Terugblik cursus PGS 31: “Richtlijn is vaker van toepassing dan sommigen denken”

Nieuws van het LEC Industriële Veiligheid, september 2025

In de afgelopen maanden heeft het LEC Industriële Veiligheid (LEC IV) drie train-de-trainercursussen aangeboden over de nieuwe PGS 31-richtlijn. Dat bleek geen overbodige luxe, want deze herziene PGS-nieuwe stijl bleek bij een deel van de cursisten relatief onbekend. Dit terwijl de richtlijn toch van toepassing is op heel veel bedrijfssituaties die in alle veiligheidsregio’s voorkomen. De cursus, geënt op de inhoudelijke aanpassingen in het document, bood dan ook een mooie aanleiding om tevens de bekendheid met de PGS 31 en het toepassingsbereik nog eens onder de aandacht te brengen van specialisten industriële veiligheid.

Foto: Megin Zondervan.

De PGS 31 in een notendop: de richtlijn is van toepassing op opslag van vloeibare gevaarlijke stoffen (klasse ADR/CMR in drukloze tanks in volumes van 250 liter tot 150 kubieke meter). Kortweg: op alle bedrijfs- en tankopslagsituaties die niet vallen onder de PGS 28, 29 en 30. Dus ondergrondse, bovengrondse, ingeterpte tanks en wisselvaten. Deze tanks kunnen van kunststof of metaal zijn en enkelwandig of dubbelwandig. Tot hun grote verbazing hoorden docenten René de Bie en Jörgen van Trijp van Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant tijdens elk van de drie trainingen van enkele deelnemers de vraag wat het belang van de bewuste PGS voor hen is. “Deze situaties komen in onze regio toch niet of nauwelijks voor?”

Veelvoorkomend

“Een flinke misvatting”, stelt De Bie. “Want dit type opslagen is in feite juist de meest voorkomende vorm van tankopslag in de industrie. Weliswaar kleinschaliger dan de grootschalige tankterminals met tanks met tientallen miljoenen liters inhoud, maar het gaat wel degelijk om stoffen die maatregelen vereisen voor brandbeheersing en containment bij lekkage. Zoals een degelijke opvangvoorziening of brandbeheersingssysteem. Het gaat dan bijvoorbeeld om kleinschalige en middelgrote bedrijven met drukloze opslagtanks voor chemicaliën. Ook het laden en lossen valt onder de richtlijn.”

Meer mogelijkheden

De PGS 31 is herschreven naar de nieuwe stijl, met vernieuwde structuur en opbouw. Inhoudelijk is er voor wat betreft brandveiligheid ook veel veranderd. In de vorige versie uit 2018 waren de mogelijkheden nog zeer beperkt en daarom zijn in de nieuwe versie scenario’s en maatregelen beter uitgewerkt. Tijdens de bijscholingscursussen werden de deelnemers vertrouwd gemaakt met de nieuwe structuur en werkwijze en kregen zij inzicht in hoe en waar welke relevante informatie te vinden is. Ook leerden zij aan de hand van enkele casussen hoe je als adviseur of toezichthouder bij een veiligheidsvraagstuk, bijvoorbeeld een vergunningaanvraag, aan de hand van scenario’s stapsgewijs tot een goed advies komt voor de gewenste maatregelen.

Afstand en brandweerinzet

De Bie: “Een leidend uitgangspunt in de PGS 31 is dat afstand bij brandscenario’s de basis is. Als de afstand van de tank tot andere tanks, gebouwen, installaties en andere kwetsbare objecten maar groot genoeg is en er dus geen escalatierisico is, zijn geen extra maatregelen nodig, anders dan opvang met voldoende volume om milieuschade te voorkomen. Een tweede principe is dat een scenario, waarbij moet worden geblust en/of gekoeld of een toxische pas moet worden afgedekt, met de inzet van één basistankautospuit beheerst moet kunnen worden, in tijd/tempo gezien. Het gaat vrijwel altijd over inzet van de overheidsbrandweer, omdat het veelal bedrijven betreft die geen bedrijfsbrandweeraanwijzing hebben. Maar het handelingsperspectief van één TS is beperkt bij branden in tankopslag met een kleine afstand tot andere objecten, zijn aanvullende maatregelen nodig, om risico’s en effecten te beheersen. Zoals een stationaire blus- en/of koelinstallatie of brandwerende afscherming.”

Een aantal veiligheidsregio’s stelde al eerder vast dat bedrijven die aan de criteria voor de PGS 31 voldoen zich vaak toch niet goed hadden voorbereid op incidentscenario’s rond hun opslagtanks. Aan de andere kant waren voor specialisten IV de mogelijkheden van de oude versie te beperkt om goed onderbouwd maatregelen voor te schrijven aan de bewuste bedrijven. Die mogelijkheden zijn met de PGS-nieuwe stijl aanzienlijk ruimer. De organisatoren van de trainingsronde hopen dat de train-de-trainersessies bijdragen aan het vergroten van de kennis over de toch belangrijke PGS 31 in de achterban bij de veiligheidsregio’s.

De Bie: “Dat is nodig, want de inhoud is wezenlijk anders dan in de vorige versie. We gaan ervan uit dat de nu opgeleide medewerkers bij hun collega’s binnen de veiligheidsregio’s gaan benadrukken dat de richtlijn van toepassing is op heel veel bedrijfssituaties en ze vertrouwd maken met de methodiek en de mogelijkheden om scenario’s rond deze bedrijven praktisch te benaderen en te beheersen. Zowel qua risicobeheersing als qua incidentbestrijding.”