Zo trekt Onderwijs Onderweg de lijn door
12 september 2025
Wat heeft het programma Onderwijs Onderweg de afgelopen maanden bereikt en wat staat er nu op stapel? In etappe 3 van het programma Onderwijs Onderweg zijn flinke stappen gezet: van onderzoek naar het gebruik van het kwalificatiedossier Manschap voor de opleiding Brandwacht C tot het vaststellen van een gezamenlijke onderwijsvisie. De Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV) en het MT van het NIPV hebben de stukken behandeld en groen licht gegeven om in etappe 4 door te pakken.

Wat is er opgeleverd in etappe 3?
De derde etappe van het programma Onderwijs Onderweg liep van februari 2025 tot nu en leverde veel op. Met behulp van verschillende projecten is praktijkervaring opgedaan en is geoefend met het onderwijsstelsel uit de rollennotitie. Zo is het kwalificatiedossier Manschap getoetst. Daaruit blijkt dat een opleiding ‘Brandwacht C’ (werktitel) zonder specialismen mogelijk is, maar de Vakraad Incidentbestrijding van de RCDV moet daarvoor eerst duidelijk vastleggen waar de grens ligt tussen basistaken en specialismen.
Daarnaast ligt er nu een gezamenlijke onderwijsvisie. De onderwijsvisie beschrijft de kernwaarden en uitgangspunten voor onderwijs en vormt het fundament voor de opleidingsinstituten bij de verdere ontwikkeling van het onderwijs. Ook is gestart met een onderzoek naar samenwerking in het duikonderwijs en is de verkenning van de beroepspraktijk operationeel leider (OL)/leider CoPI (commando plaats incident) in gang gezet.
Als laatste is de two-pager ‘Onderwijsstelsel veiligheidsregio’s’ door het Veiligheidsberaad aangeboden aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid. En er is een belangeninventarisatie uitgevoerd, die de basis vormt voor onderzoek naar een verdergaande samenwerking van opleidingsinstituten in etappe 4.
Waar hebben de RCDV en het MT NIPV mee ingestemd?
De RCDV en het MT NIPV hebben de resultaten van etappe 3 goedgekeurd. Ze geven akkoord op de onderwijsvisie en op de uitvoering van de plannen in etappe 4. Daarmee kan het programma verder bouwen aan een stevig en toekomstbestendig onderwijsstelsel.
Wat staat er in etappe 4 te gebeuren?
In de vierde etappe draait alles om beter samenspel en rolbewustzijn. Wie doet wat in het stelsel en hoe zorgen we samen voor een sterk geheel? Dat wordt uitgewerkt in een vervolgdocument op de rollennotitie.
We ronden lopende projecten af zoals het in kaart brengen van de vraag uit de beroepspraktijk voor operationeel leider (OL) en leider CoPI en een voorstel voor een interregionale organisatie van het duikonderwijs. Ook wordt onderzocht hoe opleidingsinstituten sterker kunnen samenwerken in een alliantie. En werken we aan het voorbereiden van pilots voor examinering en ijkfuncties, wat kan bijdragen aan meer flexibiliteit in het onderwijsstelsel.
Op de hoogte blijven?
Meer weten over hoe deze projecten verder vorm krijgen? Houd dan ook het platform Onderwijs Onderweg in de gaten.
Over het programma Onderwijs Onderweg
Het programma Onderwijs Onderweg is een gezamenlijke opdracht van de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV) en het NIPV. Met het programma richten we ons op praktijkgericht, flexibel en up-to-date onderwijs voor alle brandweer- en crisisprofessionals in de veiligheidsregio’s.
Bekijk ook
Basisboek Crisisbeheersing: fundament voor een professionaliserend vakgebied
11 september 2025
De samenleving wordt steeds vaker geconfronteerd met crises: van klimaatverandering en cyberdreigingen tot pandemieën en maatschappelijke onrust. Het vakgebied crisisbeheersing professionaliseert daardoor in hoog tempo. Om onderwijs en praktijk een stevig fundament te bieden, verschijnt nu het Basisboek Crisisbeheersing.

Menno van Duin, lector Crisisbeheersing: “In de praktijk van crisisbeheersing is geen situatie hetzelfde. Dit basisboek biedt professionals een gemeenschappelijk referentiekader en taal, zodat we beter voorbereid, slagvaardiger en met meer samenhang kunnen handelen wanneer het echt nodig is.”
Inhoud
Het boek bundelt bestaande kennis en inzichten uit onderzoek, praktijk en het hoger onderwijs. Het biedt studenten, professionals en zij-instromers een breed overzicht van het vakgebied crisisbeheersing.
In 38 hoofdstukken, verdeeld over 5 delen, gaat de uitgave in op het stelsel, de betrokken actoren, taken en processen, actuele casuïstiek en de uitdagingen voor de toekomst. Ieder hoofdstuk bevat kernpunten, Nederlandse voorbeelden, de visie van professionals en suggesties voor verdere verdieping. Daarmee is het zowel een studieboek als een praktisch naslagwerk.
Samenwerking
Het Basisboek Crisisbeheersing is op initiatief van het NIPV tot stand gekomen in samenwerking met auteurs uit het werkveld, docenten, onderzoekers en de Vakraad Risico- en crisisbeheersing van de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV). Uitgeverij Boom maakte de publicatie mogelijk waarbij het NIPV de redactie heeft gevoerd over de publicatie.
Jori Kalkman, Associate Professor aan de Nederlandse Defensie Academie en Wageningen University & Research en een van de auteurs van het basisboek: “In een wereld vol crises biedt het Basisboek Crisisbeheersing houvast en inzicht aan iedereen die meer wil weten over de oorzaken, gevolgen en effectieve bestrijding van crisissituaties.”
Beschikbaarheid
Het boek is beschikbaar in print en online (via een tweejarige licentie). Iedere veiligheidsregio ontvangt een exemplaar en het boek zal ook zijn weg vinden naar het hoger onderwijs en andere organisaties die een rol hebben in crisisbeheersing.
De redactie bestaat uit Menno van Duin, Ab Bertholet, Edith Leentvaar en Vina Wijkhuijs.
Meer informatie en bestellen
Kijk hiervoor op de website van uitgeverij Boom.
Bekijk ook
Opening onderwijsjaar NIPV 2025-2026: “Samen met werkveld bijdragen aan weerbaarheid”
10 september 2025
“Als samenleving worden we opgeroepen om weerbaar te zijn. Aan ons als NIPV de uitdaging om daar vanuit brandweerzorg en crisisbeheersing een bijdrage aan te leveren”, vertelt Coby Flier, directeur Onderzoek en Onderwijs tijdens de opening van het onderwijsjaar NIPV 2025-2026. “Dat doen we samen met de collega’s uit het werkveld. Want alleen kunnen we het bij het NIPV niet. Samen zetten we stappen om weerbaarheid in beweging te brengen en te houden.”

“Om dit te kunnen doen volgen we belangrijke trends en ontwikkelingen”, vervolgt Flier. “Voorbeelden hiervan zijn de gevolgen van klimaatverandering en veiligheidsaspecten van de energietransitie, de toenemende complexiteit van de taak van brandweermensen zoals bij het blussen van branden en de noodzaak voor een goede en een betrouwbare informatievoorziening. Met onder meer onderzoek en onderwijs zetten wij ons als NIPV in om een stabiele basis te zijn in onzekere tijden: een instituut met betrouwbare kennis en goed onderwijs. Tijden die vragen om weerbaarheid van zowel mensen als organisaties.”
Houd oog voor balans
Marco Zannoni, directeur NCTV, benadrukt tijdens de opening van het onderwijsjaar dat weerbaarheid in beweging is. Hij pleit ervoor om oog te blijven houden voor de balans. “Zorg dat de basis van brandweerzorg en crisisbeheersing op orde is en blijft. Pak de kansen die er zijn en zoek hierbij ook de samenwerking met andere partijen op. Het NIPV kan bijdragen met praktijkgericht onderzoek en onderwijs. En kijk met open armen naar de burger die misschien ook nog iets kan bijdragen.”
Samen vooruitzien
Tijs van Lieshout, directeur Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland en spreker van de Publieke Veiligheidsrede 2025-2026: “We hebben de plicht om te leren van de weerbaarheidssituatie waarin we nu zitten, de overgang van hyperglobalisering naar geopolitiek. We hebben de kennis die bij het NIPV gebouwd wordt en de kennis die hier wordt overgedragen hard nodig. De opdracht aan onderwijsprofessionals is helderder dan ooit: samen met andere kennispartijen durven bouwen aan moraliteit, kennis en vooruitgang. Ook in tijden van geopolitiek. Dit is misschien wel de essentie van een onderwijsjaar in deze tijd: samen zinvol blijven zoeken en bouwen, ondanks onzekerheid. Samen vooruitzien. In een wereld die geen garanties geeft.”

Stimuleer het improvisatievermogen
Amy Matser, lector Datagedreven publieke veiligheid bij het NIPV, vertelt: “Door AI verandert ons werk. Taken vervallen, er komen nieuwe taken bij. Maar wat als de techniek of systemen niet meer werken? Waar staan we dan? Wat kunnen we dan nog? In het onderwijs hebben we twee dingen te doen: het bijbrengen van nieuwe technologische kennis en het stimuleren van improvisatievermogen, flexibiliteit, creativiteit, handelen onder druk en samenwerken. Deze kernvaardigheden zijn ook in het AI-tijdperk belangrijk. Uiteindelijk gaat het om de balans.”
Ontwikkelingen binnen onderwijs en onderzoek
Enkele ontwikkelingen op het gebied van onderwijs en onderzoek:
- Het werkveld en het NIPV vinden elkaar beter in de afstemming over het onderwijsaanbod en de financiering hiervan. Samenwerken en vertrouwen zijn hierbij de sleutelwoorden. Samen met de vakraad Leren en Ontwikkelen van de RCDV heeft het NIPV een eerste stap gezet om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen. Beide organisaties zijn erin geslaagd om vanuit de eigen rol/verantwoordelijkheid opleidingsplaatsen toe te wijzen, waarbij de paraatheid binnen de veiligheidsregio’s een belangrijk uitgangspunt is.
- Onderzocht is hoe brandweermensen psychosociale ondersteuning na ingrijpende incidenten ervaren. Wat gaat goed, wat kan beter en wat zijn de behoeften? En hoe kunnen deze inzichten worden gebruikt in de les- en leerstof, van manschap tot officiersniveau? Een mooi voorbeeld waarin de praktijk, onderzoek en onderwijs samen komen.
- Met de livegang van zowel Canvas (ELO) als Educator (registratie- en examenplanningstool) is een mooi resultaat bereikt. In dit traject hebben de veiligheidsregio’s, regionale opleidingsinstituten (roi’s) en het NIPV heel intensief gezocht naar de beste oplossingen voor de vele punten die zich voordeden. De regio’s, roi’s en het NIPV blijven de twee systemen in gezamenlijkheid verder ontwikkelen zodat ze toekomstbestendig zijn en blijven.
- Een uitdaging voor de komende tijd is de ontwikkeling en toepassing van kunstmatige intelligentie (AI) in het onderwijs. Zo zijn er oefeningen geweest met augmented reality (AR) in het onderwijs. Er is een eerste stap gezet met een innovatieve praktijkoefening begin dit jaar met deze techniek. De ervaringen waren positief en dit gaat het NIPV daarom samen met het werkveld voortzetten.
- Nieuwe onderwijsproducten worden afgestemd met het werkveld en gezamenlijk ontwikkeld. Zo zijn in het afgelopen jaar de opleiding Leider CoPi en Regionaal operationeel leider vernieuwd. Binnenkort start de doorontwikkeling van de opleiding tot manschap: Manschap 3.0.
Bekijk ook
Algemeen directeur NIPV maakt ruimte voor een opvolger
9 september 2025
Na bijna tien jaar in de directie van het NIPV, waarvan acht jaar als algemeen directeur, heeft IJle Stelstra aangekondigd ruimte te willen maken voor een opvolger. In goed overleg met het dagelijks bestuur is afgesproken dat hij de verantwoordelijkheid van algemeen directeur uiterlijk tot 1 april 2026 blijft dragen.

“We zijn IJle zeer dankbaar voor bijna een decennium aan het roer te hebben gestaan. Onder zijn leiding is het NIPV verbreed van een instituut voor fysieke veiligheid naar het bredere domein van publieke veiligheid. Ook is de Nederlandse Academie voor Crisisbeheersing en Brandweerzorg opgericht, de onafhankelijkheid van de onderzoeksfunctie versterkt, zijn er grote stappen in de informatievoorziening binnen het veiligheidsdomein gezet en zijn de ondersteunende taken uitgebreid. Vandaag de dag staat het NIPV stevig in verbinding met de veiligheidsregio’s, diverse veiligheidspartners en maatschappelijke organisaties. Het NIPV is wendbaar geworden en in staat om tijdig in te spelen op actuele én toekomstige uitdagingen, zoals klimaatverandering, de energietransitie en de noodzakelijke versterking van de weerbaarheid in Nederland”, aldus Ton Heerts voorzitter van het dagelijks bestuur NIPV.
IJle zal zich, naast zijn lopende werkzaamheden bij het NIPV, oriënteren op een nieuwe uitdaging in het brede domein van veiligheid, met een focus op weerbaarheid. Een urgent en zeer relevant onderwerp dat hem nauw aan het hart ligt.
Bekijk ook
Belevingsonderzoek repressief brandweerpersoneel van start
8 september 2025
Wat vinden repressieve brandweermensen, vrijwillig en beroeps, van hun werk? Wat gaat goed en wat kan beter? Deze week krijgen alle brandweermensen die repressief actief zijn een uitnodiging om mee te doen aan het belevingsonderzoek 2025. Het NIPV voert het onderzoek uit in opdracht van het Veiligheidsberaad.

Waarom dit onderzoek?
Het belevingsonderzoek is een groot landelijk onderzoek onder alle repressieve brandweermensen. Het gaat over thema’s als veilig en gezond werken, vakbekwaamheid en oefenen, vrijwilligersbeleid, en betrokkenheid bij en beleving van het werk. Met de resultaten van het onderzoek kan de brandweer landelijk en regionaal aan de slag met eventuele verbeterpunten. Dit jaar wordt het belevingsonderzoek voor de derde keer gehouden.
Vragenlijst en groepsgesprekken
De deelnemers krijgen van hun eigen regio een uitnodiging om een vragenlijst in te vullen. Wanneer zo veel mogelijk mensen meedoen, ontstaat het beste beeld van wat er leeft. En is het mogelijk om de uitkomsten te vergelijken met die van de eerdere onderzoeken uit 2017 en 2021. Begin volgend jaar gaan we de resultaten verder verdiepen en duiden in een aantal groepsgesprekken met brandweermensen. In de tweede helft van 2026 verschijnt het rapport met de landelijke resultaten.
Wie zijn bij het onderzoek betrokken?
Het Veiligheidsberaad is de opdrachtgever van het onderzoek. Een stuurgroep heeft besloten over de inhoudelijke invulling van het belevingsonderzoek. In deze stuurgroep zitten vertegenwoordigers van de vakbonden (FNV/CNV), de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV), de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV), het Ministerie van Justitie en Veiligheid en het Veiligheidsberaad. Het NIPV voert het onderzoek uit.
Meer weten?
Bekijk voor meer informatie de pagina Belevingsonderzoeken brandweer.
Bekijk ook
Proefschrift geeft noodzaak aan van integrale aanpak natuurbrandbeheersing in Noordwest-Europa
3 september 2025
Onderzoeker Hugo Lambrechts verdedigde vandaag met succes zijn proefschrift ‘Between Fire and Water. Towards Integrated Fire Management in Northwestern Europe’ aan Wageningen University & Research. De belangrijkste les van zijn promotieonderzoek: natuurbrandbeheersing in Noordwest-Europa vereist een integrale aanpak. Een aanpak die verdergaat dan alleen blussen, en zich ook richt op preventie, voorbereiding en het weerbaar maken van het landschap.

Huidige situatie vereist integrale benadering
Lambrechts voerde het onderzoek uit aan Wageningen University & Research, maar werkt inmiddels als onderzoeker natuurbrandveiligheid bij het NIPV. Hij vertelt: “Door de klimaatverandering neemt het risico op natuurbranden toe in Noordwest-Europa. Dit is een uitdaging voor een regio die eerder als laagrisicogebied werd beschouwd. Deze situatie vereist een nieuwe aanpak: Integrated Fire Management (IFM), oftewel geïntegreerd vuurmanagement.”
Vier kennishiaten onderzocht
“Veel bestaande kennis over brandbeheer is echter ontwikkeld in brandgevoelige gebieden en deze kennis sluit niet goed aan op regio’s waar het risico nu pas opkomt.” Met zijn proefschrift wilde Lambrechts het begrip van geïntegreerd vuurmanagement voor Noordwest-Europa verbeteren door vier kennishiaten te onderzoeken:
- toekomstige trends in brandgevaar
- lessen uit andere risicosectoren zoals waterbeheer
- de huidige staat van brandpreventie
- de rol van klimaatinformatiediensten.
De onderzoeker toont in zijn proefschrift de noodzaak aan van een verschuiving van bestrijden (nu voornamelijk blussen) naar langetermijnstrategieën, ingebed in lokale context en sectoroverstijgend beleid: “IFM, geïntegreerd vuurmanagement, biedt hiervoor een kader dat helpt samenlevingen en landschappen voor te bereiden op een toekomst waarin brand een blijvende rol speelt.”
Belangrijkste praktijklessen voor ons land
- Pas een holistische en geïntegreerde aanpak toe met meerdere veiligheidslagen, zoals in het Nederlandse waterbeheer. Brandbeheer moet verschuiven van blussen naar leven met vuur, gedeeld door alle actoren.
- Zet landschapsbeheer, bewustwording en educatie in als preventieve maatregelen. Laat deze maatregelen meegroeien met de stijging van het risico.
- Onderzoek hoe weer- en klimaatinformatiediensten een proactieve voorbereiding op natuurbranden kunnen ondersteunen.
- Zoek samenwerking en kennisuitwisseling binnen West-Europa op.
Samenwerking is sleutelwoord
Charlotte van Ruijven, programmamanager Klimaatveiligheid bij het NIPV: “Goed om te lezen dat ook uit dit wetenschappelijke onderzoek blijkt dat voor natuurbrandbeheersing een integrale aanpak nodig is. Waarbij samenwerking tussen alle betrokken partijen het sleutelwoord is. De uitkomsten van dit onderzoek zijn zeer relevant voor het programma Klimaatveiligheid waarin het NIPV samenwerkt met een aantal partners, waaronder de veiligheidsregio’s. De resultaten helpen ons bij het krijgen van (nog beter) inzicht in de mogelijkheden en onmogelijkheden van een veilige en weerbare samenleving bij klimaatverandering, nu en in de toekomst.”
Meer informatie
Kijk voor meer informatie op de website van Wageningen University & Research. Het proefschrift is nog onder embargo in afwachting van de publicatie van een hoofdstuk.
Bekijk ook
Erik Schrijvers vertrekt als lector Crisisbeheersing bij het NIPV
1 september 2025
Per 1 september 2025 verlaat Erik Schrijvers het NIPV. Hij bekleedde sinds 2024 de functie van lector Crisisbeheersing.

Erik Schrijvers leverde in die periode belangrijke bijdragen aan projecten, onderzoeken en subsidieaanvragen op het gebied van crisisbeheersing en maatschappelijke weerbaarheid. Toch sloot de functie niet genoeg aan bij zijn ambities en onderzoeksvoorkeuren. Daarom kiest hij ervoor zijn loopbaan buiten onze organisatie voort te zetten.
Het NIPV bedankt Erik voor zijn inzet en betrokkenheid. Wij werken aan een zorgvuldige overdracht en een toekomstgerichte invulling van het lectoraat Crisisbeheersing.
Bekijk ook
Netcentrisch werken in de praktijk: Sail Amsterdam 2025
28 augustus 2025
Meer dan tienduizend schepen en ruim twee miljoen bezoekers trokken vorige week naar onze hoofdstad. Amsterdam stond in het teken van Sail 2025, en dat betekende vijf dagen feest op en rondom het water: wapperende zeilen, blije gezichten en een blauwe lucht. Vanuit het thema ‘United by waves’, verbond Sail werelden. Wat niet iedereen weet is dat achter de feestvreugde een andere wereld schuilging, namelijk die van de risico- en crisisbeheersing. Diverse crisispartners werkten intensief samen om tijdens Sail de veiligheid van bezoekers en inwoners te waarborgen.
Martijn van Wijlen, landelijk adviseur en ambassadeur Netcentrisch werken, werkte tijdens Sail Amsterdam 2025 als informatiemanager. Hij vertelt over het mensenwerk dat nodig is om zo’n grootschalig evenement soepel te laten verlopen.

Informatie ondersteunt de besluitvorming
“Voorafgaand aan en tijdens Sail werkten 21 crisispartners netcentrisch samen; zij wisselden doorlopend informatie over het evenement met elkaar uit. Onder deze partners bevonden zich de politie en diverse veiligheidsregio’s, maar ook het KNMI en de Port of Amsterdam. Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland regisseerde deze samenwerking, met het Fieldlab Informatiegestuurde Veiligheid, het Operationeel Centrum Sail en het Interregionaal Veiligheids Informatie Knooppunt (IVIK). Verdeeld over twee shifts zorgden 12 informatiemanagers dagelijks voor een goede duiding en verwerking van alle binnenkomende informatie. Met als resultaat een actueel, multidisciplinair situatiebeeld dat goed zicht gaf op het evenement en alles eromheen. Daarmee ondersteunde het de besluitvorming.”

De grootschaligheid van Sail is uitzonderlijk
“Wat Sail zo bijzonder maakt, is de grootschaligheid die zich manifesteerde in meerdere opzichten. Want vergeleken met de vorige editie in 2015 zijn zowel het aantal partners als de mogelijkheden qua tooling gegroeid. In 2015 gaven partners hun informatie telefonisch door, waarna wij als informatiemanagers deze in het Landelijk Crisis Management Systeem (LCMS) invoerden. Nu werken de meeste partners volgens de netcentrische werkwijze en verwerken zij hun informatie zelf, op een uniforme manier, in het LCMS. Daarnaast hebben we dankzij tools als druktemeters, dronedetectie en crowdsimulatie veel meer databronnen tot onze beschikking. Hiermee kunnen we monitoren en zelfs voorspellen.”

Pas op voor informatie-obesitas
“Het blijft een ambacht om regie te houden op informatie. Want het risico van ontwikkelingen als meer tooling en grotere netwerken is ‘informatie-obesitas’. Mensenwerk is noodzakelijk om je niet te laten overspoelen door informatie. Pas als we de juiste verbindingen leggen tussen stukjes informatie en we de juiste mensen vragen om een toelichting, kunnen we de informatie duiden. Daarom moet je jezelf altijd weer de vraag stellen: ‘wie moet wat weten op welk moment?’. Elke crisispartner heeft deze verantwoordelijkheid.”
Passerend konvooi binnenvaartschepen
“De vorming van het netwerk van crisispartners startte al voorafgaand aan het evenement. Dit zorgde ervoor dat de verschillende partijen elkaar gemakkelijk wisten te vinden toen dat tijdens Sail nodig was. Bijvoorbeeld bij de hervatting van het beroepsmatige binnenvaartverkeer op woensdagavond, nadat dit een halve dag stilgelegen had. Een scenario hiervoor was op voorhand al wel vastgesteld, maar toch vraagt het acute afstemming omdat je de actuele situatie nooit kunt voorspellen. Op zo’n moment haal je de juiste mensen bij elkaar, bijvoorbeeld de Sail-organisatie, de waterpolitie, de havenmeester, en GVB. Samen bespreek je de mogelijke actuele risico’s: pontjes kunnen langere tijd niet meer varen, met als gevolg een opstopping van mensen. Hulpdiensten die er mogelijk niet meer doorheen kunnen. Of een aanvaring van recreatiebootjes door binnenvaartschepen. En wat betekent dit dan voor de diverse betrokken partijen? Welke besluiten neem je? Bijvoorbeeld het konvooi splitsen, of op de borden zetten dat de ponten tijdelijk niet varen. Na besluitvorming zijn de afspraken gedeeld in het LCMS, zodat elke partner met zijn eigen gedeelte aan de slag kon gaan. En zo draag je als netwerk bij aan een veilig verloop van het evenement.”
Samenwerken via de Landelijke Voorziening Crisisbeheersing (LVCb)
Het LCMS en de doctrine Netcentrisch werken zijn onderdeel van de Landelijke Voorziening Crisisbeheersing (LVCb). De LVCb ondersteunt alle fases van crisisbeheersing op het vlak van samenwerking en informatie-uitwisseling. Meer dan 1000 organisaties zijn aangesloten op de LVCb.
Modelvoorschriften bedrijfsbrandweeraanwijzingen geactualiseerd
Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, 19 augustus 2025
Veiligheidsregio’s gaan gebruikmaken van een geactualiseerde versie van de ‘Modelvoorschriften voor bedrijfsbrandweeraanwijzingen’. Het gaat om een update van de set voorschriften uit 2018. Actualisering was gewenst om de praktische werkbaarheid te bevorderen.

Omdat de modelvoorschriften zeven jaar oud waren, heeft het LEC Industriële Veiligheid (LEC IV) in het Netwerk Industriële Veiligheid gevraagd of veiligheidsregio’s tijdens aanwijsprocessen tegen knelpunten of verouderde informatie aanlopen. Aan de hand daarvan is een mooie verbeterslag gemaakt. Volgens projectleider Jan Meinster zijn op diverse thema’s normen aangepast en zijn bepaalde voorschriften voor het in stand houden van een bedrijfsbrandweerorganisatie nauwkeuriger omschreven.
Wijzigingen
Meinster vertelt: “Naast actueel moeten voorschriften ook reëel, proportioneel en handhaafbaar zijn. Een van de wijzigingen is dat bluswaternetwerken gevoed met drink- of grondwater slechts hoeven te worden gespoeld na aanleg en na reparatie- of onderhoudswerkzaamheden aan het bluswaternetwerk. Dit vanuit de gedachte dat in die leidingen normaal gesproken geen aangroei of verontreinigingen worden verwacht die bij gebruik belemmerend kunnen werken. Een andere aanpassing is dat tussen deze spoelmomenten een evenredige tijdsperiode van een halfjaar moet zitten om de betrouwbaarheid van het bluswaternet duurzaam te borgen.”
“In enkele voorschriften is toegevoegd dat alarmerings- en uitrukprocedures van de bedrijfsbrandweer geschikt moeten zijn en dat persoonlijke beschermingsmiddelen goed onderhouden moeten worden. Dat lijken inkoppers, maar zijn nodige toevoegingen om de voorschriften te kunnen handhaven”, vervolgt Meinster.
Over de ‘gidsfunctie’ die bij aankomst van de overheidsbrandweer de bedrijfsbrandweer van informatie voorziet zegt de geüpdatete versie dat dit niet per definitie een fysieke gidsfunctie hoeft te zijn, maar dat die ook op een andere manier mag worden ingevuld. Zoals een tekening die voorzien is van cruciale gegevens, zoals veilige aanrijdroutes en de risico’s van de aanwezige gevaarlijke stoffen.
Vaststellen
Veiligheidsregio’s gaan de geactualiseerde modelvoorschriften laten vaststellen door hun bestuur. Het LEC IV levert hiervoor een addendum aan. Dan zijn ze gereed voor gebruik in nieuwe en te actualiseren bedrijfsbrandweeraanwijzingen.
De geactualiseerde versie is opgesteld in samenwerking met de Werkgroep Bedrijfsbrandweer van het Netwerk Industriële Veiligheid.
Download de Modelvoorschriften voor bedrijfsbrandweeraanwijzingen
“Een schip is geen huis”
18 augustus 2025
Zomerreeks landelijke brandweerspecialismen – deel 6: Scheepsincidentbestrijding.
“We behandelen een schip vaak als een huis, terwijl dat niet zo is”, zegt Wim van der Wal, aanjager van het nieuw vastgestelde landelijk brandweerspecialisme Scheepsincidentbestrijding (SIB). “Dat moet anders.”

Van der Wal is beleidsadviseur bij Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Al jaren houdt hij zich bezig met scheepsincidenten. “In mijn ervaring vragen scheepsincidenten specifieke kennis en een specifieke aanpak. “De dynamiek op het water is echt anders dan op het land. Daar komt bij dat het negen van de tien keer om gemeentegrensoverschrijdende incidenten gaat. Water stopt niet bij een gemeente of regiogrens. Samenwerken en informatie delen is juist van groot belang bij een incident op het water waarbij de rivier als scheidslijn fungeert. Diverse incidenten in achterliggende tijd toonden dit aan.”
“Met de goedgekeurde visie door de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV) is scheepsincidentbestrijding sinds 2024 officieel een landelijk brandweerspecialisme. Hiermee is er eindelijk ruimte voor de bijzondere gevaren en risico’s van scheepsincidenten en daar ben ik blij mee.”
Scheepsincident vraagt om ervaring én lef
“Ervaring met scheepsincidenten hebben veel brandweerkorpsen nauwelijks, want een scheepsincident gebeurt niet vaak. Juist daarom is het verleidelijk om bij een scheepsincident ‘gewoon’ te doen wat je altijd doet. Maar een scheepsincident is een afwijkend incident. Leiderschap is noodzakelijk, durven zeggen: ‘ik heb hulp nodig’. En dan weten wie je kunt bellen.
Scheepsincidentbestrijding is een landelijk brandweerspecialisme in ontwikkeling, maar we starten niet bij nul. Drie steunpunten staan klaar om alle regio’s te ondersteunen:
- Zeeland
- Noord-Holland-Noord (samen met Korps Marinebrandweer)
- Rotterdam-Rijnmond
Alle steunpunten hebben een specialistische officier van dienst (OvD) op piket. Via de coördinerende meldkamer in Rotterdam zijn zij altijd bereikbaar.”

Onbekend maakt onbemind
“Elke keer als ik ergens kom, zie ik hetzelfde: mensen vinden de scheepvaart een bijzondere wereld, maar weten er weinig van”, vertelt Van der Wal. “Onbekend maakt onbemind. Maar de risico’s zijn groot. Het is altijd net even anders. Brandbestrijding, gevaarlijke stoffen (incidentbestrijding gevaarlijke stoffen, IBGS), de dynamiek op het water, de indeling van schepen zoals accommodatie, lading en machinekamer. Er zijn altijd meerdere multipartijen betrokken zoals Rijkswaterstaat, gemeenten, havenbedrijven, Kustwacht, KNRM en waterschappen. Je móet dus wel samenwerken. Daarom ontwikkelden we samen met het NIPV eerder al twee e-modules voor brandweermensen. Die bieden kennis en een handelingsperspectief voor iedereen op de vaste wal. De e-modules zijn, inclusief vakbekwaamheidsadvies, toegankelijk via Canvas. Mijn advies is: volg deze e-modules!”
Van visie naar praktische uitvoering
“Nu de visie er ligt, begint het werk pas echt. Met steun van het NIPV ontwikkelen we door. Regio’s brengen momenteel hun risico’s in kaart met de hulp van collega Mariska Burema van Veiligheidsregio Groningen. Dat helpt bepalen hoe we de basisbrandweerzorg, basis+ en specialistisch optreden het beste kunnen inrichten. Daarnaast hoe we interregionale bijstand kunnen inrichten, waar we moeten doorontwikkelen en dit kunnen borgen. Dat is nodig, want bijna alle regio’s hebben rivieren, waterwegen en kleine of grote havens. Vaak met serieus water. Ik zie het als mijn missie om scheepsincidentbestrijding goed te implementeren en te borgen. Nu scheepsincidentbestrijding een officieel brandweerspecialisme is, hoop ik op meer prioriteit.
En onthoud: weet je het niet zeker? Neem contact op met de netwerk Scheepsincidentbestrijding via het NIPV. Hulp nodig tijdens een incident? Neem dan contact op via de meldkamer. Dan denken we met je mee.”
