SIV’er in de praktijk: Mario Struik (VRU)
Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, april 2024
Risicobeheersing en repressie zijn in het brandweerdomein de twee uitersten links en rechts in de veiligheidsketen. Maar verenigd in één persoon vormen ze een sterke combinatie. Mario Struik, specialist risicobeheersing bij Veiligheidsregio Utrecht, is één van de SIV’ers die kennis en kunde van beide taakvelden combineert in zijn brandweerloopbaan. “Bij mijn advieswerk voor risicobeheersing en industriële veiligheid bekijk ik een bouwplan of vergunningaanvraag ook altijd vanuit het perspectief van de brandweerrepressie, want het preventieve veiligheidsniveau bepaalt voor een belangrijk deel het handelingsperspectief bij een incident.”
Combinatie ‘koud en warm’
De brandweer trok al op jonge leeftijd de aandacht van Mario Struik, die zijn ‘rode carrière’ begon bij de jeugdbrandweer in Veenendaal. Vanuit die ‘kweekvijver’ stroomde hij uiteindelijk door als brandweervrijwilliger. Ook beroepsmatig had veiligheid zijn interesse, want na een studie Integrale Veiligheidskunde ging hij, na enkele andere banen, bij een adviesbureau aan de slag als consultant brandveiligheid. “Maar de commerciële werkcultuur daar begon mij na een paar jaar tegen te staan en ik wilde graag naar de overheid. Bij Veiligheidsregio Utrecht vond ik mijn plek als adviseur brandveiligheid bij de directie Risicobeheersing. De combinatie van een ‘koude’ en ‘warme’ brandweertaak vond ik heel aantrekkelijk. Vier jaar geleden vroeg mijn teamleider mij of ik interesse had om mij te specialiseren in industriële veiligheid. Dat leek mij een interessant nieuw vakgebied, dus ben ik de opleiding SIV gaan volgen en ben ik me gaan verdiepen in hoe de industrie in elkaar zit.”
De afdeling Advies van de VRU telt 30 medewerkers en Struik is een van de vier (binnenkort vijf) specialisten die zich bezighouden met het taakveld milieu en industrie. “Het is een mooi vakgebied en de VRU geeft haar medewerkers volop kansen om zich te ontwikkelen. Het aantrekkelijke vind ik dat je in allerlei werkgroepen en projecten kan deelnemen en zo je vakkennis kan vergroten en tegelijk een collegiaal netwerk kan opbouwen.”
Spoorwegemplacement
Struik is onder andere betrokken bij de beoordeling van de bedrijfsbrandweerrapportage voor het spoorwegemplacement in Amersfoort. Een interessant en uitdagend project, vindt hij. “Veiligheid rond spoorwegemplacementen heeft heel veel aspecten. Brandweertechnische aspecten, zoals bereikbaarheid voor repressie en bluswatervoorziening, maar ook juridische en politieke afwegingen. Heel leerzaam om te zien hoe die processen gaan. Ik zie het als mijn opgave een zo goed mogelijk onderbouwd advies te schrijven, zodat in het vergunnings- en aanwijstraject goede besluiten kunnen worden genomen. Het emplacement ligt midden in dichtbevolkt stedelijk gebied, dus veiligheid is rond dat emplacement echt wel een issue. We sluiten met dit project aan op de landelijke ontwikkelingen rond het emplacementenproject.”
Industriële veiligheid is binnen de VRU volgens Struik geen heel spannend domein. Tenminste, niet vanuit het perspectief van de Seveso-regelgeving, die de oorspronkelijke grondslag vormt voor industriële veiligheid. De VRU telt nog geen tien Seveso-bedrijven. Maar wel heel veel bedrijventerreinen met risicorelevante bedrijven, waaronder bedrijven die ARIE-plichtig zijn. Ook Veenendaal, waar Mario zijn standplaats en werkplek heeft, kent een behoorlijk areaal industrie. “Momenteel zijn we samen met onze collega’s van de andere veiligheidsregio’s in samenwerkingsverband Noordwest aan het onderzoeken hoe we qua advisering met ARIE-bedrijven kunnen omgaan.”
Adviestaak belangrijker
Struik ziet dat de adviestaak binnen het vakgebied industriële veiligheid steeds belangrijker wordt. “Dat valt mij onder andere op als ik terugkijk op de meest recente netwerkdagen van het LEC Industriële Veiligheid. Van oudsher waren de thema’s op de netwerkdagen vooral gerelateerd aan toezicht, omdat de Brzo-taken primair op inspectie waren gericht. Ik vind het een goede ontwikkeling dat onder de Omgevingswet de adviestaken van de veiligheidsregio’s breder worden. Met advisering is immers de grootste veiligheidswinst te boeken.”
Struik noemt zijn gecombineerde brandweertaken als adviseur industriële veiligheid en vrijwilliger bij de brandweerpost Veenendaal van de VRU ideaal. “Ik ben blij dat ik deze keuze heb gemaakt. Het is een interessant taakveld dat sterk in beweging is en ik heb veel vrijheid in hoe ik mijn werk invul. Ik heb een werkplek op de post en ik woon op loopafstand. Komende jaren wil ik mijn kennis nog wel verder gaan verdiepen. Nu doe ik uitsluitend advieswerk, maar misschien ga ik in de toekomst ook nog wel als inspecteur aan de slag. Ook meedraaien in het piket Adviseur gevaarlijke stoffen lijkt mij interessant. Ik vind het boeiend om steeds nieuwe aspecten van het brandweerwerk te ontdekken.”
Lees ook
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is de koppeling met de ARIE-regeling helemaal losgelaten.
Het Meerjarenplan 2024-2027 van het LEC Industriële Veiligheid is voltooid en de eerste thema’s staan al op de agenda voor uitvoering.
De eerste ervaringen met het leerblok over de NFPA-standaarden (NFPA = National Fire Protection Associaton) zijn positief.
Deze maand verschijnt het tweede deel van het LBR-boekje: een handreiking voor toepassing van de techniek- en systeemroute LBR (Landelijke Benadering Risicobedrijven) voor de Seveso-inspecteurs van de veiligheidsregio’s.
De nieuwe handreiking leidt specialisten stap voor stap door het adviesproces bij vergunningtrajecten rond milieubelastende activiteiten. Met de komst van de Omgevingswet is dat adviesproces op een nieuwe leest geschoeid.
Tijdens een Europees seminar over rampbestrijdingsplannen trad Jan Meinster namens het LEC Industriële Veiligheid op als gastspreker.
Het ‘live’ testen van stationaire brandblussystemen in hun bedrijfsomgeving is belangrijk om aan te tonen dat die systemen effectief en betrouwbaar zijn voor het bestrijden van de brandscenario’s waarvoor ze zijn bedoeld.
De netwerkdag van het LEC IV op 14 maart jl. was ‘anders dan anders’. In plaats van de Brauerszaal van het NIPV was het voormalige klooster Mariënhof aan de rand van de historische binnenstad van Amersfoort de plaats van samenkomst voor de halfjaarlijkse bijeenkomst van de specialisten industriële veiligheid.
Met de omzetting van de PGS-reeks naar PGS’en ‘Nieuwe Stijl’, die enkele jaren geleden is gestart, is voor deze serie richtlijnen ook het digitale tijdperk begonnen. De nieuwe risico- en scenariogestuurde werkwijze met ‘doorklikfuncties’ werkt immers alleen in een digitale omgeving.