8 Digitalisering

 

De veiligheidsregio’s ontwikkelen zich op dit moment tot knooppunten van publieke veiligheid, de data van alle essentiële partijen in de samenleving komt er samen. Dat is een onontkoombare ontwikkeling, stelt Steven van de Looij. Maar het is zaak om ook burgers meer te betrekken bij de maatschappelijke veerkracht. “Informatie is de grootste gemeenschappelijke deler.” 

Het was zijn jongensdroom om brandweerman te worden. Toch duurde het jaren voor Steven van de Looij daadwerkelijk bij de brandweer aan de slag ging. Nu is hij Chief Information & Innovation Officer (CI2O) bij de veiligheidsregio en brandweer Amsterdam-Amstelland. Hoe kwam hij op deze positie terecht? Van de Looij: “Ik las de Brand & Brandweer in plaats van de Donald Duck, al sinds ik een jaar of tien was. Mijn vakkenpakket van de middelbare school was helemaal afgestemd op de brandweeracademie. Tot het laatste jaar, toen ik besloot dat ik een alternatief moest hebben voor ’t geval dat ik afgewezen zou worden. Ik deed een financiële opleiding en rolde eigenlijk vanzelf die wereld in. Ineens was ik beurshandelaar! De beursvloer had achteraf bezien zelfs overeenkomsten met de brandweer: de adrenaline, de rampen in de wereld die alles beïnvloeden.”

Een verhuizing naar Brussel veranderde de zaak. Hij was consultant informatiemanagement, maar de oude wens speelde weer op. “Mijn vrouw kreeg een baan in België. Toen wij daar woonden, dacht ik: nú is het moment om alsnog brandweerman te worden. Dus begon ik aan de opleiding tot brandwacht. Ik kwam bij de brandweer Dordrecht terecht, heb er alle opleidingen doorlopen. En twee jaar met heel veel plezier in de 24-uursdienst gewerkt. Toen keerden we terug naar Amsterdam, waar ik aan de slag kon als projectleider én brandweerofficier. Ik werkte daarna lang bij de brandweer Noord-Holland Noord. Uiteindelijk ben ik hier beland, bij de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland. Mijn huidige baan als CI2O sluit aan op mijn eerdere posities, ik had al diverse portefeuilles op het gebied van cyberrisico en informatievoorziening.”

Brandweer als continuïteitsborger

Tijdens deze terugblik op zijn carrière merkt Van de Looij op hoe snel de wereld is veranderd. Vooral op digitaal gebied groeien de maatschappelijke uitdagingen, stelt hij. “In 2008 heeft de brandweer in Nederland een strategisch document opgesteld: de brandweer over ‘morgen’. Daarin bespreken we hoe de brandweer er in 2040 uit moet zien. Een van de concepten in dat plan is dat de brandweer uitgroeit tot een continuïteitsborger, dus een veiligheidsspeler met een flinke online-component. De crisistypes veranderen immers. Vroeger was brand onze grootste zorg, nu zit het gevaar vooral in digitale bedreigingen. Welnu, diverse veranderingen die we in dat document pas na 2030 verwachtten, vinden nu al plaats. We zitten er middenin, alles gaat veel sneller dan verwacht!” 

“Neem de afhankelijkheid van internet, die is immens geworden. Maar wat als dat een keertje uitvalt? De meeste mensen hebben niet eens meer cash geld in huis. Brandweerauto’s en ambulances navigeren via internet, het is misschien nog wel belangrijker dan water en stroom.” Van de Looij vraagt zich af of de veerkracht in Nederland groot genoeg is. “We zijn er totaal niet meer op getraind dat dingen kunnen uitvallen. Vergelijk ons land eens met een samenleving waarin er niet altijd stroom is. In die landen zijn de mensen erop voorbereid. Maar wij zijn dat nauwelijks. Nederlanders zijn niet meer gewend dat iets ’t niet doet. Dat is een slechte zaak, want we verwachten de komende jaren ook in Nederland meer stroomuitval.”

Wijdvertakt netwerk

Van de Looij: “Er vindt een transitie plaats. We bewegen ons van een lokaal gewortelde, vrijwillige brandweer naar een grootschaligere netwerkstructuur die verantwoordelijk is voor brandbestrijding, rampenbestrijding én crisisbeheersing. Er komen steeds meer crises op ons af en de veiligheidsregio moet het telkens weer oplossen. Wat dus automatisch betekent dat het een rol voor de brandweer is, als grootste onderdeel van de veiligheidsregio. Want wie doet het anders?” 

“De brandweer groeit met nieuwe specialisten voor crisisbeheersing uit tot dé crisisbestrijder. De veiligheidsregio’s ontwikkelen zich en vormen een platform waarin publieke en private partijen zijn verbonden om samen de veiligheid te waarborgen. Elke veiligheidsregio is bij uitstek in staat om partijen bij elkaar te brengen die essentiële data kunnen leveren. Zoals het KNMI, het RIVM, energieleveranciers, ziekenhuizen, datacenters en waterleidingbedrijven. We hebben een wijdvertakt netwerk met de contactinformatie van al die partijen, van iedereen met wie je contact moet hebben als er iets gebeurt.”

Anticiperen en monitoren

Dat maakt de veiligheidsregio’s tot het zenuwstelsel van de publieke veiligheid. Informatiemanagement wordt daarin het hoofdproduct, vervolgt Van de Looij. “Informatie is immers de grootste gemeenschappelijke deler: waar wonen kwetsbare mensen, waar staan kinderdagverblijven, waar staan gevoelige objecten die bedreigd kunnen worden? Waar liggen zonnepanelen, waar is waterstof opgeslagen?”

“Daarnaast zijn crises flink veranderd. Ze ontstaan minder vaak in één klap, meestal gaat het geleidelijk. Denk aan de boerenprotesten, corona, vluchtelingen. Om daarop te anticiperen, heb je wederom informatie nodig. Je monitort bedreigingen en verzamelt er data over. Dat is ook nuttig bij evenementen, die altijd extra risico’s bieden. Kleine verstoringen kunnen enorme gevolgen hebben. Een voorbeeld? Stel dat het treinverkeer in de regio Amsterdam een paar uur uitvalt, terwijl er twee grote concerten in de Arena en de Heineken Music Hall zijn. Als je vooraf weet dat die evenementen plaatsvinden, kun je misschien bezoekers tijdig informeren zodat ze vervangend vervoer regelen.” 

Veiligheidsregio coördineert vluchtelingenopvang

In de nadagen van de coronacrisis ontstond een veiligheidsinformatieknooppunt, het knooppunt coördinatie tussen regio en rijk (KCR2). Het bleek een gouden greep toen de volgende crisis zich aandiende. “Het concept stond net overeind toen Rusland Oekraïne binnenviel,” zegt Van de Looij. “Dat gaf aanleiding om op dezelfde manier het Knooppunt Coördinatie Informatie Oekraïne (KCIO) op te zetten. Er kwamen diverse thema’s op dat knooppunt binnen: leveringszekerheid energie, vluchtelingen, defensie-ondersteuning, Russische hackerpogingen én nucleaire zorgen.” 

“Ook bij de opvang van vluchtelingen konden we voortbouwen op de ervaringen uit de pandemie. De verdeling van covidpatiënten over ic-bedden werd in het knooppunt door het Landelijk Centrum Patiëntenspreiding gedaan. Diezelfde opzet konden we grotendeels hergebruiken voor Oekraïense vluchtelingen: nu houden we centraal bij hoeveel slaapplaatsen er per regio beschikbaar zijn, zodat een verdeling mogelijk is. Wát een verschuiving – de veiligheidsregio lost dus nu opvangproblemen op! Het is intussen ook flink geprofessionaliseerd. We begonnen met Excel-sheets, maar gebruiken nu een geavanceerde PowerBI-oplossing.” 

Meer handelen

Waar gaan we naartoe? Hoe zit het bijvoorbeeld met de zeespiegelstijging, met extreem weer? Van de Looij: “We hebben goed zicht op de toekomst. De klimaatverandering staat op ons netvlies en we beseffen sinds de pandemie dat we flexibeler moeten reageren op nieuwe crisistypes. En misschien kunnen we via kunstmatige intelligentie zelfs incidenten en grote rampen voorspellen. Een systeem van early watch, early warning dat permanent voorspelt wat er kan gebeuren.” 

“Maar die informatie heeft natuurlijk betrekking op het ‘weten’. Ernaar handelen is vers twee. Dat gebeurt vaak nog onvoldoende. De kunst is dat je er eerder bij bent. Dat bepaalt de veerkracht van de samenleving. Je ziet dat nu al in de praktijk. Burgerhulp bij een hartaanval is bijvoorbeeld al normaal, op heel veel plekken hangt een defibrillator. Dat zorgt ervoor dat burgers hulp kunnen verlenen vóór de ambulance er is. Maar we hebben zulke oplossingen op veel meer plekken in de samenleving nodig. Met goed informatiemanagement en met de juiste technologie kunnen we dat mogelijk maken. Mensen kunnen elkaar dan op veel meer niveaus gericht helpen. Als iedereen tijdens een grote stroomuitval even bij zijn buren kijkt, heb je een niveau van hulpverlening dat wij als hulpdiensten nooit kunnen evenaren. Dan komt het met de weerbaarheid wel goed.” 

De Veerkracht van Nederland

Dit jaar vertelt het NIPV het verhaal van de Veerkracht van Nederland. Dat doen we aan de hand van de verhalen van 55 mensen die een belangrijke rol spelen of hebben gespeeld in crisisbeheersing en brandweerzorg.