Ron Bouwman ‘terug op het honk’ bij LEC IV

Juni 2022

Rob Bouwman

“Industriële veiligheid is de eredivisie van de brandweerexpertise”

Ron Bouwman (49) is ‘terug op het honk’. Sinds 1 mei jl. geeft hij leiding aan de afdeling Industriële veiligheid van de VRR en is hij opnieuw programmamanager van het LEC IV. Opnieuw, want Bouwman stond in 2007, samen met toenmalig VRR-directeur Don Berghuijs, ook aan de wieg van het LEC BrandweerBRZO. Na 13 jaar activiteiten in de waterschapswereld en bij de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied kroop het bloed toch waar het niet gaan kon. De vacature van Hoofd IV en programmamanager van het LEC IV lonkte. “Want de industrie is de mooiste wereld om in te werken en er liggen meer dan genoeg nieuwe uitdagingen.”

“Ik moest er wel een tijdje over nadenken”, bevestigt Ron Bouwman. “Terugkeren in een eerdere functie bij een organisatie die je zelf hebt helpen opbouwen, is dat wel verstandig? In dit geval kan ik volmondig ‘ja!’ zeggen. Ik heb beslist niet het gevoel dat ik na 13 jaar terugkom om simpelweg verder te gaan waar ik destijds gebleven ben en al helemaal niet om alleen maar op de tent te passen. Ik heb nieuwe uitdagingen nodig om het beste uit mijn capaciteiten te halen. En die uitdagingen zijn er volop. Het LEC IV staat met zijn nieuwe identiteit ook aan het begin van een verder groei- en ontwikkeltraject en een aanzienlijke verbreding van zijn aandachtsgebied. Met de focus op nieuwe risico’s door onder andere de industriële energietransitie en op veel meer bedrijvencategorieën beneden de Brzo-drempel. Ik heb wel ideeën over de rol die het LEC als spil in het Netwerk IV in die veranderingsdossiers heeft te spelen.”

Ron is ervan overtuigd dat er geen mooier domein is om in te werken dan de industrie. Het is een wereld vol dynamiek, techniek en grote uitdagingen op veiligheidsgebied. Hij woont, samen met zijn vriendin, al jaren in Rotterdam, met uitzicht op een imposante skyline. Niet alleen van de stad, maar ook van het achterliggende immense gebied vol petrochemie en bruisende havenactiviteiten. “Rotterdam heeft het op één na grootste aaneengesloten industriecluster in de wereld’, vervolgt Ron. “Alleen Houston in Texas is groter. De uitdaging om de omgevingsveiligheid van dit enorme industriële complex te waarborgen, is dan ook enorm. Als je hier als brandweerexpert met industriële deskundigheid mag werken, speel je echt in de eredivisie van de inspectie en advisering. Want om de grote industriële spelers, veelal multinationals met sterke directies en stevige juridische fundamenten, te overtuigen en veranderingen af te dwingen, moet je zelf ook een heel sterk verhaal hebben. Dat spel maakt dit werk aantrekkelijk.”

Omdat het Rijnmondgebied als industrieel knooppunt in de wereldtop zit, is het volgens Ron logisch dat juist in deze regio ook veel hoogwaardige brandweerexpertise is opgebouwd. Midden- en West-Brabant, als tweede qua aantal Brzo-bedrijven, kan zich goed meten met Rotterdam-Rijnmond. “Maar in andere regio’s met minder hoogrisicobedrijven is het waarborgen van industriële veiligheid beslist niet minder belangrijk en ook niet minder ingewikkeld”, beklemtoont Ron Bouwman. “Zeker nu de verbreding van BRZO naar industriële veiligheid is in gezet, wordt het speelveld ook breder. Denk aan het industriecomplex van Amsterdam en de Zaanstreek”

Daarom is het volgens Ron goed dat het in 2007 gelanceerde LEC BrandweerBRZO in vijftien jaar tijd is uitgegroeid tot een gezaghebbend expertisecentrum, als spil van een landelijk vertakt deskundigheidsnetwerk van de veiligheidsregio’s. “Dat is de verdienste van Erwin de Bruin, die als mijn voorganger samen met zijn team en het landelijk netwerk de brandweerexpertise op Brzo-gebied naar zo’n hoog niveau heeft getild. In het werkveld van vergunningverlening, toezicht en handhaving telt de brandweer echt mee als deskundig toezichthouder en adviseur.”

En de brandweer kwam van ver, roept Ron in herinnering, terugblikkend naar 1999, toen in navolging van de Sevesorichtlijn de Nederlandse vertaalslag naar het Brzo 1999 werd gemaakt. “De brandweer moest de toezicht- en inspectietaken gaan uitvoeren en de voorbereiding op rampenbestrijding bij Brzo-bedrijven coördineren, maar van enige eenduidigheid in aanpak was geen sprake. De versnippering over gemeentelijke en regionale brandweerorganisaties maakte het lastig om effectief samen te werken met de veel meer landelijk opererende organisaties zoals Rijksinspecties, milieudiensten en industriekoepels. De eerste stap naar versterking en kennisuitwisseling was in 2005 de oprichting van het Centrum voor Industriële Veiligheid bij de VRR. Twee jaar later werd dat op nieuwe leest geschoeid tot het LEC BrandweerBRZO.”

De keuze voor de titel ‘expertisecentrum’ was volgens Ron weloverwogen, omdat het de ambitie belichaamt om kennis en deskundigheid vanuit het hele land te bundelen en in te zetten vóór het hele land. “Dat bleek een gouden greep, want dankzij die bundeling zijn we qua deskundigheid en positionering als erkende deskundige partner gekomen waar we nu zijn. De kwaliteit van de Brzo-uitvoeringstaken bij de brandweer is enorm verhoogd dankzij gedegen opleidingen. We werken met eenduidige criteria bij inspecties en advisering, ondersteunen de regio’s met handreikingen en andere kennisdocumenten en kunnen gebundelde deskundigheid vanuit alle veiligheidsregio’s inzetten ten behoeve van het hele land. Het LEC IV is een krachtige netwerkorganisatie geworden.”

Dat moet op zijn beurt nu sterker ankeren in het bredere netwerk van ketenpartners, om de uitdagingen voor de industriële veiligheid in de komende jaren nog beter te kunnen beantwoorden. En die uitdagingen ‘lokten’ ook Ron Bouwman terug, toen de combivacature van Hoofd IV/programmamanager LEC IV maar terug bleef komen op zijn LinkedIn account. “Na dertien jaar werkervaring in andere domeinen”, vat Ron samen. “Eerst zeven jaar in de waterschapswereld als interim manager vergunningverlening, toezicht of handhaving. Daarna stapte ik over naar de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Ook een heel mooie organisatie in een werkgebied met lastige uitdagingen. De eerste jaren was ik daar hoofd bouwtoezicht voor complexe bouwwerken, zoals Schiphol en de Zuidas. Maar toen de milieuproblematiek bij Tata Steel begon te spelen, kreeg ik dat dossier onder mijn hoede. Zo keerde ik toch weer terug in het domein industrie, mijn oude liefde. Dat bleef altijd trekken en het LEC IV heeft volop nieuwe uitdagingen door de veranderingen in het industriële landschap, door andere veiligheidsrisico’s en de bredere taakopvatting die zich ook uitstrekt tot niet-Brzo bedrijven. En daarvan zijn er heel veel in Nederland. Kortom, het was tijd om deze stap te zetten.”

Ron is zich aan het inwerken en trekt de komende maanden het land en de regio in, om kennis te maken met zijn collega’s in het Netwerk IV. Veel mensen kent hij nog, want het is een ‘klein wereldje’. Maar hij ziet ook uit naar nieuwe kennismakingen en nieuwe gezichten. Hij hoopt dat hij, naast zijn drukke werkschema bij de VRR en het LEC IV, ook nog wat uurtjes overhoudt voor een van zijn hobbies: ambachtelijke alcoholdistillatie. Een liefhebberij die hem terugbrengt naar zijn roots als technoloog. “In de industrie draait het primair om techniek en technologie Dat leidthema verbindt voor mij werk en hobby, want ook distilleren draait om juist gebruik van techniek en beheersing van processen. Leuk om te doen, want als manager zit je toch vooral in meetings en bedrijfskundige zaken. Zo blijf ik ook in mijn hobbymatige interesse toch altijd verbonden met de basis van waar het in de industrie om draait.”

Lees ook

09-10-2023
Werkbezoek brandveiligheid moderne voertuigen Noorwegen

Verslag van bezoek van lector Energie- en transportveiligheid Nils Rosmuller en adviseur Energie- en transportveiligheid Tom Hessels aan de International Conference on Fires in vehicles (FIVE) in het Noorse Stavanger.

09-10-2023
Op weg naar vernieuwing onderwijssystemen

De elektronische leeromgeving (ELO, het huidige CumLaude) en MijnNIPVexamens voor de administratie van de examens worden vervangen. Hier leest u de meest actuele stand van zaken over de status en voortgang van beide projecten.

04-10-2023
“Er komt veel langs op een dag, maar daar houd ik van”

“Het is de maatschappelijke component die dit werk bijzonder maakt. Hulpverlener zijn moet in je systeem zitten: je doet iets voor een groter goed”, zegt Tanja Guyken, decaan Operationele Brandweeropleidingen bij het NIPV.

03-10-2023
Dienstverlening COVB volop in ontwikkeling

In 2022 is de voormalige Brandweeracademie deels overgegaan in het Centrum voor Opleiding en Vorming Brandweer (COVB) van het NIPV. Welke ontwikkelingen zijn er op het gebied van onderwijs en examinering? En wat zijn de plannen voor het komende onderwijsjaar?

03-10-2023
Samen werken aan structurele invulling van het Ontwikkelfonds

“Door het Ontwikkelfonds structureel in te zetten voor vakbekwaam worden en vakbekwaam blijven, kan er beter en sneller worden ingespeeld op de vakbekwaamheidsbehoeften in het werkveld”, vertelt Jan Pieter Duhen, voorzitter van de stuurgroep namens de WVA.

03-10-2023
Nieuwe, flexibele leerstroom Industriële Veiligheid van start

“Met de leerblokken wordt ingespeeld op de individuele, uiteenlopende leerbehoefte van de deelnemers. Ook de nieuwe leerstroom Industriële Veiligheid houdt rekening met een doelgroep die steeds meer diversiteit kent en een werkomgeving die aan verandering onderhevig is”, legt onderwijskundige Marieke Geelen uit.

02-10-2023
Officiersopleiding biedt ook kansen bij Defensie

Aan de 53e voltijdopleiding Brandweerofficier nemen twee studenten van de Koninklijke Luchtmacht deel, vanuit de wens om een functie als officier bij de luchtmacht brandweer te vervullen. Student Martin vertelt over zijn ervaringen.   

02-10-2023
Start van nieuwe nieuwsbrief en start van nieuw onderwijsjaar

“Er gebeurt veel binnen het brandweeronderwijs. Via deze eerste, periodieke nieuwsbrief informeren we daarom graag collega’s in het land over de laatste ontwikkelingen”, vertelt Albert Gieling, manager bij het NIPV.

04-09-2023
Tankopslagbedrijven Zuid-Holland krijgen drie jaar voor vervanging foamdammen

Tankopslagbedrijven in Zuid-Holland die foamdammen van aluminium toepassen op drijvende tankdaken, moeten deze uiterlijk eind 2025 hebben vervangen door foamdammen van staal of een aantoonbaar gelijkwaardig ander materiaal.