Hoe vergroten we onze weerbaarheid tegen natuurrampen en klimaatverandering?
20 februari
Ons klimaat blijft veranderen. Extreme weeromstandigheden nemen toe en de risico’s stapelen zich op. Hoe vergroten we onze weerbaarheid tegen natuurrampen en klimaatverandering? Dit was het onderwerp van de vierde Masterclass van het NIPV, die plaatsvond bij het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI).

Vergroten van weerbaarheid
Sprekers Maarten van Aalst, hoofddirecteur bij het KNMI en hoogleraar aan de Universiteit Twente, en Charlotte van Ruijven, programmamanager Klimaatveiligheid bij het NIPV, vertelden over klimaatrisico’s en de uitdagingen waar crisisprofessionals voor komen te staan. Het beperken van schade veroorzaakt door klimaatrampen vergt uitvoerige voorbereidingen, samenwerking en veerkrachtige systemen. Niet alleen reageren, maar vooruitdenken en vandaag al actie ondernemen.
De belangrijkste leerpunten uit deze masterclass zijn:
1. Het goede van tevoren doen
De overstromingen in Limburg in 2021 tonen hoe door klimaatverandering risico’s zijn vergroot. We konden het gevaar voorspellen, maar onduidelijkheid over mandaten vertraagde actie. De les die dit ons heeft geleerd? We moeten van tevoren bepalen wie wanneer handelt bij dreigende rampen. Plannen is een essentieel aspect, waar het KNMI aan bijdraagt door te werken aan sterkere waarschuwingsketens zodat voorspellingen leiden tot effectieve actie. Ook is improvisatievermogen cruciaal en daar zijn heldere verantwoordelijkheden voor nodig.
2. Een klimaat dat blijft veranderen
Klimaatonderzoek gaat niet langer over de verre toekomst. Steeds vaker onderzoekt het KNMI het hier en nu: Is deze hittegolf of overstroming het gevolg van klimaatverandering en gaat dit vaker gebeuren? Voorheen waren klimaatscenario’s en weersverwachtingen aparte disciplines, maar deze zijn nu samengekomen. Het klimaat verandert continu. Wat gisteren normaal was, is dat morgen niet meer.
3. Blijf investeren in onderzoek, kennisontwikkeling, professionalisering, in samenwerken en netwerkvorming
Veiligheidsregio’s zetten hierin samen met het NIPV, KNMI en ministerie van Justitie en Veiligheid stappen binnen het programma Klimaatveiligheid. Dit programma heeft tot doel om (beter) zicht te krijgen op de mogelijkheden en onmogelijkheden voor een veilige en weerbare samenleving bij klimaatverandering nu en in de toekomst.
Voorbeelden zijn een handreiking met handvatten voor de rol van veiligheidsregio’s bij ontwikkelingen op het gebied van klimaatadaptatie en het gezamenlijk inzichtelijk maken van knelpunten en blinde vlekken bij de risico’s hitte, droogte, wateroverlast en overstroming.
4. Bouwen aan versterkte ketens
Effectieve klimaatwaarschuwingen vragen om samenwerking. Het KNMI werkt samen met waterschappen en veiligheidsregio’s om verwachtingen direct bruikbaar te maken. Met het nieuwe ‘Early Warning Centre’ groeit het KNMI van een dataleverancier naar een actieve schakel in de keten. Samen verkleinen we onze kwetsbaarheid.
5. Geen doemscenario’s, maar actie
Klimaatverandering betekent niet dat alles ten onder gaat, maar zonder energietransitie zijn de gevolgen groot. De snelheid waarmee we uitstoot verminderen en ons aanpassen, bepaalt hoe beheersbaar de risico’s blijven.
6. De omslag vindt plaats
Sinds het Akkoord van Parijs is de transitie naar duurzame energie in een stroomversnelling geraakt. Investeerders kijken steeds kritischer naar fossiele brandstoffen en klimaatrisico’s. Maar dit proces moet sneller. In de woorden van Obama: “We zijn de eerste generatie die het merkt, en de laatste die het kan oplossen.” We voelen de impact van klimaatverandering nu al. We moeten ons aanpassen aan onze omgeving en ons voorbereiden op mogelijke extremen. Dit bereiken we niet alleen met ons verstand, maar ook met ons verbeeldingsvermogen.