Collectieve Brandbestrijdingspool voor Rotterdams haven- en industriegebied
Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, september 2022
De Gezamenlijke Brandweer Rotterdam (GB) heeft een nieuw systeem voor grootschalige industriële brandbestrijding in gebruik genomen. De ‘Collectieve Brandbestrijdings Pool’ (CBP), vervangt de afgeschreven materialen van de Industriële Brandbestrijdingspool en de bestaande systematiek voor tankputbrandbestrijding. Met het nieuwe materieel- en inzetconcept van de CBP is de publiek-private brandweerorganisatie voor het Rotterdamse haven- en industriegebied in staat om full surface tankbranden en tankputbranden effectiever, sneller en veiliger te bestrijden.
De Collectieve Brandbestrijdingspool omvat een tweetal groot vermogen pompunits, twee schuimboosters, twee mobiele tankbrandmonitoren voor tankbrandbestrijding, vier op afstand bestuurbare mobiele rupsbandmonitoren (unmanned ground vehicles, UGV’s) voor tankputbrandbestrijding (TPB), een aflegsysteem met 300 mm-transportslangen en materialen voor logistieke ondersteuning. Voor de bestrijding van een full surface brand in een opslagtank wordt een dubbel blussysteem, bestaande uit pomp, schuimbooster en blusmonitor ingezet. Daarmee kan per minuut tweemaal 40.000 liter schuim over een afstand van maximaal 150 meter op de brandende tank worden gebracht.
Bij een tankputbrand wordt één combinatie van pompunit en schuimbooster ingezet. Die levert met een tweetal 300 m-transportleidingen 40.000 liter water/schuimmix aan de vier UGV’s, die elk 8.000 liter per minuut op de brand brengen. De UGV-monitoren worden afzonderlijk bediend en verplaatsen langs de randen van de tankput. Dankzij deze mobiele blusvoorzieningen met ‘afstandsbediening’ hoeft brandweerpersoneel niet in de directe nabijheid van de brandende tankput te werken. Het nieuwe TPB-concept bevordert dus ook de veiligheid van het operationeel brandweerpersoneel.
Bedrijven met grootschalige tankopslag zijn op basis van de PGS-29 verplicht maatregelen te treffen om tankputbranden op hun terrein doeltreffend te beheersen en te bestrijden. Dat kan met stationaire voorzieningen of met een mobiele oplossing. In de rest van het land wordt tankputbrandbestrijding veelal stationair opgelost. Het Rijnmondgebied kent een dermate grote concentratie tankterminals dat het voorzien van alle tankputten van een stationair systeem voor tankputbrandbestrijding een technisch zeer omvangrijke en kostbare operatie zou worden. Na onderzoek en overleg heeft een groot aantal tankopslagbedrijven samen met de GB besloten te kiezen voor een snel inzetbaar mobiel systeem. De kracht van de collectiviteit maakt dit mogelijk. Met het inzetconcept van de CBP voldoen de bedrijven aan de voorschriften in de PGS-29. De CBP is qua prestaties en inzetsystematiek berekend op het bestrijden van full surface branden en tankputbranden van de grootst aanwezige tanks en tankputten in de Rotterdamse haven.
Het nieuwe materieel en het logistieke concept voor water- en schuimtransport zijn voor de Gezamenlijke Brandweer en de ledenbedrijven met tankopslag een efficiënte blusvoorziening, omdat de water- en schuimvoerende componenten (pompen, schuimboosters, transportslangen) voor zowel tankbrand- als tankputbrandbestrijding inzetbaar zijn. Voorheen waren voor beide scenario’s afzonderlijke materieelconcepten in gebruik. Een belangrijk pluspunt van de nieuwe set groot vermogen dompelpompunits en het aflegsysteem van 300 mm-slangen is dat het systeem aanzienlijk sneller is op te bouwen dan het vervangen IBP-systeem voor tankputbrandbestrijding. Bij inzet van de IBP bleek het afleggen van de acht parallelle transportleidingen met 200 mm slangen vanaf grote haspels in de praktijk complex en tijdrovend. Bovendien moest voor de waterwinning gebruik worden gemaakt van een blusboot, een ponton en een extra ‘manifoldunit‘ als verankering op de wal. De nieuwe pompunits tellen elk drie dompelpompen met een capaciteit van 15.000 liter per minuut, die met ondersteuning van in de haven werkzame ‘roeiers’ te water worden gelaten. De benodigde 300 mm-slangen voor het watertransport liggen gevouwen in een viertal haakarmcontainers en kunnen ‘traditioneel’ rijdend met een snelheid van 20 km per uur worden uitgelegd.
De afzonderlijke componenten van het nieuwe CBP-systeem zijn na oplevering door de leveranciers eerst uitgebreid individueel getest via een factory acceptance test. Op 28 juni jl. vond de eerste functionele site acceptance test van het volledig opgebouwde systeem plaats, waarbij alle componenten in samenhang werden getest. De functionele test werd uitgevoerd op de D’Arcyweg langs de BP raffinaderij in Europoort. Tijdens de testdag werd de materieelsamenstelling voor zowel tankputbrand- als tankbrandbestrijding beproefd, waarbij werd getoetst of het systeem voldoet aan alle functionele eisen op het gebied van waterverplaatsingsdebiet, druk, worplengte van monitoren en schuimbijmenging. Er werd niet daadwerkelijk met schuimvormend middel getest, maar met een onschadelijke kleurstoftoevoeging aan het bluswater.
Namens de afdeling Industriële Veiligheid van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond volgde onder andere Arie van den Berg de ontwikkelingen en testfase van de CBP op de voet. Volgens Van den Berg heeft de VRR als toezichthouder op de Rotterdamse Brzo-bedrijven vertrouwen dat met de CBP de scenario’s tankbrand en tankputbrand voldoende kunnen worden afgedekt.
Van den Berg: “We hebben in de plan- en ontwikkelfase het door de GB opgestelde Handboek CBP en het bijbehorende logistieke plan beoordeeld en goedgekeurd, op basis van de reële scenario’s die zich bij tankopslagbedrijven kunnen voordoen. Directie en personeel van de GB kunnen trots zijn op het robuuste materiële concept dat als collectieve voorziening voor de tankopslagbedrijven is gerealiseerd. Hiermee heeft de veiligheid van de Rotterdamse industrie een flinke boost gekregen. Het is een uitdagende logistieke operatie om het CBP op te bouwen. Het systeem moet bij een tankputbrand, parallel aan de eerste inzet met industriële autospuiten en schuimcontainers via het hydrantennet van het bedrijf, binnen 90 minuten operationeel zijn. Als de berekende hoeveelheid schuimvormend middel meer is dan de beschikbare hoeveelheid SVM van de gezamenlijke brandweer, kan via het Platform Industriële Incidentbestrijding (PII) extra SVM ter plaatse worden gevraagd. Dit kan het geval zijn als meerdere tanks in de brandende tankput ook zijn gaan branden.”
De materiaalcomponenten van de CBP zijn in juli gestationeerd op hun verschillende standplaatsen op de GB-kazernes, die elk een of meer deeltaken hebben bij het opbouwen en inzetten van het systeem. Op 21 september as. wordt het materieel officieel aan de GB overgedragen.
Lees ook
De eerste kandidaten voor het Traineeship Omgevingsveiligheid hebben zich gemeld. Op 5 maart ging de wervingscampagne online op de website van Brandweer Nederland en al binnen vier uur was de eerste reactie binnen.
Risicobeheersing en repressie zijn in het brandweerdomein de twee uitersten links en rechts in de veiligheidsketen. Maar verenigd in één persoon vormen ze een sterke combinatie. Mario Struik, specialist risicobeheersing bij Veiligheidsregio Utrecht, is één van de SIV’ers die kennis en kunde van beide taakvelden combineert in zijn brandweerloopbaan.
Joram Gielbert heeft op 1 februari zijn werkzaamheden voor de Veiligheidsregio Gelderland-Midden (VGGM) en het LEC IV beëindigd. Maar hij laat de industriële veiligheid beslist niet los, want als zelfstandig adviseur blijft hij in grote lijnen hetzelfde werk doen.
De inzet van waterschermen of waterstralen om bij chemische incidenten gas- of dampwolken te beïnvloeden, heeft vaak maar een beperkt effect.
Het afgelopen jaar stond voor het LEC IV vooral in het teken van het verstevigen van zijn positie en relaties in het netwerk van veiligheidspartners.
Directeur Risico- en Crisisbeheersing Edith van der Reijden geeft inzicht in samenwerking en veilige energietransitie.
Het Joint Research Centre van de Europese Commissie heeft een leidraad gepubliceerd voor het beheersen van risico’s van ‘Natech’ calamiteiten; industriële incidenten veroorzaakt door natuurgeweld, zoals aardbevingen, overstromingen of extreme temperaturen.
De Landelijke Handhavingsstrategie Brzo is aangepast aan de Omgevingswet en heet nu Landelijke Handhavingsstrategie Seveso-inrichtingen. Het betreft een wetstechnische en tekstuele wijziging. Inhoudelijk zijn er geen wijzigingen.
Johan Braker, veiligheidsconsultant Industriële Veiligheid bij Veiligheidsregio Groningen, vertelt over zijn boeiende werk.