Onderzoek naar ervaringen van veiligheidsregio’s met NL-Alert
16 maart 2023
De overheid is ervoor verantwoordelijk om mensen in de omgeving van een incident te alarmeren en/of te informeren. NL-Alert wordt verreweg het vaakst ingezet als alarmeringsmiddel. Waar het lectoraat Crisisbeheersing in 2020 de burgerbeleving van NL-Alert heeft onderzocht, is nu onderzocht hoe de veiligheidsregio’s de inzet van NL-Alert ervaren. Om deze vraag te beantwoorden heeft het lectoraat interviews afgenomen met communicatieprofessionals van de 25 veiligheidsregio’s.
Afwegingen inzet NL-Alert
Veiligheidsregio’s maken diverse afwegingen bij het besluit om NL-Alert al dan niet in te zetten, met als basis het afwegingskader uit het landelijke Inzet- en Beleidskader. Aanvullende afwegingen zijn onder andere het tijdstip van het incident en het aantal inwoners dat overlast kan ervaren. Veiligheidsregio’s blijken niet op één lijn te zitten wat betreft de vraag of NL-Alert ook ingezet mag worden om mensen te alerteren in plaats van te alarmeren.
Samenwerking
Veel veiligheidsregio’s werken samen op het gebied van NL-Alert, met name veiligheidsregio’s met een gezamenlijke meldkamer. De meeste veiligheidsregio’s hebben afspraken gemaakt met ‘buurregio’s’ over de inzet van NL-Alert bij bovenregionale incidenten, maar er heerst onduidelijkheid over de procedure bij het uitsturen van een landelijk NL-Alert wat betreft het informeren van veiligheidsregio’s.
Feedback op de inzet
Het aantal reacties en vragen die veiligheidsregio’s ontvangen na de inzet van NL-Alert is de afgelopen jaren afgenomen, omdat mensen beter bekend zijn met NL-Alert en steeds makkelijker zelf antwoorden op hun vragen over NL-Alert kunnen vinden. Vrijwel geen enkele veiligheidsregio peilt de reacties van inwoners na de inzet van NL-Alert.
OTO
In vrijwel alle veiligheidsregio’s maakt NL-Alert onderdeel uit van opleidingen en trainingen (OTO), maar is het niet structureel ingebouwd in het programma. In meer dan de helft van de veiligheidsregio’s maakt NL-Alert onderdeel uit van oefeningen, al verschilt het hoe uitgebreid er aandacht wordt besteed aan NL-Alert.
Aanbevelingen
Op basis van de bevindingen bevelen we veiligheidsregio’s aan om te komen tot één landelijke lijn met betrekking tot de inzet van NL-Alert om mensen te alerteren. Dit om te voorkomen dat het voor inwoners onduidelijk wordt wanneer NL-Alert wel of niet wordt ingezet. Daarnaast is het wenselijk om duidelijke afspraken te maken tussen het Nationaal CrisisCentrum (NCC) en veiligheidsregio’s over wanneer en hoe veiligheidsregio’s geïnformeerd worden bij een landelijk NL-Alert. Ten slotte is het vakbekwaam worden en blijven met betrekking tot NL-Alert een belangrijk aandachtspunt. Aanbevolen wordt om in het vakbekwaamheidsprogramma NL-Alert aandacht te schenken aan het oefenen met de uitvoering van het complete proces (beslissen, uitvoeren en opvolgen) van NL-Alert.
Download het rapport
Lees ook
De nieuwe startdatum van de minor Publieke veiligheid: brandweerzorg en crisisbeheersing is bekend: 2 september 2024. Kelly van Ruler vertelt waarom zij de minor is gaan volgen. En hoe ze erop terugkijkt.
In deze column kijkt Ricardo Weewer, lector Brandweerkunde, terug én blikt hij vooruit op wat er komen gaat in 2024.
De communicatie naar burgers over SIS, slachtofferinformatiesystematiek, wordt vanaf 15 maart 2024 ‘ikzoekmijnnaaste’. SIS is een landelijk afgesproken werkwijze om naasten te informeren bij een grootschalig incident. Als SIS is geactiveerd dan dienen burgers een zoekvraag in via ‘ikzoekmijnnaaste’.
De inzet van waterschermen of waterstralen om gas- of dampwolken te beïnvloeden, heeft vaak maar een beperkt effect. Dit effect hangt af van veel factoren: bijvoorbeeld het soort gas/damp, de uitstroomsnelheid, de windrichting en de manier waarop een waterscherm wordt ingezet.
Jeroen Steijsiger bracht als adviseur Netcentrisch werken een bezoek aan de eilanden Saba en Sint-Eustatius. Hij vertelt hoe de samenwerking met deze eilanden tot stand is gekomen en hoe zij hebben leren werken met LCMS en de netcentrische werkwijze.
Freerk Dijkstra is als productmanager IV/ICT werkzaam bij het NIPV. Hij is medeverantwoordelijk voor de vernieuwde Vragenlijst software (VLS), een voorziening die helpt bij de verzameling van data en aan de hand van die data overzichtelijke dashboards creëert. Hij vertelt in dit artikel over de opzet van deze voorziening.
Bij incidenten met gevaarlijke stoffen in tunnels bieden tunnels in Nederland voldoende bescherming voor de omgeving. Dit blijkt uit het onderzoek dat het NIPV heeft gedaan in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
“Examinator zijn is heel goed voor je ontwikkeling”, vertelt Rick Buntinx van Veiligheidsregio Zuid-Limburg. “Je staat in verbinding met de werkvloer, je bouwt een netwerk op door heel Nederland en je leert heel veel van andere regio’s.”