Natuurbrandsignaal ’23: meer onbeheersbare natuurbranden met grotere impact op samenleving

23 januari 2023

In de toekomst krijgt een groter deel van Nederland te maken met meer natuurbranden. “De natuurbranden worden steeds vaker intense branden die niet meer zijn te blussen, maar pas stoppen als er geen brandstof meer is. In combinatie met een verdere verdichting van ons land zal dit leiden tot een grotere impact op gezondheid, welzijn, natuur en economie. Doordat droogte en warmte elkaar versterken, neemt het natuurbrandrisico sneller toe dan dat het klimaat verandert”, concludeert onderzoeker en projectleider Hans Hazebroek.

Handcrew brandweer helpt bij natuurbrand Chaam

Natuurbranden zijn zowel binnen als buiten Nederland een zeer actueel thema. De vraag is of en hoe natuurbranden in Nederland aan het veranderen zijn als gevolg van de klimaatverandering. Met welke (toekomstige) ontwikkelingen moeten we rekening houden? Een consortium van experts vanuit de kennisinstituten NIPV, KNMI, Wageningen University & Research (WUR), Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en Deltares heeft zich de afgelopen maanden gebogen over dit vraagstuk. Hun bevindingen zijn vandaag gepubliceerd in het rapport Natuurbrandsignaal ’23.

Meer en intensere natuurbranden

De onderzoekers concluderen dat natuurbranden veranderen. Hazebroek: “Nederland is warmer, droger en zonniger geworden en de verwachting is dat deze trend zich doorzet. Waarbij ook de gemiddelde laagste grondwaterstand in delen van ons land zal dalen. Dit zorgt ervoor dat meer en vaker vegetatie brandbaar wordt en het aantal brandgevoelige dagen zal toenemen.” Hij voegt eraan toe: “Door de klimatologische ontwikkelingen kunnen natuurbranden ook intenser worden. Met de huidige vooruitzichten worden we vaker geconfronteerd met onbeheersbare natuurbranden die met de huidige tactiek, techniek en capaciteit van de brandweer niet meer zijn te bestrijden. Ook neemt de kans op de gelijktijdigheid van zulke branden toe. Tot slot zullen er vaker natuurbranden ontstaan in delen van ons land die hier nu nog weinig of niet mee te maken hebben.”

Grotere impact

De toename van het aantal natuurbranden en hun intensiteit, gepaard met een verdere verdichting van Nederland, zal leiden tot een grotere impact van natuurbranden: “Mensen zullen vaker moeten vluchten, er zal vaker directe en indirecte schade en uitval van vitale infrastructuur zijn en er zal vaker onherstelbare schade aan flora en fauna ontstaan. Daarnaast zal de gezondheid van mensen vaker bedreigd worden. Dat geldt niet alleen voor mensen die zich in of rond natuurgebieden bevinden, maar ook voor de brandweer die onder zwaardere omstandigheden moet werken”, vertelt Hazebroek. Verder kan door een toename van (gelijktijdige) natuurbranden een grotere druk op het brandweersysteem ontstaan: de hulpvraag kan groter worden dan de beschikbaarheid van brandweermiddelen.

Aanbevelingen

Het consortium doet de volgende aanbevelingen:

  • Om de gevolgen van natuurbranden te beperken en de gevaren te verminderen is het nodig dat het voorkomen en bestrijden van natuurbranden structureel onderdeel wordt van het systeem van brandweerzorg. Dit systeem is tot nu toe vooral gericht op het voorkomen, beperken en bestrijden van (beperkte) branden in gebouwen.
  • Het risico van natuurbranden moet worden meegewogen bij de inrichting van het Nederlandse landschap.
  • Er moet meer kennis worden vergaard om de ontwikkeling van het natuurbrandrisico nader en ook kwantitatief te kunnen duiden en een onderbouwd handelingsperspectief te kunnen bieden aan overheden, brandweer en terreinbeheerders.

Lees ook

09-10-2024
Optimalisatie van zorg voor slachtoffers na incidenten met gevaarlijke stoffen: publicaties geactualiseerd

Drie documenten die een bijdrage leveren aan de zorg voor slachtoffers na incidenten met gevaarlijke stoffen zijn geactualiseerd.

08-10-2024
Oefening STH en USAR.NL met explosie portiekflat

Tijdens hun jaarlijkse oefening werkten het landelijke Specialisme technische hulpverlening (STH) en USAR.NL samen met de lokale brandweer om zes slachtoffers uit een ingestorte portiekflat te bevrijden.

07-10-2024
Rapport ‘Bestuurlijke aspecten van veiligheid in de energietransitie’ geeft inzicht in veiligheidsrisico’s voor lokale bestuurders

Het NIPV heeft in opdracht van portefeuillehouder ‘Veilige energietransitie’, van het Veiligheidsberaad burgemeester Snijders van Zwolle, een verkennende studie uitgevoerd naar de grootste veiligheidsrisico’s voor de samenleving als gevolg van de energietransitie.

03-10-2024
Onderzoeksresultaten lectoraat Brandweerkunde breed bekend, relevant en toegepast

Kennis krijgt pas waarde als deze wordt benut. Uit een evaluatieonderzoek blijkt dat de onderzoeken van het lectoraat Brandweerkunde goed worden beoordeeld. “En, nog mooier, dat de resultaten worden gebruikt in de brandweerpraktijk”, vertelt lector Brandweerkunde Ricardo Weewer.

30-09-2024
Eerste leergang in nieuwe elektronische leeromgeving Canvas gestart

De eerste leergang in de nieuwe elektronische leeromgeving Canvas is gestart. In totaal starten er vanuit 10 organisaties 14 klassen met de herziene leergang Instructeur. Deze groep is de eerste lichting die een opleiding volgt in het nieuwe systeem.

27-09-2024
54e voltijdopleiding Brandweerofficier gestart: “Trots dat ik van hobby beroep kan maken”

“Ik wil heel graag mijn passie voor de brandweer combineren met werken op hbo-niveau. Dat is de belangrijkste reden dat ik ervoor heb gekozen om de 54e voltijdsopleiding Brandweerofficier te doen”, vertelt Gijs de Kever van Veiligheidsregio Zuid-Limburg.

26-09-2024
Tien jaar Slachtofferinformatiesystematiek (SIS) bij grote rampen of ongelukken

De landelijke voorziening SIS bestaat tien jaar. Op 26 september staan crisisprofessionals stil bij dit jubileum tijdens een evenement waarin ze terugblikken en vooruitkijken.  

26-09-2024
Release LCMS 2024 Q4

LET OP: De Operationele omgeving zal op dinsdag 5 november tussen 9.00-10.00 uur niet beschikbaar zijn!

23-09-2024
Landsdekkende vegetatiekaart satellietdata bijgewerkt

Voor het maken van de vegetatiekaarten wordt gebruik gemaakt van ESA’s satellietbeelden .Ook wordt informatie van het Algemeen Hoogtebestand Nederland (AHN2) toegevoegd aan de classificaties in de vegetatiekaart.