Decaan Risicomanagement Maarten de Groot: “Industriële Veiligheid is uitdaging voor het nieuwe leerlandschap”

Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, juni 2023

Maarten de Groot (55) is sinds januari dit jaar decaan Risicomanagement aan NIPV. In zijn nieuwe functie heeft hij heel wat opgaven op zijn bordje liggen, zoals het verbinden van de beste mensen uit de praktijk als docent aan de opleidingen, het versterken van de rol van onderzoek in de lesstof en het optimaal afstemmen van het onderwijsaanbod op de behoeften van de regio’s. Dat laatste is vooral voor het taakveld industriële veiligheid (IV) wel een uitdaging. “IV is een ‘niche’ met een relatief kleine specialistengroep. Het is puzzelen om voor nieuw instromende SIV’ers de opleidingsgroepen gevuld te krijgen.”

Maarten de Groot

Maarten de Groot heeft al een stevig portfolio als adviseur in het veiligheidsdomein. Nadat hij afstudeerde als milieukundige, trad hij als adviseur in dienst bij ingenieursbureau Oranjewoud (nu Antea), waar hij al met milieu- en veiligheidsadvisering te maken kreeg. Daarnaast was hij brandweervrijwilliger in Helmond, met de ambitie een beroepsbrandweercarrière te starten. Helaas zette de diagnose diabetes type 1 een streep door dat plan. Op dat moment was hij al tien jaar actief als adviseur bij Oranjewoud en hij ontwikkelde zich verder in de brandveiligheidsadvisering. Na de oprichting van een eigen adviesbureau in 2006 en een fusie met een ander adviesbureau in 2021, kwam hij in 2022 opnieuw op een keuzemoment voor een carrièreswitch. Waar liggen nog uitdagingen en kansen? Die vond hij toen de vacature ‘decaan Risicomanagement’ onder zijn aandacht kwam.

Maarten: “Die vacature kwam voor mij precies op het goede moment. Na zo’n dertig jaar in de advieswereld actief te zijn geweest, wilde ik iets wezenlijk anders gaan doen met mijn talenten. Ook begon het vele reizen als adviseur, met dagelijks heel veel autokilometers, mij tegen te staan. Maar ik wilde wel actief blijven in het brandweer- en veiligheidsdomein, waarmee ik gedurende mijn hele carrière al raakvlakken had. Niet alleen in mijn functie als adviseur in projecten rond brandveiligheid, milieu en ruimtelijke ordening, maar ook in mijn nevenfunctie als voorzitter van de Verenigde Brandveiligheid Experts, VBE. In die hoedanigheid kende ik NIPV, toen nog IFV, al. De VBE hield er regelmatig een congres en studiedagen en ik had er goede contacten met de lectoren brandweerkunde en brandveiligheidskunde, Ricardo Weewer en René Hagen en later ook Lieuwe de Witte. De lijnen waren dus kort.”

Van ondernemer naar rijksoverheid

Na een eerste kennismakingsgesprek in september 2022 twijfelde Maarten nog. Het onderwijsveld was totaal nieuw voor hem en ook de stap van het eigen ondernemerschap naar de rijksoverheid voelde ‘groot’. “Maar NIPV wilde graag met mij door en zocht een verbinder om het risicomanagementonderwijs beter af te stemmen op de praktijk van de veiligheidsregio’s. Dat was een mooie uitdaging, waaraan ik mij met mijn opgebouwde netwerk wel wilde wagen. Ik krijg van NIPV veel vrijheid om mijn rol als decaan zelf in te vullen. Momenteel gaat veel tijd op aan het ontwikkelen van nieuw onderwijs en het bezoeken van veiligheidsregio’s om contacten te leggen en te versterken.”

Want in die veiligheidsregio’s zit de kennis en kunde die ook NIPV nodig heeft om de kwaliteit en praktijkgerichtheid van de opleidingen te waarborgen. Dat is direct een van de grootste uitdagingen voor de nieuwe decaan. Maarten: “Het onderwijslandschap op NIPV wordt volledig op een nieuwe leest geschoeid, met nieuwe leerstromen, nieuwe lesmethodieken en meer regie van de cursisten op hun eigen leerproces. Het onderwijs wordt meer hybride, waarbij de basisleerstof digitaal wordt aangeboden en cursisten pas naar de les komen als ze die basiskennis beheersen. Fysiek onderwijs in lesgroepen blijft wel de norm. Daarvoor zijn goede docenten en instructeurs met vakkennis uit de praktijk nodig. Eigenlijk vragen we van de veiligheidsregio’s om hun beste mensen beschikbaar te stellen om bij ons onderwijs te komen geven. Maar de veiligheidsregio’s willen zelf die goede mensen ook behouden. We vissen samen in dezelfde vijver van talenten. Hier ligt voor mij als decaan een belangrijke taak om, samen met de regio’s, te bekijken hoe we de beste praktijkmensen het meest effectief kunnen inzetten om het kennisniveau van het hele Nederlandse veiligheidsdomein te verhogen.”

Leerstroom Industriële Veiligheid van start

In september dit jaar is de leerstroom industriële veiligheid de tweede leerstroom die volgens de structuur van het nieuwe flexibele leerlandschap van start gaat. Een opleiding die, zowel voor NIPV als voor de veiligheidsregio’s, organisatorisch gepuzzel vraagt. Maarten vervolgt: “Tijdens mijn rondgang door het land hoor ik met name bij de veiligheidsregio’s met een hoog industrieel risicoprofiel de vraag hoe zij zo snel mogelijk over kwalitatief opgeleide adviseurs en inspecteurs industriële veiligheid kunnen beschikken en welke opleidingen zij precies nodig hebben om in de praktijk aan de slag te kunnen. De vraag in die regio’s is groot, maar het is wel een relatief klein en zeer gespecialiseerd vakgebied. Het gaat dan ook om kleine opleidingsgroepen en de uitdaging voor ons is om elk jaar een lesgroep gevuld te krijgen, zodat we de opleiding ook daadwerkelijk kunnen aanbieden”

De realiteit is volgens Maarten dat de regio’s nu soms wel kandidaten voordragen, maar dat er enige tijd overheen gaat voordat zij daadwerkelijk naar de opleiding kunnen, omdat de lesgroep te klein is. “Dit is een van de uitdagingen waarvoor ik samen met mijn collega’s en de veiligheidsregio’s gericht oplossingen wil zoeken. Het is echt een gezamenlijke opgave, want wij zijn afhankelijk van de veiligheidsregio’s voor inhoudelijke expertise op het gebied van industriële veiligheid en tegelijk zijn de veiligheidsregio’s afhankelijk van NIPV omdat we de enige wettelijk aangewezen opleider zijn.”

Gelet op die wederzijdse afhankelijkheid zegt Maarten groot belang te hechten aan de samenwerking met het LEC IV: “Het samenwerkingsverband is voor mijn decanaat erg relevant en waardevol. Dankzij deze samenwerking zijn wij in staat goed onderwijs te ontwikkelen voor de Veiligheidsregio’s. De kennisdragers uit de praktijk worden intensief betrokken bij het ontwikkelen van les- en leerstof en blijken vervolgens vaak uitstekende docenten. Dankzij deze wisselwerking tussen NIPV en het LEC IV brengen we het kennisniveau ten aanzien van industriële veiligheid omhoog en vormen we een waardevol kennisnetwerk.”

Brandveiligheid

De inhoudelijke kennis over industriële veiligheid is bij Maarten globaal, aangezien zijn adviescarrière zich vooral afspeelde rond het thema brandveiligheid. Áls hij in de industrie actief was, had dat dan ook bijna altijd met brandveiligheidsvraagstukken te maken en in mindere mate met Brzo-regelgeving en externe veiligheid. Hij zegt goede steun te hebben aan zijn trainer-adviseurs Linda van de Ven en Eeltje Bakker en zijn team onderwijskundigen, om het flexibele leerlandschap Risicomanagement, inclusief de leerstroom industriële veiligheid, verder op de rails te zetten en door te ontwikkelen. “Er is de komende jaren nog veel te doen om het nieuwe onderwijsstelsel verder uit te bouwen. Zo moeten ook concrete onderzoeksresultaten op het gebied van risicomanagement worden verwerkt in de lesstof, om de opleidingen nog beter af te stemmen op de praktijk. Kortom: het is nog een periode van bouwen en ontwikkelen, maar dat past goed bij mij. Ik ben hier op mijn plek en heb NIPV, dat ik eerder vooral kende vanuit mijn tijd als brandveiligheidsadviseur, nu veel beter leren kennen als een breed en dynamisch kennis- en vormingsinstituut.”

Logo LEC-IV Landelijk Expertise Centrum Industriële Veiligheid

Lees ook

09-07-2024
Bedrijfsbrandweeraanwijzingen en Omgevingswet: koppeling met ARIE-regeling bestaat niet meer

Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is de koppeling met de ARIE-regeling helemaal losgelaten.

25-06-2024
Meerjarenplan 2024-2027 LEC Industriële Veiligheid verder uitgewerkt

Het Meerjarenplan 2024-2027 van het LEC Industriële Veiligheid is voltooid en de eerste thema’s staan al op de agenda voor uitvoering.

25-06-2024
NFPA-cursus biedt waardevolle kennisupgrade

De eerste ervaringen met het leerblok over de NFPA-standaarden (NFPA = National Fire Protection Associaton) zijn positief.

25-06-2024
LBR-boekje deel 2 klaar voor distributie

Deze maand verschijnt het tweede deel van het LBR-boekje: een handreiking voor toepassing van de techniek- en systeemroute LBR (Landelijke Benadering Risicobedrijven) voor de Seveso-inspecteurs van de veiligheidsregio’s.

25-06-2024
Handreiking Advisering milieubelastende activiteiten online

De nieuwe handreiking leidt specialisten stap voor stap door het adviesproces bij vergunningtrajecten rond milieubelastende activiteiten. Met de komst van de Omgevingswet is dat adviesproces op een nieuwe leest geschoeid.

25-06-2024
Nederlandse rampbestrijdingsplannen in Europees perspectief

Tijdens een Europees seminar over rampbestrijdingsplannen trad Jan Meinster namens het LEC Industriële Veiligheid op als gastspreker.

25-06-2024
Livetest toont gebreken in de betrouwbaarheid van stationaire brandblussystemen aan

Het ‘live’ testen van stationaire brandblussystemen in hun bedrijfsomgeving is belangrijk om aan te tonen dat die systemen effectief en betrouwbaar zijn voor het bestrijden van de brandscenario’s waarvoor ze zijn bedoeld.

09-04-2024
Netwerkdag LEC Industriële Veiligheid 14 maart: leren van de industrie

De netwerkdag van het LEC IV op 14 maart jl. was ‘anders dan anders’. In plaats van de Brauerszaal van het NIPV was het voormalige klooster Mariënhof aan de rand van de historische binnenstad van Amersfoort de plaats van samenkomst voor de halfjaarlijkse bijeenkomst van de specialisten industriële veiligheid.

09-04-2024
Digitale PGS: interactief van risico’s en scenario’s naar doelen en maatregelen

Met de omzetting van de PGS-reeks naar PGS’en ‘Nieuwe Stijl’, die enkele jaren geleden is gestart, is voor deze serie richtlijnen ook het digitale tijdperk begonnen. De nieuwe risico- en scenariogestuurde werkwijze met ‘doorklikfuncties’ werkt immers alleen in een digitale omgeving.