nederland

De bestuurlijke structuur van Caribisch Nederland (Bonaire, Sint-Eustatius en Saba – BES-eilanden) wijkt af van die van Europees Nederland. Daarom zijn voor de Bes-eilanden drie aparte netwerkkaarten opgesteld, toegespitst op de specifieke bestuurlijke verhoudingen en verantwoordelijkheden aldaar. Deze netwerkkaarten worden binnenkort ook geactualiseerd, als ook de gecombineerde netwerkkaart vitaal.

Bestuurlijke netwerkkaarten voor landgrensoverschrijdende samenwerking tijdens crisis

Voor de noodzakelijke afstemming over de grens met Duitsland (de deelstaten Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen) of België worden op dit moment ook enkele bestuurlijke netwerkkaarten opgesteld zodat over en weer beter inzicht ontstaat over de structuur en verantwoordelijkheden van de crisisbeheersing op de terreinen van onder meer de rampenbestrijding, waterbeheer en milieu. Voor België apart worden ook nog netwerkkaarten opgesteld voor de binnenvaart en de Noordzee en zeescheepvaart en voor Duitsland voor de dierziektebestrijding, stralingsincidenten en voor elektriciteit en gas. Deze netwerkkaarten zullen als werkdocumenten nog voor de zomer gepubliceerd worden op de website van het NIPV.

Bekijk de netwerkkaarten en bevoegdhedenschema’s

Onderzoek naar ‘best practices’ voor berging elektrische voertuigen uit parkeergarages

19 mei 2025

Het NIPV heeft, in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor het veilig verwijderen van elektrische voertuigen (EV’s) uit parkeergarages bij incidenten met onstabiele of beschadigde batterijen. Dit onderzoek volgt op eerdere bevindingen waaruit bleek dat onderdompeling van een EV in een speciale dompelcontainer een gangbare methode is om batterijbranden te beheersen. Deze methode is echter niet toepasbaar in de beperkte ruimte van parkeergarages.

Uitgebrand voertuig in parkeergarage
Foto: Shutterstock.

Onderzoek naar veilige bergingsmethoden

Het doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in manieren om een EV uit een parkeergarage te verwijderen en elders onder te dompelen. Hiervoor is informatie verzameld via literatuuronderzoek, online bronnen en interviews met ervaringsdeskundigen uit de praktijk.

Een belangrijk aandachtspunt is dat een beschadigde of instabiele EV-batterij tijdens het bergingsproces opnieuw kan ontbranden. Daarom moeten hulpverleners en bergers altijd de juiste voorzorgsmaatregelen nemen en zoveel mogelijk op afstand blijven van het voertuig.

Vergelijking van bergingsmiddelen

Tijdens het onderzoek zijn vier bergingsmiddelen onderzocht:

  • Dolly’s
  • Takelwagen met takelbril
  • Blusrobot
  • Bergingsrobot

Op basis van de gestelde criteria blijkt de bergingsrobot de meest geschikte optie. Deze robot is niet alleen wendbaar en op afstand bestuurbaar, maar kan ook worden uitgerust met brandwerende materialen. Bovendien beschikt de robot over aanvullende hulpmiddelen, zoals een lier, waarmee voertuigen met wielschade of een doorgezakt chassis veilig geborgen kunnen worden.

De organisatie en/of exploitatie van de bergingsrobot is een belangrijk punt van nadere uitwerking. Dat betreft voor eigenaren en/of exploitanten van parkeergarages en bergers in (eventuele) afstemming met de brandweer.

label Veilige energietransitie

Toename van 10 procent van incidenten met elektrische en hybride voertuigen in 2024

15 mei 2025

Schoon rijden, en dan met name elektrisch, is in opkomst, maar dat brengt ook nieuwe uitdagingen met zich mee voor de hulpdiensten. Het NIPV en de Teams Brandonderzoek van de veiligheidsregio’s hebben onderzocht hoe vaak de brandweer in 2024 moest uitrukken voor incidenten met alternatief aangedreven (lees: emissieloze) voertuigen (AAV’s), zoals elektrische auto’s of voertuigen op waterstof. De ‘Jaarrapportage 2024 Incidenten met alternatief aangedreven voertuigen’ geeft inzicht in het aantal en de aard van incidenten. De rapportage laat een toename van 10 procent zien van incidenten met elektrische en hybride voertuigen ten opzichte van 2023.

Auto aan laadpaal
Foto: NIPV.

De cijfers op een rij

In totaal waren er in 2024 356 incidenten met AAV’s waarbij de brandweer ter plaatse kwam. Dat ging om 135 ongevallen en 221 voertuigbranden.

Bij die 135 ongevallen waren 141 alternatief aangedreven voertuigen betrokken. Ruim 46 procent van de bij ongevallen betrokken voertuigen was volledig elektrisch en iets meer dan 51 procent had een (plug-in) hybride aandrijving. Bij 7 ongevallen vloog het voertuig in brand, waarbij in 2 gevallen de accu zelf de boosdoener was.

De brandweer trad hierbij op met speciale bescherming, zoals 1000V-handschoenen en warmtebeeldcamera’s. Soms werd een voertuig in een dompelcontainer gezet om te voorkomen dat het opnieuw in brand vloog.

Branden: wat valt op?

Er waren in totaal 221 voertuigbranden, waarbij in totaal 241 voertuigen betrokken waren.

  1. Van de 241 voertuigen die betrokken waren bij brand, had bijna de helft een volledig elektrische aandrijving. In 23 procent van de gevallen waarbij voertuigen met accu’s betrokken waren, heeft de accu ook daadwerkelijk gebrand.
  2. 46 voertuigen stonden aan een laadpaal tijdens de brand, in 17 van deze gevallen was bij deze branden de accu betrokken. In totaal zijn 29 voertuigen volledig ondergedompeld in een dompelcontainer.

Lees de jaarrapportage en de factsheet

label Fysiek veilige leefomgeving

Branden in de isolatieschil van verduurzaamde woningen

15 mei 2025

Eerder deze week brandde in Didam een blok met woningen af die, na renovatie, waren voorzien van een nieuwe isolerende schil. RTL Nieuws besteedde aandacht aan de brand. Lector Brandveiligheidskunde Lieuwe de Witte vertelde in de uitzending: “Bij deze manier van isoleren zie je vaker dat brandbare materialen worden gebruikt en dat een brand in de constructie terecht kan komen en zich dan in de constructie verplaatst. Dat soort branden is gewoon heel gevaarlijk voor zowel de bewoners als de hulpverleners.”

Drie branden in de gebouwschil onderzocht

De afgelopen jaren zijn er meerdere branden geweest die zich snel en onvoorspelbaar uitbreidden in de gevel- en dakconstructie (de zogenoemde gebouwschil) van verduurzaamde en snel gerealiseerde woningen. Hierbij bleef de brand niet beperkt tot één woning, maar verspreidde deze zich over een groter aantal woningen. Het NIPV heeft onderzocht welke lessen er zijn te trekken uit drie relevante branden in Arnhem (2023) en Amsterdam (2022 en 2023). En hoe de risico’s en de impact van branden in de gebouwschil kunnen worden beperkt.

Uit het onderzoek komen vier lessen:

  • Weeg zorgvuldig de risico’s af bij de verduurzaming en versnelde realisatie van woningen. Welke risico’s en impact vinden we als maatschappij acceptabel?
  • Geef duidelijkheid over de gevolgen van het brandrisico voor de regelgeving en de maatschappij. Kijk naar bouwvoorschriften, bouwmaterialen, bouwprocessen en brandveiligheidsmaatregelen als één geheel.
  • Verbeter de veiligheid en effectiviteit bij het bestrijden van branden in de gebouwschil. Ontwikkel een handelingsperspectief voor de brandweer.
  • Zorg voor verdere ontwikkeling en verspreiding van kennis over branden in de gebouwschil en brandveiligheid. Bouw casuïstiek en statistiek op.

Lees het rapport

Decaan Hans Veltkamp met pensioen, maar blijft opleiden 

13 mei 2025

Decaan Hans Veltkamp heeft bijna 24 jaar bij het NIPV gewerkt en velen zullen hem kennen als docent van de officiersopleidingen. In april is hij met pensioen gegaan. In dit interview blikt hij terug op zijn carrière in het brandweeronderwijs. “Ik heb veel te danken aan alle gepassioneerde collega’s die de leergangen hebben vormgegeven.” 

ontvangst Hans Veltkamp op het NIPV

We spreken Hans aan de vooravond van zijn afscheidsfeest op 24 april. Een mooi moment om terug te blikken op een lange carrière bij de brandweer. Hoe zag die brandweerloopbaan eruit?  

“Ik ben in 1979 begonnen als manschap in Haarlem. Daarna heb ik 10 jaar bij de KLM-brandweer op Schiphol gewerkt. Daar ben ik ploegchef geworden en heb ik de officiersopleiding gedaan, die toen nog was ondergebracht bij de Stichting BOiN. Vervolgens heb ik 10 jaar als OvD en plaatsvervangend hoofd Preventie bij de brandweer in Flevoland gewerkt. In 1996 ben ik gevraagd om les te gaan geven op het gebied van brandpreventie. Ik had geen idee of ik daar geschikt voor was, maar ik heb gewoon de stoute schoenen aangetrokken. Nadat ik een keer bij het NIPV had lesgegeven, heeft Ira Helsloot me gevraagd of ik bij het NIPV (toen nog Nibra) wilde komen werken. Dat was in het jaar 2001. Ik ben toen onderzoeker geworden naast mijn werk als OvD in Almere.”  

Je bent dus begonnen als onderzoeker. Wanneer ben je decaan geworden?  

“In 2008 heb ik het decanaat van Louis Witloks overgenomen. Ik was zeer vereerd dat ik daarvoor werd gevraagd. Ik was verantwoordelijk voor de OvD-leergang en brandpreventie. Daarna kwamen daar ook de HOvD- en AGS-opleidingen bij en bijscholing. Jaap Molenaar was in die tijd verantwoordelijk voor de onderliggende leergangen, zoals Manschap, Bevelvoerder en Duiken. Dat is een stuk complexer, omdat je met veel meer partijen te maken hebt. Mijn decanaat was wat dat betreft een stuk overzichtelijker. Beide decanaten zijn afgelopen jaren overgedragen aan Tanja Guyken en Marc Ploegman, die het stokje van ons hebben overgenomen.”  

Marc Ploegman, Hans Veltkamp en Tanja Guijken
Marc Ploegman, Hans Veltkamp en Tanja Guyken.

Hoe heb je jouw functie als decaan vormgegeven?  

“Allereerst was ik trots dat ik door Louis en René Hagen gevraagd werd, maar ik vond het ook eng. Want je zit toch in een glazen huis en het hele land vindt iets van die mensen in Schaarsbergen, die het allemaal bedenken voor de rest van Brandweer Nederland. Wim Beckmann, die toen leidinggevende was van de Brandweeracademie, gaf me de vrijheid om zelf vorm te geven aan het decanaat. Ik koos ervoor om vooral de regie te houden, want ik ben minder van het schrijven en alles vastleggen. Ik wilde graag een bijdrage leveren aan een betere beeldvorming van onze leergangen en ons instituut. De officiersopleidingen waren immers van Brandweer Nederland, dus we hebben de regio’s nodig om een goede opleiding neer te zetten. Ik ben op zoek gegaan naar een mix van nieuwe mensen om samen te bouwen aan de officiersleergangen.”  

En is dat gelukt? Kun je wat voorbeelden noemen van resultaten die je hebt bereikt?  

“In 2009 heb ik het leiderschap geïntroduceerd in de opleiding. Het was een vrij technische opleiding. Mijn vrouw was trainer en heeft me daarbij geholpen. Wonder boven wonder viel dat in bijzonder goede aarde en is het nog steeds een van de pijlers waar de leergang op draait. Ik ben sowieso van mening dat er veel meer aandacht mag zijn voor het vormingsaspect bij de brandweer. Ook als je als manschap begint bij de brandweer mogen we meer aandacht besteden aan: hoe gedraag je je bij de brandweer, hoe ga je met elkaar om? Zeker nu het steeds meer gaat over veerkracht en weerbaarheid en omgaan met PTSS, moet je als brandweer in staat zijn om daar met elkaar over in gesprek te gaan. Die reflectie zit er bij de officiersopleidingen wel in, en daar ben ik trots op.”  

Zijn er nog meer ontwikkelingen waar je trots op bent?  

“Wim Beckmann heeft mij ooit gevraagd om een leergang Brandonderzoek op te zetten. Doel was om te gaan leren van de eigen inzetten en of de brandpreventieve maatregelen effect hebben. Ik heb toen Martin Nijssen en Erik Overtoom gevraagd om deze leergang vorm te geven. In het begin gingen we naar Engeland voor de praktijkweek. Die is later verplaatst naar Troned. Ook hebben we een leergang ontwikkeld rondom de Basisprincipes van brandbestrijding, samen met Edward Huizer, Frank Vinken en Eric Didderen. Het duurt altijd even om de inzichten uit brandweeronderzoek door te voeren in de leergangen; dat is een kwestie van lange adem. Maar we hebben inmiddels ontzettend veel OvD’s en HOVD’s opgeleid. Zelfs in het buitenland willen ze ermee aan de slag, en daar ben ik trots op. Ik denk dat wij steeds weer in staat zijn om de juiste mensen op de juiste plek te krijgen en daarbij ons gedachtegoed aan de man te brengen.” 

Je hebt vast ook tegenslagen gekend. Wat hield je gemotiveerd om elke dag naar het NIPV toe te komen?  

“Als je bij ons het terrein oprijdt, heb je rechts het brandweermonument. Mijn opdracht is altijd geweest om daar zo min mogelijk namen op te krijgen. Deze missie heeft me altijd gedreven om mij in te zetten voor een veilig optreden. Ik begin ook elke opleiding bij het monument om hierbij stil te staan. Ik heb het geluk gehad dat ik de juiste mensen om me heen had die dezelfde passie en gedrevenheid hadden voor het vak. Mensen die met me meedachten om het onderwijs in goede banen te leiden. Dat maakt het werk een stuk eenvoudiger.” 

Je hebt inmiddels het decanaat overgedragen. Wat zou je jouw opvolgers willen meegeven?  

“Wees af en toe burgerlijk ongehoorzaam. Ga gewoon dingen doen en uitproberen. We zouden nog veel ondernemender kunnen zijn. Natuurlijk zul je dan ook fouten maken, maar daarvan kun je leren. Maar wat je nu ziet, is dat je steeds meer in processen en procedures terechtkomt. Er komt steeds minder ruimte voor creativiteit. Maar voor innovaties is geen protocol. Dus moet je zelf de ruimte en vrijheid creëren om zaken in beweging te krijgen.” 

Wat ga jij zelf nog ondernemen na je pensioen?  

“Ik blijf nog twee dagen in de week werken als docent aan de officiersopleidingen en daarnaast ga ik helpen bij het trainen van jachthonden. Ik heb zelf een labrador waarmee ik train en nu heeft de trainster mij gevraagd om haar te komen helpen. Dat vind ik geweldig, en dan met name de combinatie van de hond en de baas. Je hebt veel verschillende honden en veel verschillende baasjes. De hond doet niet zo veel fout, maar de baasjes… Dat vind ik prachtig om te doen.”  

Onderzoek naar leiderschapsontwikkeling binnen de brandweer

12 mei 2025

Hoe pakken veiligheidsregio’s leiderschapsontwikkeling aan? En welke kansen, uitdagingen en best practices signaleren HR-professionals hierbij? Dat heeft het NIPV geïnventariseerd als onderdeel van een onderzoek naar beheersmatig leiderschap binnen de brandweer. De belangrijkste uitkomsten zijn samengebracht in een publicatie.

Brandweermensen in gesprek op oefenlocatie.
Foto: NIPV.

Leiderschapsontwikkeling is actueel thema

Uit de inventarisatie blijkt dat er veel gebeurt op het gebied van leiderschapsontwikkeling. Van de 25 veiligheidsregio’s hebben er 16 een vastgestelde visie op leiderschap. Maar ook zonder formele visie blijkt leiderschapsontwikkeling in vrijwel alle regio’s een actueel thema.

Veelgenoemde ambities

De doelen die regio’s nastreven met leiderschapsontwikkeling lopen uiteen. Veelgenoemde ambities zijn:

  • Handvatten bieden voor de werving, selectie en begeleiding van (nieuwe) leidinggevenden
  • Een gedeeld beeld creëren van wat ‘goed’ leiderschap betekent binnen de regio
  • De aansturing van de organisatie en projecten versterken
  • Sociale veiligheid bevorderen binnen de organisatie.

Verschillen in accenten en aanpak

Wat onder ‘goed’ leiderschap wordt verstaan, verschilt per regio. Vaak wordt dit gekoppeld aan bredere organisatiedoelen of kernwaarden, zoals het streven naar een wendbare of vitale organisatie, waarin vakmanschap, samenwerking, verbinding of besluitvaardigheid centraal staan. Op basis daarvan leggen regio’s de nadruk op bepaalde leiderschapsstijlen of ontwikkelrichtingen, zoals dienend, situationeel, authentiek of persoonlijk leiderschap.

De aanpak verschilt eveneens per regio. Sommige veiligheidsregio’s zetten in op grootschalige, organisatiebrede leiderschapsprogramma’s, terwijl andere juist kiezen voor gerichte activiteiten voor specifieke doelgroepen of thema’s, bijvoorbeeld trainingen voor postcommandanten.

Lees de terugkoppeling

Meer over het onderzoek naar beheersmatig leiderschap

Het NIPV doet momenteel onderzoek naar beheersmatig leiderschap binnen de brandweer. Hiermee wordt bedoeld het dagelijks leidinggeven aan posten, ploegen en teams op kantoor. Centraal in het onderzoek staat de vraag hoe leidinggevenden én leidingontvangers het leiderschap ervaren. Naast de inventarisatie doet het NIPV een (inter)nationale literatuurstudie naar brandweerleiderschap en leiderschap in vergelijkbare organisaties zoals politie en defensie. Ook worden er (groeps)interviews gehouden met leidinggevenden en medewerkers op alle niveaus binnen de brandweer.

Het onderzoek geeft input en is het startpunt voor de kwalificatiedossiers voor leidinggevenden binnen de brandweer, toekomstige visies op brandweerleiderschap en onderwijs en lesmateriaal van het NIPV. Het onderzoeksrapport met de resultaten verschijnt dit najaar.

Laatste plaatsen leergang Specialist opleiden en oefenen beschikbaar 

8 mei 2025

Er zijn nog enkele plaatsen beschikbaar bij de leergang Specialist opleiden en oefenen  (SOO) die in september start bij het NIPV. Wie zich voor 1 juni inschrijft, kan nog onder de vouchergelden deelnemen. “Ik volg de leergang vanuit mijn functie als coördinator vakbekwaamheid bij Brandweer Brabant-Noord”, zegt Jan-Peter van de Wiel die dit jaar deze leergang volgt. “De opleiding biedt een sterke koppeling tussen theorie en praktijk en helpt me om bewuster en planmatiger te werken aan vakbekwaamheid binnen onze organisatie.” 

Jan-Peter van de Wiel die dit jaar deze leergang volgt.

Van de Wiel: “Wat het voor mij extra waardevol maakt, is het leren van én met elkaar. Het samenwerken met collega’s uit het hele land verrijkt mijn blik en versterkt mijn netwerk in het vakgebied. Deze leergang is dan ook bijzonder geschikt voor collega’s die zich bezighouden met het organiseren, ontwikkelen of verbeteren van opleiden en oefenen binnen de brandweer of veiligheidsregio.” 

Kritisch kijken naar leer- en verandervraagstukken 

De leergang is bedoeld voor medewerkers die werken in de veiligheidsregio binnen een team dat zich bezighoudt met alle activiteiten rondom vakbekwaamheid. Je leert onder meer kritisch kijken naar leer- en verandervraagstukken en een verantwoord leertraject te ontwerpen. Het modulaire programma bestaat uit vier leerblokken: Onderzoeken, Adviseren, Ontwerpen en Coördineren. Binnen een leerblok wordt steeds aan één afgebakende kerntaak gewerkt. Elk leerblok is losstaand van het gehele programma te volgen en middels een examen af te sluiten met een deeldiploma.  Als je alle deeldiploma’s hebt behaald, ontvang je het diploma Specialist opleiden en oefenen.  

Aanmelden 

Op deze leergang is de Financieringsregeling leergangen Brandweermanagement van toepassing. Om onder de vouchergelden deel te nemen aan de leergang SOO dient jouw aanmelding vóór 1 juni a.s. binnen te zijn. Ben je werkzaam bij een provincie, gemeente, brandweer of veiligheidsregio, neem dan voor het aanmelden contact op met de trajectbegeleider van jouw regio.  

De start- en examendata van elk leerblok zijn als volgt: 

  • Leerblok 1 Onderzoeken start op dinsdag 2 september 2025. Het examen is op donderdag 18 december 2025.  
  • Leerblok 2 Adviseren start op dinsdag 6 januari 2026. Examens zijn op 14 april en 19 mei 2026.  
  • Leerblok 3 Ontwerpen start op dinsdag 21 april 2026. Het examen is op 15 september 2026.  
  • Leerblok 4 Coördineren start op 27 oktober 2026. Het examen is op 9 februari 2027.  

Meer informatie 

Of neem contact op met Marieke Geelen, trainer-adviseur Leiderschap & Organisatie en kerndocent van de leergang SOO.