ILT gaat inspecteren op PFAS-houdend blusschuim

Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, november 2025

De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) gaat vanaf december bedrijven controleren op naleving van het verbod op PFAS-houdend blusschuim. Daarmee wordt de urgentie voor bedrijven die dit type schuim gebruiken om over te schakelen op een PFAS-vrij alternatief nog groter, want bedrijven die nog niets hebben gedaan aan ‘schuimtransitie’ riskeren sancties, zoals een boete. De Inspectie roept bedrijven op haast te maken met het maken van een transitieplan, nu met ingang van 4 december ook PFOA in blusschuim wordt verboden. Het LEC Industriële Veiligheid (LEC IV) wil bedrijven nogmaals wijzen op de Management of Change (MOC)-handreiking blusschuimtransitie; een waardevol hulpinstrument waarmee bedrijven op een planmatige manier kunnen overstappen op een fluorvrij alternatief.

Voorraad blusschuim in magazijn
Foto: LEC Industriële Veiligheid.

Bedrijven kunnen onaangekondigd worden bezocht en geïnspecteerd

Gebruik van veel PFAS-typen in blusschuim is al sinds 2011 verboden, maar voor sommige typen geldt de Europese POP-verordening waarin dat verbod is vastgelegd nog niet. PFOA is er één van. Aanvankelijk zou ook dit type fluorverbinding in blusschuim vanaf 4 juli dit jaar verboden worden, maar omdat bedrijven aangaven meer tijd nodig te hebben om over te stappen, is de restrictie uitgesteld tot 4 december. Vanaf dat moment wil de ILT ook echt gaan inspecteren en zo nodig handhaven. De Inspectie waarschuwt dat bedrijven onaangekondigd kunnen worden bezocht en geïnspecteerd. De inspecteurs willen dan in ieder geval zien hoe ver bedrijven zijn met hun transitieproces en moeten een ‘overstapplan’ laten zien.

Bestaande voorraden registreren

Bedrijven zijn ook verplicht bestaande voorraden PFAS-houdend schuimmiddel, die in de POP-verordening worden genoemd, te inventariseren en analyseren en die informatie, samen met hun transitieplan, via een POP-melding te registreren bij de ILT. De ILT doet de dringende aanbeveling aan de industrie om ook andere PFAS-typen die nog niet onder de verordening vallen direct te registreren. Een tweede aanbeveling is niet over te stappen op een nu nog niet verboden PFAS-type, maar direct de transitie te maken naar volledig PFAS-vrij schuim.

Groei in werkzaamheden

Hoewel de huidige schuimvormende middelen zich bewezen hebben in de praktijk en breed toepasbaar lijken, zijn veiligheidsregio’s voorstander van een overgang naar PFAS-vrij schuim. Een niet goed doordachte overgang kan echter flinke consequenties hebben, ook voor de veiligheidsregio’s, zoals al merkbaar is bij (semi)-stationaire installaties. De verwachting is dat de dreigende handhaving leidt tot een groei in het aantal adviesaanvragen van bedrijven of ter toetsing voorgelegde herziene UPD’s. Die ontwikkeling kan leiden tot een groei in werkzaamheden, wellicht met langere doorlooptijden tot gevolg. Dit signaal is ook al eens door de advies- en certificeringsbranche afgegeven. Ook om die reden houden de veiligheidsregio’s – via het LEC IV – contact met toezichthouder ILT om de effecten te monitoren. Daarnaast zijn de overzichten van plaatsen waar ‘oud’ schuim zich bevindt nuttige informatie voor de veiligheidsregio’s.

Gebruik MOC-handreiking blusschuimtransitie

De kernboodschap van het LEC IV is dus: stap over op PFAS-vrij schuim, maar doe het met verstand. De MOC-handreiking blusschuimtransitie is hierbij voor zowel bedrijven als de veiligheidsregio’s een nuttig hulpmiddel.